|
D
A T A S H E E T |
Oorspronkelijke
titel:
Astérix Gladiateur
Eerste druk FR: 1964
Eerste druk NL: 1968
Uitgever:
De Geïllustreerde Pers NV Amsterdam |
|
|
Herdruk
Dargaud
(1983-1984) |
|
|
|
|
De Gallische prefect Caligula Biboppus bezoekt Petitbonum (Grootmocum):
hij wil één van de onoverwinnelijke Galliërs
meenemen naar Rome als geschenk voor Caesar. De keus valt op de
bard Assurancetourix (Kakofonix) die in het woud gevangen wordt
genomen. Asterix en Obelix gaan liften met een Phoenicisch schip
naar Rome om hem terug te halen. Onderweg beleven zij de eerste
ontmoeting met Roodbaard en zijn bemanning. Om Assurancetourix (Kakofonix)
te kunnen bevrijden die in het Circus is opgesloten, melden Asterix
en Obelix zich als gladiator bij Caius Paffus, directeur van de
opleidingsschool. Door een heel cohort op beproefde wijze in te
maken, tot groot jolijt van het publiek, moet Julius Caesar
hen wel een gunst verlenen. Met de bard en Caius Paffus keren ze
met hetzelfde schip huiswaarts.
Een opsomming van opmerkelijke namen:
• Caligula Alavacomgetepus (FR = à-la-va-comme-je-te-pusse
= letterlijk een jij-gaat-waar-ik-je-duw, iemand die weining eigen
initiatief toont, een meeloper) = Caligula Biboppus (NL)
• Gracchus Nenjétepus (FR = n'en jetez plus.
Deze zin stamt uit de toneelwereld. "Gooi er geen meer"
slaat op de bloemen, die het publiek aan het einde van de voorstelling
naar de grote artiest werpt, vrij vertaald dus: "nu heb ik
wel genoeg bijval geoogst") = - Gracchus Neussus (NL)
• Caius Obtus (FR) = Gaius Paffus (NL)
• Plaintcontrix (FR = Klacht tegen onbekenden) = Emigrantix
• Briseradius (FR) = Gorillus (NL)
• Ziguépus (FR = la puce is de vlo, le zigue
is de kameraad. Tevens verwijst het naar de Franse stripreeks Zig
et Puce van Alain Saint-Ogan, later overgenomen
door Greg en vertaald als Kees en Klaas)
= Stillus (NL)
• Rictus (FR = le rictus is de grijns) = Lachus (NL)
• Keskonrix (FR = qu'est-ce qu'on risque) = het kleine jongetje
met de naam Nognix (NL)
Een overzichtje van (onvertaalde) knipoogjes, historische
verwijzingen, cameo's en trivia:
• We moeten het nog steeds stellen zonder het hondje Idefix.
Grappig is dat in de Franse versie de gevleugelde woorden "Ils
sont fous, ces Romains!" voor het eerst gebruikt wordt,
maar de Nederlandse vertaling nog niet op punt staat. Terwijl later
de standaardvertaling "Rare jongens die Romeinen" in zwang
komt en een vaste uitdrukking in de reeks wordt met zelfs een opname
in het Van Dale-woordenboek, staat er nu nog "Die
Romeinen zijn GEK!".
•
Caligula Biboppus is een karikatuur van George
Fronval, Frans journalist en schrijver. Heel wat
vergzeochter is als je dit prentje op zijn kop draait. Volg de contouren
van zijn hoofd en je herkent misschien de landkaart van Frankrijk...
•
De Franse versie van het lied luidt: "Ils ont des casques
ailés, vive les Celtes" en dat komt uit een Bretoens
volkslied met de titel Ils ont des Chapeaux
Ronds... Vive les Bretons!
•
In deze vluchtscène,
veroorzaakt door de zingende bard Assurancetourix (Kakofonix), rent
een Romein op dezelfde manier zoals het konijntje rechts voor hem.
•
De Romeinen stoppen peterselie
(waarom die "pieterselie" eigenlijk waarover ze het hebben?)
in hun oren. Dit verwijst naar een Frans gezegde dat vertaald kan
worden als "peterselie in je oren hebben". Het betekent
traag van begrip zijn, dom zijn. Dit spreekwoord is ontleend aan
de weinig intelligente uitstraling van een varken in de vitrine
van een slagerij, waarbij peterselie als decoratie wordt gebruikt.
