alfabetisch
overzicht M-Z Terug naar het overzicht |
Man
van het Jaar is een conceptserie waarbij de afgeronde verhalen
per album telkens het werk zijn van andere auteurs. Deze keer geen
alternatieve of uchronistische herschrijvingen van de geschiedenis,
maar wel in de werkelijke geschiedenis gesitueerde fictie over telkens
een man die op zo'n keerpunt onbekend is gebleven. Wie zijn deze personen
die iedereen tegelijk kent als over het hoofd ziet? Het eerste album, 1917 - De Onbekende Soldaat, buigt zich over de vraag wie de anonieme soldaat is die onder de Arc de Triomphe in Parijs ligt begraven, een gegeven waar Jacques Tardi zich ook al mee bezighield in de bij elkaar geïmproviseerde strip Het Ware Verhaal van de Onbekende Soldaat. Het scenaristenduo Fred Duval en Jean-Pierre Pécau, die tevoren de conceptserie UUR U uitdokterden, volgen het lot van Boebacar N'Doré uit Ivoorkust die van zijn meester Joseph wordt gescheiden in de loopgraven. De eerste verliest er het leven en de tweede zal niet rusten voordat hij een laatste keer zijn vriend kan eren. In feite verklappen we hier al veel mee... maar er is meer! David Steenhuyse |
Mattéo
heeft het niet getroffen in het leven. Als zoon van een gevluchte
Spaanse anarchist leeft hij samen met zijn moeder in een dorpje aan
de voet van de Pyreneeën. Hij komt nauwelijks naar zijn werk
in de wijngaarden en bovendien ziet Juliette, het meisje van zijn
dromen, hem nauwelijks staan. En dan breekt de Eerste Wereldoorlog
uit... Als Spanjaard wordt Mattéo niet gemobiliseerd, maar
in de vlaag van patriottisme die zijn dorp beheerst, bekijkt iedereen
hem als een lafaard, ook Juliette. Ondanks de smeekbeden van zijn
moeder en zijn vriend Paulin neemt Mattéo dan toch dienst,
om Juliette te bewijzen dat hij een man is. Maar hij komt terecht
in een oorlog die niet de zijne is... Er zijn twee manieren om geschiedenis te brengen. Je kan het hebben over veldslagen, generaals, patriottisme, winnaars en verliezers. Of je kan de focus leggen op de mensen die de gebeurtenissen ondergaan en het hebben over liefde, miserie en hoop. Jean-Pierre Gibrat koos voor zijn geplande vierluik Mattéo voor de tweede methode. In het tweede luik van zijn avonturen komt Mattéo in 1917 terecht in Petrograd waar de Russische revolutie woedde. Deel 3 maakt een sprong naar 1936. Christophe Christiaens |
Een zekere Adolf H. liet zich ooit eens ontvallen: "Wie spreekt
er vandaag nog over de vernietiging van de Armeniërs?" Tussen
1915 en 1917 bracht het Ottomaanse rijk anderhalf miljoen van zijn
Armeense christelijke onderdanen om. Velen werden afgeslacht, maar
de meeste slachtoffers vielen toen ganse dorpen en steden werden gedeporteerd
naar de Syrische woestijn, waar ze omkwamen van ontbering. Medz
Yeghern was de eerste moderne genocide in volle oorlogsperiode. Paolo Cossi probeert met zijn strip deze zwarte bladzijde van de geschiedenis wat meer in het licht te brengen. De auteur heeft zich bijzonder goed gedocumenteerd: verhalen van ooggetuigen en slachtoffers, foto's,... Hij verwerkt deze bronnen tot drie historische verhaallijnen, waarbij hij ook het perspectief van enkele buitenstanders aanhaalt en vooral het schuldig verzuim aanklaagt van de Duitse bondgenoten van de Turken. Christophe Christiaens |
De Meesters van de Gerst vertelt in acht albums het verhaal
van enkele generaties Belgische bierbrouwers sinds het jaar 1854.
