regie:
Leslie H. Martinson schrijvers: Stanley Ralph Ross, Stanford
Sherman, Charles Hoffman, Lorenzo Semple Jr. (hoofdschrijver),
Bob Kane (characters) hoofdrolspelers: Adam West (Batman / Bruce
Wayne), Burt Ward (Robin / Dick Grayson), Neil Hamilton
(Gordon), Yvonne Graig (Batgirl / Barbara Gordon), Lee Meriwether
/ Eartha Kitt (Catwoman), Cesar Romero (The Joker), Burgess
Meredith (The Penguin), John Astin / Frank Gorshin (The
Riddler), Julie Newmar (Catwoman)... soundtrack: Nelson Riddle release: 120 afleveringen in 1966-1968
Over de eerste Batman-series in 1943 en 1949 hadden we
het al elders.
Vervolgens bleef het onder andere door de reacties op de ronduit
racistische ondertoon in beide serials televisiegewijs lange tijd
stil rond de Pyjamadragende Wraakengel. De legende wil dat in
de Playboy Mansion van Hugh Hefner de aanleiding
werd gegeven voor een revival. Tijdens diens movie nights
werden immers regelmatig oude afleveringen van Batz en zijn playboy
Robin geprogrammeerd en die mochten op de nodig bijbal... euh…bijval
rekenen. Een hoge — no pun intended — piet
bij ABC pikte dat op en haalde de televisierechten
binnen. Het project kwam in handen van producer William
Dozier die — de serie uit de jaren 1940 parodiërend
— op onnavolgbare wijze de vertelstem zou gaan vertolken
en zo de scenario's moeiteloos nog verder over de top tilde dan
ze al waren. Hij kwam ook op het lumineuze idee om de afleveringen
op te splitsen in twee wekelijkse halfepisodes, gescheiden door
een cliffhanger en de legendarische woorden "Tune in
tomorrow — same Bat-time, same Bat-channel!" Daarnaast
zijn ook de voorbijvliegende onomatopeeën (er bestaan volledige
lijsten van!) een onvergetelijk aspect aan deze serie geworden.
Toch mag deze adaptatie van Batman ook om andere redenen
herinnerd worden. Naast de heerlijke zelfrelativerende, haast
Britse humor, maken namelijk twee belangrijke pijlers de serie
onvergetelijk goed: de acteurs en de Batdinges. Met dat laatste
bedoel ik enerzijds de grot van het Toffe Tweetal en alle bijhorende
accessoires, die niet alleen erg knap gemaakt zijn (let ook op
de grappige details zoals de poef die onderaan de palen staat
langswaar Bruce en Dick naar beneden glijden), maar waar ook nog
eens netjes is opgeschreven waarvoor alles moet dienen (bijvoorbeeld
op de glijpalen: "Access to Batcave via Batpoles"...
duh!). Anderzijds denk ik aan de Batmobile en de andere voertuigen
(die er weliswaar pas na de film uit 1966 bij kwamen). Daarnaast
wordt de serie gedragen door een groep geweldige (en niet per
se geweldig goede) acteurs. Over Adam West, die
nog steeds geïmiteerd wordt door Jan Leyers,
had ik het al in de bespreking van de film
uit 1966. Ook Burt Ward beschikt over datzelfde
staaltje subtiele overacting en diezelfde dosis gezonde zelfrelativering
(bekijk de film Return to the Batcave en je weet wat
ik bedoel). Ik verdenk beide acteurs ervan dat ze wisten dat ze
geen supertalenten waren, maar dat ze zich gewoon bijzonder goed
geamuseerd hebben tijdens de drie jaar dat de serie liep. Beiden
spraken trouwens nadien nog ettelijke malen geanimeerde versies
van de Spitsorige Wreker en zijn Trouwe Bijzit in, dus windeieren
heeft het hen niet gelegd.
De echte sterren waren echter de slechteriken. De Vreselijke Vier
— Penguin, Riddler, Catwoman en Joker — werden zo
memorabel neergezet dat de standaard (Frank Gorshin
introduceerde naar het schijnt zelfs een outfit die nadien werd
overgenomen in de comics) voor vele decennia (en wat mij betreft
nog altijd) werd gezet. Mijn persoonlijke favoriet blijft The
Riddler die gespeeld werd door Frank Gorshin,
die als enige van de cast een Emmy versierde. Burgess
Meredith speelde de Penguin en hij introduceerde het
kenmerkende pinguïnachtige gekrijs eigenlijk per ongeluk:
als niet-roker werden zijn stembanden danig geïrriteerd door
de sigaretten die hij moest roken. The Joker werd gespeeld door
Cesar Romero (prima geïmiteerd door Tommy
Lee Jones in Batman
Forever. Alleen jammer dat hij eigenlijk Two-Face moest
spelen), die pertinent weigerde zijn snor af te scheren en die
dus maar mee werd wit geverfd met de rest van zijn gezicht. Last
but not least: Julie Newmar in een spannend
pakje dat destijds menig Amerikaan moet gechoqueerd hebben maar
spontane bewondering oogstte van Adam West ("the sexiest
woman on television") en Bob Kane ("terrific!")
himself, als Catwoman. Ook de andere, soms erg vergezochte,
stoute jongens en meisjes werden vaak memorabel (en daarom dus
ook niet memorabel goed) neergezet en op een bepaald ogenblik
— toen "een slechterik spelen in Batman" nog beter
was dan "meedoen aan Sterren op de Dansvloer"
— zelfs door allerhande grote namen uit het toenmalige en
latere wereldje (om er maar een paar te noemen: Cliff
Robertson (je kent hem uit Charly, maar ook
als Oom Ben in de Raimi-Spidermans), Anne Baxter (Nefertiri
in The Ten Commandments), Eli Wallach
(ja, hoor, The Ugly speelde Mr. Freeze!), Zsa Zsa Gabor
en Roddy McDowall, beter gekend als de aap Cornelius uit Planet
of the Apes).
Met onder andere die geforceerde gastrollen werd ook de ondergang
van de serie ingeluid. In 1968 daalden de kijkcijfers en NBC,
dat geïnteresseerd was om de serie over te nemen en nieuw
leven in te blazen, haakte af toen bleek dat ABC de set al afgebroken
had en er bijna een miljoen dollar nodig was om de batcave in
haar oude glorie te herstellen. Twintig jaar lang ging de real
life-versie van de Getormenteerde Bozerik in een winterslaap,
tot Tim Burton hem in 1989 terug wekte. Maar
dat is een ander verhaal.