|
Wat
maakt van Franquin zo’n bijzonder auteur?
Zeggen dat hij een ongelofelijk goed tekenaar was,
is eigenlijk niet genoeg. Zijn grootste talent was de inleving
in zijn personages en hun reacties op de situaties waarin
ze zich bevonden. Het stelde zijn tekentalent in dienst van
die treffendheid en maakte zo van een gewone situatie vaak
een hilarische billenkletser. Voor mij was hij de beste strip-'acteur'
aller tijden. Hij ging qua expressie en finesse wel heel erg
ver. De houdingen, de gelaatsuitdrukkingen, alles klopte tot
op de millimeter. Kijk naar de Guust-reeks uit de
jaren zestig en zeventig of naar de Robbedoes-albums
uit de latere periode. En niet alleen mensen maar ook dieren
(Het verhaal met de apen uit Hommeles in Rommelgem,
de kat en de meeuw uit Guust) en zelfs auto's en
andere voorwerpen werden herleid tot raak geobserveerde karikaturen.
|
Hoe
maakte u voor het eerst kennis met Franquin of zijn albums?
Wat herinnert u zich van hem? Heeft u persoonlijke contacten
met hem gehad?
Ik
leerde hem kennen op elfjarige leeftijd via Guust.
Mijn stripbeleving kende een normaal verloop: begonnen met
Jommeke, verder gegaan met Suske en Wiske
en toen pats boem knal: Guust Flater. Hij was net
dat wat ik als aankomende puber wou zijn. Een antiheld. Het
gaf mij het geruststellende gevoel dat ook losers geweldig
populair konden zijn. Je kreeg als het ware de toelating om
te flateren. En je deelde zijn frustratie dat niemand je geweldige
talenten wilde onderkennen. Ik heb Franquin nooit persoonlijk
ontmoet. |
Wat
is uw favoriete Franquin-album, -avontuur, -gag of -personage
en waarom?
Hij
heeft natuurlijk geweldig veel uitstekende albums gemaakt.
Het is dus moeilijk kiezen. QRN op Bretzelburg is
— naar mijn onbescheiden mening — zijn beste Robbedoes-album.
Zijn tekenstijl was toen nog niet zo gedetailleerd zoals bij
de latere Guust-albums maar heel energiek en met
economie van middelen. Het is een prachtig scenario met geweldige
grappen en situaties. Lees de scène waarin Kwabbernoot
gemarteld wordt met allerlei heerlijke gerechten! Briljant!
Wat
de Guust-reeks betreft is nummer 10, Die Reuze
Flater, mijn favoriet omdat het de eerste was die ik
leerde kennen. Verder albums 6 tot 11. Vanaf daarna vond ik
het ietsje minder. Het werd toen wel heel getailleerd en de
grappen waren iets minder. Later bleek dat Franquin toen al
met een depressie worstelde. Ik vond ook Zwartkijken
nogal onevenwichtig. Het was natuurlijk prachtig getekend
en sommige grappen waren fantastisch maar er zaten ook heel
belerende 'grappen' in, pointes die naar mijn gevoel minder
om te lachen bedoeld waren dan wel om over na te denken.
Qua favoriete personage draagt Guust mijn absolute voorkeur
weg. |
Heeft
Franquin ook uw werk beïnvloed?
Qua
tekenen niet zo meteen. Als scenarist wel. Momenteel ben ik
natuurlijk heel erg into Vandersteen maar er zijn heel wat
parallellen tussen beide grootmeesters. Beiden konden hun
personages uitstekend laten acteren. Beiden hadden een groot
gevoel voor visuele humor en waren daar zeer inventief in.
Franquin ging in zijn uitwerking echter veel dieper. Vandersteen
heeft daar ooit over gezegd dat hij dat zelf ook wel wist
maar dat hij de tijd niet had om één week aan
één plaat te werken. Die tijd hebben we nu nog
altijd niet, maar Luc Morjaeu en ik leggen
de lat toch zo hoog mogelijk en de doorgedreven expressie
van Franquin is dan misschien niet haalbaar maar wel een bron
van inspiratie. |
Welke
impact op de stripwereld heeft Franquin vandaag nog, vindt
u?
Vroeger zag je heel wat tekenaars die zich door
zijn stijl lieten inspireren maar die in al hun zwierigheid
toch nooit de diepgang vonden. Nu heb ik de indruk dat er
weer veel meer geëxperimenteerd wordt qua tekenstijl
wat ik een goeie zaak vind. Je moet je eigen ding doen.
|
|
|
|