In deel 3 woedt de Eerste Wereldoorlog in Europa en België krijgt
het zwaar te verduren. Ook het kleine Dorp blijft niet bespaard van
de ellende, en de brouwerij heeft het moeilijk om ingrediënten
te verkrijgen voor het bier. Margrit probeert desondanks haar zaak
draaiende te houden, terwijl haar zoon Adrien, die aan het front zit,
enkele dingen ontdekt over heden en verleden... Het album tet enkele scènes aan het front en de oorlog is bepalend voor het verhaal. Het album is in 2016 ook gebundeld in de eerste van twee integrales. David Steenhuyse |
De
Belgische luitenant Mercier krijgt de opdracht om het Duitse pantserschip
Graf von Götzen tot zinken te brengen. Inzet is de controle over
het immense Tanganyikameer in Midden-Afrika waar zowel Duitse, Engelse
als Belgische troepen aanspraak op maken. In zijn missie wordt Mercier
bijgestaan door een halfbloed die beweert dat hij de zoon is van de
wereldberoemde ontdekkingsreiziger David Livingstone (1813-1873).
Als eerbetoon aan zijn vermeende vader loopt hij ook steeds in een
kilt rond. Die rare kronkel levert hem de bijnaam Mevrouw Livingstone
op. Gaandeweg krijgen beide mannen meer en meer sympathie voor elkaar.
Mercier smokkelt zijn kompaan zelfs een blanke drankgelegenheid binnen,
iets wat in de tijd zeker geen alledaags feit was! Het Afrikaanse luik van de Eerste Wereldoorlog wordt nogal onderbelicht in de meeste publicaties en het was best confronterend om te zien dat ook het zwarte continent niet gespaard is gebleven van de oorlogsgruwel. Het grootste deel van het verhaal is trouwens historisch correct, alleen in verband met de beide hoofdpersonages heeft Afrikakenner Christophe Cassiau-Haurie zich wat dichterlijke vrijheden veroorloofd. Leuk weetje: het schip is na de oorlog terug opgevist en fungeert — onder de naam Liemba weliswaar — nog altijd als ferry in de oostelijke helft van het Tanganyikameer. Toch is het vooral de in België residerende Congolese tekenaar Barly Baruti die met het gros van de aandacht gaat lopen. Hij is natuurlijk de uitgelezen figuur om deze woelige periode uit zijn thuisland aan het tekenpapier toe te vertrouwen. Het promopraatje bij dit album noemt hem al de nieuwe Hermann en daar is wel iets voor te zeggen. Mario Stabel |
Het
moederland. Automatisch denken wij dan aan ons vergeten lapje aan
de Noordzee, geklemd tussen de grootmachten als een rubberen deurstopje.
Enig borstgezwel en chauvinisme ontdekken we daar niet bij, zoals
de meeste Belgen zijn we daar niet goed vertrouwd mee. We kunnen ons
wel nog herinneren dat we fier waren "dat de Belgen moedig stand
hielden aan den IJzer", maar die schoolbankentijd is ook al heel
lang geleden. Niet vaak denken wij daarbij aan ons moeke. Het is zij
nochtans die ons gebaard en opgevoed heeft. Het is ook die titel "moeder"
die in het eerste deel van het woord "moederland" waar al
snel wordt overgelezen, zonder daar verder over na te denken. En toch
zijn vrouwen onontbeerlijk. Ook zo in dit geval. Hubertine Grenier verlaat de veiligheid en het comfortabele leven van haar rijke familie voor de man die ze liefheeft: Jean Gadoix. Hij zal haar een zoon schenken en voor die geboren wordt onterecht gefusilleerd worden als deserteur. Via Ousmane Diom, de Senegalese scherpschutter die hij nog maar net kent, vertrouwt hij hen een behoorlijke som geld toe. Een gok, maar Ousmane is een man van eer. Niet alleen strijdt Hubertine voor eerherstel voor Jean, Jeans zuster Josephine dient zich te bekommeren over zijn zoon Clovis, die zwaar gebukt gaat onder de vermeende zonden van de vader. Keer op keer worden de vrouwen opzijgeschoven of gesaboteerd door de mannen. Doch niet enkel ongeluk blijkt de familie Gadoix te achtervolgen, want een oude strijdmakker van de vader, die gruwelijk misvormd is en tot de "Gebroken smoelen" behoort, duikt op en kan de zoon overtuigen van de moed van de vader. Moederland is géén strip over de Eerste Wereldoorlog. Moederland is een strip over hoe moeders en vrouwen die oorlog beleefd hebben. Hoe zij hun zonen en mannen verloren aan het front, hoe zij als weduwe hun gezin dienden te beredderen, hoe zij voor zichzelf en voor hun geliefden opkwamen, hoe zij vochten als leeuwen. Wim De Troyer |
"Maar
ik voelde ook de grootsheid van de onderneming. In deze gigantische
neergang van de rede slaagden al die gebogen, bevroren en uitgeputte
soldaten er ondanks alles in iets van essentiële waarde te redden...
