Mazel
(Luc Maezelle)

[gecontacteerd door Wouter Porteman]
Albums van Mazel (1936, België):
Cara en Calebas (op scenario van Raoul Cauvin, collectie Okay Album, Dupuis) De Musketiers: Schip in de Mist (op scenario van Raoul Cauvin, collectie Jeugdzonden, Dupuis) De Musketiers (4 albums, Dupuis) Jessie Jane (op scenario van Gerald Frydman, Oranje) Paparazzi (op scenario van Raoul Cauvin, 10 albums, Dupuis) Ramtamtam en Kierikieli / Vergeten Jungle (op scenario van Raoul Cauvin, 10 albums, Dupuis).
Wat maakt van Franquin zo’n bijzonder auteur?
Franquin heeft nooit weggestoken dat hij een kinderziel had. Hij had ook de gave om in zijn werk, in al zijn fantasie op dezelfde golflengte als zijn publiek te zitten, maar toch trouw aan de dichter in hemzelf te blijven. Voeg daarbij natuurlijk zijn talent als tekenaar en uitvinder en de nooit aflatende veeleisendheid die hij zichzelf oplegde, en waarmee hij de veeleisendheid van de lezer bevredigde. Hij was het die me ooit zei: "Wat ook je zorgen zijn, van professionele, familiale of fiscale aard, je moet dat allemaal opzijschuiven als je begint te tekenen; zodat je op dat moment enkel nog aan je publiek denkt."
Hoe maakte u voor het eerst kennis met Franquin of zijn albums? Wat herinnert u zich van hem? Heeft u persoonlijke contacten met hem gehad?
Ik heb Franquin leren kennen via het weekblad Robbedoes dat ik elke week kocht. Dat was in de jaren vijftig toen ik in Brussel voor architect studeerde. En later toen ik bij Dupuis begon, na een rampzalige periode bij Lombard... waar ik gelukkig nog steeds enkele uitstekende vrienden heb. In die tijd, toen er nog veel minder stripauteurs waren, had Charles Dupuis graag dat aankomende tekenaars in contact kwamen met hun oudere collega's. Franquin was altijd beschikbaar en zijn vrijgevigheid moest niet onderdoen voor zijn charisma. Op een dag zat ik vast (dat komt bij elke tekenaar wel eens voor) en ik belde hem op met de vraag eens af te spreken. Hij vroeg me: "Stoort het als we met twee of drie naar jouw atelier komen?". En zo kwam het dat twee dagen later Franquin, Morris, Peyo, Tillieux en Will bij me over de vloer kwamen! De intrede van de 'Beatles'! Als jonge tekenaar heb ik toen een onvergetelijke avond beleefd. Naast een buitengewoon kunstenaar was André Franquin ook een uitzonderlijk mens. Waar zijn dus zijn vrienden?
Wat is uw favoriete Franquin-album, -avontuur, -gag of -personage en waarom?
Geen enkele. Hoe kan ik een keuze maken tussen al zijn vondsten? Het ganse œuvre van deze grote auteur is essentieel. Misschien moet ik er nog bij zeggen dat Guust ongetwijfeld het meest getuigt van de verborgen tederheid van Franquins humor. Guust was niemand minder dan Franquin zelf: een oprecht man die gruwelde van alle smeerlapperij in deze wereld.
Heeft Franquin ook uw werk beïnvloed?
Volstaat het toonbeeld dat hij was in zijn veeleisendheid voor goedgemaakt werk niet? Ik heb er nochtans de frisheid aan overgehouden die ik altijd heb getracht te bewaren in mijn tekeningen. Het was aan de andere kant eerder misplaatst om zo’n grote meneer te proberen imiteren.

Welke impact op de stripwereld heeft Franquin vandaag nog, vindt u?
Het is nogal moeilijk om deze vraag te beantwoorden. Natuurlijk heeft Franquin enkele tekenaars geïnspireerd. Aan de andere kant is het vanzelfsprekend dat bij het verderzetten van de Marsupilami-reeks zijn 'school' werd opgelegd. Nochtans zie ik deze veeleisendheid op het vlak van kwaliteit niet meer terug bij vele jonge tekenaars, hoeveel commercieel succes ze ook hebben.
Maar laat ons rechtvaardig zijn. Er zijn nog genoeg authentieke tekenaars die zich op bewonderenswaardige wijze onderscheiden van de massaproductie die wanhopig de lezer achterna holt. Maar Franquin wekt nog steeds de bewondering op van iedereen die in het vak zit, want uiteindelijk — ook al zijn er nog andere auteurs waar je niet om heen kunt —, gaat het hier niet om een erg uitzonderlijk man?

[vertaald door Jeroen François / eindredactie door Peter D'Herdt]