Zo maken de Franse auteurs de Romeinen dus tot spreekwoordelijke
domkoppen.
In prent 2 zegt een Romein bovendien: "Ik ben geen gebraden
speenvarken". In het Frans staat er "J'aurai l'impression
d'aller à la boucherie" = "Ik heb de indruk
dat ik naar de slagerij ga.
•
Eerste en enige optreden van het knaapje Nognix
in de reeks Asterix.
•
Obelix laat er geen twijfel over bestaan: hij is zaakvoerder van
een steengroeve. Obelix heeft een erkend
beroep.
•
Dit is een sterk staaltje inventieve en voorbereidende humorkunst.
Obelix zegt in plaatje 1: "Zeg Asterix, zullen we straks een
spelletje doen? Wie de meeste soldaten neerslaat, heeft gewonnen!
Als bewijs moet je de helmen van je slachtoffers meebrengen"
waarna een commandant in prent 2 het bevel "Helmen op!"
geeft. Mocht je al over het verband tussen de twee prentjes gelezen
hebben, is er geen man overboord. Goscinny construeert
hier in al zijn genialiteit een sequentie:
humor dat ontstaat door twee (of meer) opeenvolgende plaatjes.
•
De dammende soldaten verwijzen naar de beroemde amfoor
van Exekias uit de Vaticaanse Musea, waar Achilles
en Ajax op zitten te dammen.
•
Nog zo'n voorbeeld van een sequentie moet je op de achtergrond zoeken.
In silhouet zien we twee soldaten tegen
elkaar opbotsen. In het volgende prentje foetert
de ene soldaat de andere uit.
•
Intrdocutie van de grijsaard Nestorix,
al toont hij zich hier minder kwiek en opvliegend dan we later van
hem gewend zijn.
•
Wanneer Obelix zegt: "Als ze in Rome niet aardig tegen ons
zijn, is de stad één grote ruïne als we weggaan"
bedoelt hij onvrijwillig dat er van de fiere stad Rome vandaag niets
meer is dan her en der gerestaureerde
ruïnes.
•
Niet moeilijk dat "alle wegen
naar Rome leiden". De Romeinen waren bouwmeesters
die kriskras in Europa wegen aanlegden.
•
Wie zijn Vergilius kent, weet waarom de koopvaarder
nu juist een Phoeniciër
is. Dit volk beheerste de handel over de Middellandse Zee en stichtte
de rijke havenstad Carthago.
•
Opnieuw een toevoeging van enkele vaste castleden: Roodbaard
en zijn piraten, een parodie op de stripreeks Roodbaard
van Victor Hubinon en Jean-Michel Charlier
dat in hetzelfde stripblad Pilote liep als Asterix.
De Latijnse spreuken debiterende Driepoot citeert met "Vanitas
vanitatum omnia vanitas" = "IJdelheid der ijdelheden,
alles is ijdelheid" uit het Oude Testament (Prediker
1,2). Normaliter citeert hij uit het œuvre van Horatius.
•
"Let op! Slipgevaar!"
met twee van elkaar wegrennende paarden op het waarschuwingsbord.
•
In het midden van de prent steekt een man de straat over op een
zebrapad avant
la lettre.
•
Het woningblok heet in het Nederlands een W.A.E., Woningen voor
Allerlei Emigranten. In het Frans is dat H.L.M. waar elke Fransman
de afkorting voor Habitations à
Loyer Modéré in herkent, de naam
voor de sociale woningsbouw. De strip maakt er Habitations Latines
Mélangées van.
•
"De Romeinen zijn GEK!"
denkt Obelix luidop. De vertaling staat hier nog niet op punt, neen.
•
Het staat er niet volledig op, maar links staat wel degelijk het
Colosseum.
•
Een opeensomming van allerlei delicatessen,
exotische lekkernijen en petieterige liflafjes. De Romeinen lusten
er pap van. Een moment om te denken aan Monty Python's Life
of Brian waar Brian aanvankelijk aan de bak komt als venter
van dit soort fijnproeverssnacks.