De fundamentele broederschap der mensen." Dit fragment uit een
van de monologen van luitenant Roland Vialatte klinkt niet alleen
als een sterk staaltje mooi vertaalde literatuur, het getuigt ook
van ontzag voor het menselijke aspect in de oorlogspletwals die de
Eerste Wereldoorlog was. Terwijl hij zijn onderzoek naar de moord
op drie vrouwen wil voortzetten, is hij meer dan eens deelgenoot in
de loopgravenoorlog die de rangen van de eenheid waarmee hij optrekt
sterk uitdunt. Hij probeert begrip op te brengen voor de onmenselijke
omstandigheden die een mens tot extreme daden brengt. Maar een keer
hij een nieuw spoor heeft gevonden, zet hij nauwgezet door om de waarheid
te achterhalen. Ondertussen davert de aarde door de Duitse bombardementen
of moet een aanval worden afgeslagen. Na afloop is er telkenmale hetzelfde
ritueel: namen worden afgeroepen en onder een laatste saluut klinkt
het telkens "Dood voor het vaderland". Moeder Oorlog leest tegelijk als een Loopgravenoorlog, maar dan met telkens dezelfde personages, en als een detectivestrip. De dubbele aanpak fascineert. Ook tekenaar Maël doet zijn duit in het zakje. In de ogen van zijn personages schuilen talloze achtergrondverhalen en bijhorende emoties. Het zijn ogen vol doodsverachting, pure wanhoop of angst, verdriet of gelatenheid of met een afwezige blik op oneindig. Onvergetelijk. David Steenhuyse |
Nee,
scenarist Kris (Christophe Goret) en tekenaar Maël (Martin Leclerc)
bleken nog lang niet uitverteld na hun Moeder Oorlog-kwartet.
Hun doorgedreven research leverde namelijk nog voldoende materiaal
op om een vijfde afsluitend deel te rechtvaardigen. In deze Kronieken
vertellen ze in vijf verhaaltjes het wedervaren van een aantal historische
personages die de inspiratie leverden voor hun albums. Zo passeren we de levensloop van Charles Péguy, de twijfelende pacifist die toch ten oorlog trok. We maken kennis met Vera Brittain die levenslang getekend blijft door de zinloze sterfgevallen in haar naaste omgeving. We leren Louis Barthas kennen via zijn dagboeken: hij weet vier jaar oorlogshel te overleven en schrijft dit neer in een pakkend ooggetuigenverslag. Gabriel Chevallier schreef het boek Heldenangst, een waar anti-oorlogspamflet, dat in Frankrijk lange tijd verboden was. Als afsluiter krijgen we nog de onzekerheid voorgeschoteld van enkele broekies die rechtstreeks van het tuchthuis naar de loopgraven gestuurd werden. Kris weet al die avonturen in zijn typische, poëtische taal te gieten en zorgt zo voor een knap orgelpunt en een noodzakelijke afsluiting van deze sterke reeks. Op zich moet je de vier oerdelen niet gelezen hebben om van dit album te kunnen genieten, maar je mist misschien wel de cohesie tussen de verhalen. Maël liet zich voor het tekenen bijstaan door enkele afgestudeerden in de richting Créations de Bandes Dessinées van de universiteit van Picardië. Ondertussen hebben Damien Cuvillier (De Rode Schoenen) en Hardoc (De Oorlog van de Lulu's) al zelf oorlogsreeksen op hun naam gezet. Mario Stabel |
Na
twee delen bij Dupuis, die werden heruitgegeven door Arcadia en uitgebreid
naar een achtdelige reeks, nam Luc Brunschwig (later bijgestaand door
Sylvain Runberg) de reeks Mick Mac Adam van Stephen Desberg
over waarop tekenaar André Benn De Nieuwe Avonturen van
Mick Mac Adam creëerde. Die cyclus van vijf delen speelt
zich af tijdens de Eerste Wereldoorlog. De Schotse detective keert terug naar zijn geboortestreek waar de aanwezigheid van Engelse soldaten niemand onberoerd laat. In latere delen speelt het verhaal zich ook af in Verdun in 1916 waar Mick Mac Adam het magische volkje de Kobbels uit het oorlogsgewoel probeert te houden terwijl de god Akunchor het op hem gemunt heeft. Hij kruist ook het pad met Lady Vickie Pitcott die tot grote consternatie van haar landgenoten de Engelse kroon verraadt. David Steenhuyse |
Daar
staan ze dan. Lucien, Lucas, Luigi en Ludwig. De vier Lulu's. Het
weeshuis is helemaal verlaten. Waar is de abt? En de pater? Waar zijn
de andere wezen? Zijn ze misschien vertrokken op uitstap? Maar waarom
gebeurde dit zo halsoverkop. Ze zijn toch maar een paar uurtjes weggevlucht
naar hun kamp in het bos. Konden ze echt niet op hen wachten? Voorzichtig
slopen ze verder door de enorme gangen van de verlaten abdij. Ze waren
inderdaad helemaal alleen. Moederziel alleen! Eindelijk konden ze
doen wat ze willen! Geen klusjes, geen avondgebed, geen les! Ze waren
vrij, net zoals de grote mensen. Maar net als ze een extra portie
confituur wilden oplepelen om hun geluk te vieren, daverde het weeshuis
op zijn grondvesten. Vensters braken, vuur kwam van de trap gerold,...
