Peter
van Gucht

[gecontacteerd door David Steenhuyse]
Albums van Peter van Gucht (1964, België):
Rafke de Raaf (scenario voor Luc Morjaeu, Luc Morjaeu bvba)Suske en Wiske (scenario voor Luc Morjaeu/Studio Vandersteen, vanaf deel 288 + diverse reclame-uitgaven, Standaard Uitgeverij) Zapman (scenario voor Jan Bosschaert, 2 albums, vzw Arcadia/Standaard Uitgeverij).

Website: www.pug.be
Wat maakt van Franquin zo’n bijzonder auteur?
Zeggen dat hij een ongelofelijk goed tekenaar was, is eigenlijk niet genoeg. Zijn grootste talent was de inleving in zijn personages en hun reacties op de situaties waarin ze zich bevonden. Het stelde zijn tekentalent in dienst van die treffendheid en maakte zo van een gewone situatie vaak een hilarische billenkletser. Voor mij was hij de beste strip-'acteur' aller tijden. Hij ging qua expressie en finesse wel heel erg ver. De houdingen, de gelaatsuitdrukkingen, alles klopte tot op de millimeter. Kijk naar de Guust-reeks uit de jaren zestig en zeventig of naar de Robbedoes-albums uit de latere periode. En niet alleen mensen maar ook dieren (Het verhaal met de apen uit Hommeles in Rommelgem, de kat en de meeuw uit Guust) en zelfs auto's en andere voorwerpen werden herleid tot raak geobserveerde karikaturen.
Hoe maakte u voor het eerst kennis met Franquin of zijn albums? Wat herinnert u zich van hem? Heeft u persoonlijke contacten met hem gehad?
Ik leerde hem kennen op elfjarige leeftijd via Guust. Mijn stripbeleving kende een normaal verloop: begonnen met Jommeke, verder gegaan met Suske en Wiske en toen pats boem knal: Guust Flater. Hij was net dat wat ik als aankomende puber wou zijn. Een antiheld. Het gaf mij het geruststellende gevoel dat ook losers geweldig populair konden zijn. Je kreeg als het ware de toelating om te flateren. En je deelde zijn frustratie dat niemand je geweldige talenten wilde onderkennen. Ik heb Franquin nooit persoonlijk ontmoet.
Wat is uw favoriete Franquin-album, -avontuur, -gag of -personage en waarom?
Hij heeft natuurlijk geweldig veel uitstekende albums gemaakt. Het is dus moeilijk kiezen. QRN op Bretzelburg is — naar mijn onbescheiden mening — zijn beste Robbedoes-album. Zijn tekenstijl was toen nog niet zo gedetailleerd zoals bij de latere Guust-albums maar heel energiek en met economie van middelen. Het is een prachtig scenario met geweldige grappen en situaties. Lees de scène waarin Kwabbernoot gemarteld wordt met allerlei heerlijke gerechten! Briljant!
Wat de Guust-reeks betreft is nummer 10, Die Reuze Flater, mijn favoriet omdat het de eerste was die ik leerde kennen. Verder albums 6 tot 11. Vanaf daarna vond ik het ietsje minder. Het werd toen wel heel getailleerd en de grappen waren iets minder. Later bleek dat Franquin toen al met een depressie worstelde. Ik vond ook Zwartkijken nogal onevenwichtig. Het was natuurlijk prachtig getekend en sommige grappen waren fantastisch maar er zaten ook heel belerende 'grappen' in, pointes die naar mijn gevoel minder om te lachen bedoeld waren dan wel om over na te denken.
Qua favoriete personage draagt Guust mijn absolute voorkeur weg.
Heeft Franquin ook uw werk beïnvloed?
Qua tekenen niet zo meteen. Als scenarist wel. Momenteel ben ik natuurlijk heel erg into Vandersteen maar er zijn heel wat parallellen tussen beide grootmeesters. Beiden konden hun personages uitstekend laten acteren. Beiden hadden een groot gevoel voor visuele humor en waren daar zeer inventief in. Franquin ging in zijn uitwerking echter veel dieper. Vandersteen heeft daar ooit over gezegd dat hij dat zelf ook wel wist maar dat hij de tijd niet had om één week aan één plaat te werken. Die tijd hebben we nu nog altijd niet, maar Luc Morjaeu en ik leggen de lat toch zo hoog mogelijk en de doorgedreven expressie van Franquin is dan misschien niet haalbaar maar wel een bron van inspiratie.

Welke impact op de stripwereld heeft Franquin vandaag nog, vindt u?
Vroeger zag je heel wat tekenaars die zich door zijn stijl lieten inspireren maar die in al hun zwierigheid toch nooit de diepgang vonden. Nu heb ik de indruk dat er weer veel meer geëxperimenteerd wordt qua tekenstijl wat ik een goeie zaak vind. Je moet je eigen ding doen.