Jean-Yves
Mitton

[gecontacteerd door Wouter Porteman]
Albums van Jean-Yves Mitton (1945, Frankrijk):
Attila... Mijn Geliefde (scenario voor Franck Bonnet, 6 albums, Talent)De Barbaren (6 albums, Talent)Bloed & Stilte (scenario van François Corteggiani, deel 3 t/m 10, Talent)Gilgamesh (scenario voor Franck Zimmerman, Talent)Quetzalcoatl (5 albums, Talent)Schipbreukelingen (vanaf deel 4 scenario voor Félix Molinari, 9 albums, Talent)Vae Victis! (scenario van Simon Rocca, 14 albums, Talent).
Wat maakt van Franquin zo’n bijzonder auteur?
Misschien omdat je naast zijn scherpe en zo vaak geïmiteerde penseeltrek en de soepelheid van zijn personages en zijn decors, altijd een stukje waanzin in zijn strips kon vinden. Een stukje waanzin dat niemand ooit zal kunnen imiteren. In mijn ogen verklaart dat ook de originaliteit en het aanzien van de Belgische strip: de ingehouden braafheid van een Hergé en de ongebreidelde waanzin van een Franquin. Bovendien zie je bij Franquin van zijn klassieke Dupuis-strips tot Zwartkijken een evolutie in zijn tekeningen, de thema's en de personages die meer en meer bizar en opgewonden worden. Deze evolutie, die ongetwijfeld te wijten is aan het ouder worden van Franquin en aan zijn depressieve karakter, maakt hem zoveel menselijker, ontroerender. Je kan hem nog het best vergelijken met de impressionistische schilders wiens werk de spiegel van hun gemoed was.
Hoe maakte u voor het eerst kennis met Franquin of zijn albums? Wat herinnert u zich van hem? Heeft u persoonlijke contacten met hem gehad?
Ik ken hem al sinds de eerste albums van Robbedoes en Kwabbernoot en ik ben helemaal voor de bijl gegaan sinds Pas op, Kwabbernoot! Ik stond versteld van het meesterschap waarmee hij die wielerwedstrijd in het zuiden in beeld bracht. Want Franquin kon van elke machine en elk decor echt levende dingen maken.
Wat is uw favoriete Franquin-album, -avontuur, -gag of -personage en waarom?
Alles is zo knap, dat het moeilijk is om een keuze te maken. Toch gaat mijn hart uit naar Het Nest van de Marsupilami's. Het is een humoristisch meesterwerk dat de genialiteit van een Tex Avery benadert. Een eervolle vermelding gaat naar de Brothers... en zovele andere albums! Misschien omdat in die albums dieren de helden zijn en dat zijn nu net de stripfiguren die het moeilijkst te tekenen zijn. Het is een uitdaging die weinig auteurs aan durven gaan, vooral na al die hoogstandjes van Franquin op het vlak van tekeningen en scenario.
Heeft Franquin ook uw werk beïnvloed?
Neen, omdat ik maar weinig humoristische strips gemaakt heb. Maar onbewust heeft Franquin zeker en vast toch een invloed gehad op mijn werk. Dat overkomt ons allemaal, want de uitstraling van een meester als hij heeft ons allen op een moment in onze carrière verlicht, en sommigen zelfs verblind. Dat is trouwens de definitie van een grootmeester: er is de tijd vóór hem en er is de tijd na hem.

Welke impact op de stripwereld heeft Franquin vandaag nog, vindt u?
In de Frans-Belgische strip is de impact enorm. Maar elders, waar het stripverhaal zich beperkt tot manga en comics en waar de enige humoristische referentie Disney is, is de invloed van Franquin veel minder zichtbaar. Zijn impact is zo groot bij ons dat er heel wat 'nakomelingen' zijn. Té veel misschien. Franquin heeft zich ongetwijfeld meermaals omgedraaid in zijn graf toen hij zag hoe sommigen na zijn dood met zijn oeuvre geknoeid hebben en hoogverraad op zijn erfenis gepleegd hebben. Des te beter als het auteurs aan werk geholpen heeft, maar jammer voor zijn nazaten die hadden moeten schiften. Maar ook dàt is het lot van de grote meesters.

[vertaald door Jeroen François / eindredactie door Peter D'Herdt]