Dit moest wel de apocalyps zijn! Daarom is de abt vertrokken! Angstig
verstopte het viertal zich onder de tafel, onvoorbereid voor een eeuwigdurende
nacht. Het gefluit van een roodborstje maakte hen wakker. Leefden
ze nog? Of waren ze spoken geworden? Fransman Régis Hautière koos voor verwondering en een open frisheid. Niet de Eerste Wereldoorlog staat centraal, maar het volwassen worden van vier kinderen. Vier weeskinderen die door hun vervangouders wereldvreemd gehouden worden, uit angst dat ze niet overweg zouden kunnen met de waarheid. Vier weeskinderen die opgegroeid zijn tussen een goede en vrezende God. Vier weeskinderen die ondanks alles vooral zichzelf zijn gebleven. Deze belhamels maken nu kennis met de wereld in zijn wreedste vorm. In 2018 verscheen een integrale in softcoveruitvoering met de vijfdelige cyclus. Tegelijk verscheen de start van De Oorlog van de Lulu's: 1916 - door de Ogen van Luigi, een tweeluik door Damien Cuvillier en Régis Hautière dat zich afspeelt tussen de delen 3 en 4 van de hoofdreeks en de lotgevallen van Luigi volgt. Wouter Porteman |
In
Oorlog in WARegem, Ivan Petrus Adriaenssens' vierde Eerste
Wereldoorlog-strip, brengt de stripmaker de laatste weken van de Groote
Oorlog in Waregem en omstreken in beeld. In die West-Vlaamse stad
ligt het er tijdens de oorlog relatief rustig bij, maar bij het terugtrekken
van de Duitsers aan het einde van het conflict wordt er nog enkele
keren stevig uitgehaald met schade en doden als gevolg. Een jammerlijk
ongeluk met een door een jongen gevonden, ontplofte obus is een groot
verlies voor Waregem dat daardoor zestien van hun kinderen verliest.
Andere historische anekdotes vertelt Adriaenssens aan de hand van
twee studenten in het heden die zich verdiepen in de plaatselijke
oorlogsgeschiedenis. Met eenzelfde fascinatie en interesse als hun
tekenaar diepen ze historische brieven en andere stukken op om het
fragmentarische verhaal te reconstrueren van een tiental betrokkenen
tijdens de oorlog. In een droom raken de twee studenten eventjes zelf
betrokken in een gevaarlijke situatie. Deze manier van vertellen, met een verweving van historische feiten en hedendaagse fictie, werkt nog steeds, al is de kortere vertelling per onderwerp lastiger om langer met personages mee te leven dan bijvoorbeeld met Elsie en Mairie het geval was in een vorig album van Adriaenssens. Toch blijft vooral het obusongeluk bij. Op zichzelf staande feiten zijn vaak al straf genoeg voor het dramatisch effect. In het nawoord, dat op een dossier met historische achtergrondinformatie volgt, geeft Adriaenssens aan dat dit zijn laatste oorlogsstrip is. Honderd jaar na het einde van de oorlog is dat een passend moment. Of hij het werkelijk los zal laten, moeten we nog afwachten. Er valt namelijk nog héél veel te vertellen over de Groote Oorlog, en daar zijn geen herdenkingen voor nodig. Nog dit, omdat Waregem de stad van het paard is, tekende Adriaenssens op elke pagina een paard. Soms overduidelijk als een werkelijk paard, andere keren subtieler als decoratie of ver op de achtergrond. In nog andere gevallen vonden we er geen, maar die zoektocht hebben we halverwege gestaakt omdat het spelletje een vlottere lezing en meer waardering in de weg stond. David Steenhuyse |