•
De opleiding van de gladiatoren doet denken aan Spartacus' opleiding
uit de gelijknamige film Spartacus
uit 1960 van Stanley Kubrick. Hoofdrolspeler Kirk
Douglas komt later nog eens aan bod in deel 30, De
Beproeving van Obelix.
•
Rome lokt toeristen.
Galliërs, in zijprofiel wandelende Egyptenaren en Grieken doen
de stad aan.
•
Oerversie van graffiti:
een Egyptenaar kerft zijn naam in een Romeinse zuil.
•
Een raadseltje: "Het
eerste deel is de naam van het visje van Pinocchio, het tweede deel
de vader van een kind, dan de 20e letter van het alfabet en 't laatste
is een deel van 'n schip! Alles samen is iets waar Caesar van houdt.
Ra-ra, wat is het?" Cleo + pa + t + ra = Cleopatra
waarbij we dienen te onthouden dat het sprookje van Pinocchio
nog niet bestond. In het Frans moeten de gladiatoren zoeken naar
clé (sleutel) + eau (water) + pâtre
(schapenhoeder) = Cléopâtre.
•
"En Caius Paffus wordt hoe langer hoe magerder..." Inderdaad,
maar waarom tekent Uderzo hem twee pagina's verder
dan weer met dikke pens?
•
Opnieuw een nietszeggend lied in de Nederlandse taal, gekweeld door
Assurancetourix (Kakofonix). In het Frans zingt hij "Menhir
montant, mais oui madame" naar een
lied van Maurice Chevalier (ooit een internationale
superster) over de Parijse stadswijk Ménilmontant, gezongen
in 1939. Dus Ménilmontant wordt menhir montant!
•
We weten allemaal dat "panem
et circenses" (te lezen boven het baldakijn
waaronder Julius Caesar zetelt) de truc verwoordt
waarmee keizers het arme volk koest hielden en paleisrevoluties
verhinderden. Natuurlijk is het absurd om deze letters reuzegroot
boven de keizerlijke loge te zetten, alsof de paus zou verordenen
om bij elke kerkingang "Opium voor het volk" op te hangen.
•
"Tu quoque fili", het citaat dat Caesar
uitte na het verraad van zijn aangenomen zoon Brutus.
Hier gebruikt hij het echter als vermaning om zijn zoon te laten
applaudiseren.
In de volgende prent maakt Caesar de bedenking: "Die Brutus...
Ik voel dat ik nog 'ns last met hem ga krijgen!..." Op een
kwaaie dag in maart 44 voor Christus krijgt hij gelijk wanneer Brutus
één van de samenzweerders is die een dolk in het lijf
van Caesar planten om hem te vermoorden.
•
Ietwat anders in beeld gebracht, maar filmliefhebbers herkennen
de nog steeds razend spannende wagenmennersrace
uit de film Ben Hur uit 1959.
•
Tijd om eens wat gladiatoren
te beschrijven. De uitrusting van de velites (de strijder met het
gekromde zwaard, de helm met gaten, schild en geharnaste arm) en
de retiarius (de strijder met het net en de drietand) is een waarheidsgetrouw
beeld.
Anders dan het cliché over gladiatoren ons wil doen geloven,
waren gladiatoren in die tijd ware vedetten en niet steeds een laatste
bestemming voor gestraften of gevangenen. Het was ook niet de bedoeling
dat gladiatoren bij elk gevecht een strijd op leven en dood voerden.
Gladiatoren waren duur voor de sport- en opleidingsscholen. Met
zo'n kostbaar goed moest voorzichtig omgesprongen worden. Het Romeinse
publiek had zo zijn favorieten die in het dagelijkse leven best
een comfortabel bestaan konden opbouwen.
•
Opnieuw komt het spelletje met de helmen
ter sprake. Goscinny is zijn eigen beste aangever
voor een geslaagde grap.
•
"Caesar... Ik vraag de vrijheid voor onze
druïde, die wij zijn komen redden." Asterix sleept echt
wel de voor pampus geslagen bard Assurancetourix (Kakofonix) voort
in plaats van de door hem vernoemde druïde. |
|
|