Voorafgaand
aan de gagserie Wat 'n Klotedag! oefende tekenaar Louis-Michel
Carpentier al met het venijnige Op de Loopgraven. Vele facetten
van de loopgravenoorlog worden behandeld met een expliciete bedoeling
om er de afschuwelijkheid van in te laten zien. De legerleiding krijgt
er dikwijls van langs, de brutale waanzin van de strijdende partijen
wordt op komische, maar daarom niet minder grafische wijze in beeld
gebracht. David Steenhuyse |
In veel strips en reeksen van Attilio Micheluzzi komen piloten voor
of is er aandacht voor de luchtvaart en oorlogen. Met Petra Cherie
creëerde hij een in Nederland wonende Frans-Poolse spionne en
pilote die tijdens de Eerste Wereldoorlog de Duitsers bevocht over
de velden van Vlaanderen tot in Turkije. Ondertussen kampt ze ook
nog met verschillende liefdesrelaties. David Steenhuyse |
1914. Een jonge Servische terrorist doodde een of andere aartshertog.
Wat later viel heel het leven in Europa stil. Algemene mobilisatie!
Alle mannen onder de vijftig jaar moesten vertrekken naar de slachtvelden.
Op een idyllisch eilandje aan de Bretoense zuidkust viel het leven
stil. De burgemeester zat met zijn handen in het haar. Dat de vrouwen
nu maar het eiland moesten onderhouden, tot daar aan toe. Maar wie
zou dan de post ophalen en rondbrengen? Zou dat geen taak kunnen zijn
voor de ongelukkige Maël? Met zijn klompvoet kon hij nauwelijks
gaan, laat staan ten strijde trekken tegen de Duitsers, maar fietsen
lukt hem toch? En zo werd de jonge Maël de postbode op het eiland.
Een goede keuze. Hij kon lezen en is lelijk en bedeesd genoeg om de
vrouwen met rust te laten. Maar de oorlog blijft maar duren, en ook
gepekeld Bretoens vlees heeft zijn zwakte. Bovendien hielp Maël
het lot een handje door eigenhandig de brieven te censureren, te herschrijven
of zelfs niet te bezorgen. Die mannen daar overdrijven met hun gezeur
over die oorlog, of niet? En stilaan wordt het lelijke eendje een
begeerlijke zwaan. Het begin van een ongelofelijk sprookje... voor
zolang de oorlog duurt. Wouter Porteman |
Vier
personages, een reeks samenlopende en aaneengeklitte gebeurtenissen
en de gevolgen daarvan in 1916. Daarmee schreef Frank Giroud minutieus
de eerste vier delen van Quintett over een in het Griekse
Pavlos samengesteld kwintet musici ten tijde van de Eerste Wereldoorlog.
Elk van hen speelde zijn rol in een complot waarbij verschillende
drijfveren (wraak, hebzucht,...) een aantal doden opleverde. In 1932,
in Parijs, wordt langzaam duidelijk dat hun complot paste in een ander
complot, een zuur experiment uitgedokterd door twee oude bekenden. De eerste vier delen bevatten hele wat details die Giroud pas in deel 5 duidt. Maar eens dat allemaal achter de rug is, begin je je ogen open te trekken. Giroud zet zomaar eventjes alle voorgaande delen in een compleet ander daglicht. De voorlaatste pagina, een brief, doet het hem helemaal. Dit maakt de reeks compleet, de kers op de taart als apotheose. Twee jaar na het slotdeel verscheen nog een buitenreeksalbum waarin een journalist de verdwijning van een film uit de delen 4 en 5 onderzoekt. Het album is samengesteld uit twintig strippagina's, een making of van de zeven betrokken tekenaars en geïllustreerde teksten. David Steenhuyse |
Helden,
we hebben ze nodig... zeker in tijden van crisis. Zo is het bijvoorbeeld
geen toeval dat Superman zijn opwachting maakte in het interbellum,
enkele jaren na de beurscrash van 1933. Soms worden hun prestaties
opgeblazen tot buitenmenselijke proporties om toch maar de verheffing
des volks te kunnen dienen. Manfred von Richthofen was ook zo'n held,
maar dan eentje van vlees en bloed (of was het toch pure kerosine
die er door zijn aderen stroomde?). Met zijn iconische rode Fokker
DR. I-driedekker wist hij tijdens de Eerste Wereldoorlog tachtig (!)
vijandige toestellen neer te halen en krikte zo eigenhandig de moraal
van de Duitse troepen op. In het eerste deel van deze verstripping krijgen we vooral over de jeugd van deze Rode Baron te lezen. Scenarist Pierre Veys gaat nogal losjes met de feiten om en dicht de übercoole vliegenier een soort van zesde zintuig toe dat hem in staat zou stellen de bewegingen van zijn tegenstanders te voorzien, een optie waar we graag voor willen tekenen. Gelukkig werkt hij dat gegeven niet op een fantasy-achtige wijze uit, want dat zou echt wel afbreuk doen aan de kwaliteiten van deze strip. Wij werden vooral omvergeblazen door het hoge niveau van de tekeningen. Carlos Puerta werkte als illustrator en reclametekenaar, maar maakte zich gaandeweg ook het métier van striptekenaar eigen. En zijn geschilderde pagina's zijn echt wel van een ongekende kwaliteit! We hebben hier op de redactie al een serieuze discussie gevoerd of de man nu al dan niet gebruikt maakt van een computer om zijn pagina's te tekenen. In een interview uit 2015 meldt hij wel dat hij soms gebruik maakt van een digitale inkleuring, maar laat hij ons in het ongewisse of hij foto's hanteert om zijn decors die hyperrealistische touch mee te geven. Wij nemen in elk geval nederig onze pickelhaube af bij het zien van zoveel schoonheid... Mario Stabel |
Een
jonge Duitse soldaat ontsnapt wonderbaarlijk aan een beschieting van
de Franse artillerie die al zijn kompanen neermaaide. Hij doolt rond
tot hij een door de oorlog bespaard gebleven kasteeltje ziet. Daar
maakt hij kennis met een fluitspelende jongen met wie hij het nog
aan de stok zal krijgen en een moeder met haar dochter. In dit oord
blijft hij even hangen. Hij stelt zich vervolgens vragen over hun
bedoelingen en beschouwt twee raven die via een schaakspel uitmaken
welke partij er in de oorlog de gevechten wint als een nachtmerrie.
Wanneer hij getuige is van een vliegtuigongeval dringt de waarheid
over zijn nieuwe kennissen zich op. David Steenhuyse |
De
Eerste Wereldoorlog is een stokpaardje van Marcel Rouffa. Schimmen
bevat zes kortverhalen die zich afspelen op de Noord-Franse slagvelden
in de periode 1916-1918. De Duitse soldaat Ulrich Werther is het hoofdpersonage
door wiens ogen we de oorlog bekijken. Het is niet omdat hij een Duitser
is, dat het eenzijdig gekleerd is, integendeel! David Steenhuyse |
Siberië,
1919. Na een mislukte overval op een trein vinden de Tsjechen op de
gewonde Rus Gabriel Kovalenski, oftewel graaf Lazarev, een dagboek
dat over zijn leven gaat, te beginnen in 1897. Gabriel is een aantrekkelijke
en charmante aristocraat en intellectueel die een revolutionair blijkt
te zijn. Hij bereidde een aanslag voor op de tsaar. Hij wordt verraden
en verbannen naar Siberië voor dertig jaar dwangarbeid. Daar
wordt hij opnieuw verraden omwille van zijn liefde voor de dochter
van een hoge militair. Hij weet te vluchten met het meisje en komt
in een kamp terecht van ontsnapte dwangarbeiders. Daar treffen we
ook Raspoetin aan die als een soort heilige het meisje inpalmt. Raspoetin
zet Kovalenski in een kwaad daglicht en hij wordt uiteindelijk als
een verrader met gebonden handen in een rivier geworpen. Hij weet
zich te redden waarna hij later aan de Russische revolutie van 1917
deelneemt. Jeroen Vermeij |
Silas
is een voormalig reporter die nu aan de bak komt als detective, schurk,
spion, moordenaar, held of hoe het hem uitkomt. Hij wordt door Georges
Clemencau (de oppositieleider die de regering Caillaux in het oorlogsjaar
1917 wil doen vallen) aangeworven om een verwende journalist op te
sporen. Hij zou bewijzen hebben verzameld die het verraad van de premier
zouden blootleggen. Silas heeft geen zin in deze opdracht en schuift
het door aan het bureau waarvoor hij werkt en aan madame Zarkoff,
de wapenhandelaar die in de zaak is verwikkeld. Nu Silas op de payroll
staat van drie personen gaat hij alsnog op zoek naar de journalist.
En raad eens? De afloop van de oorlog zou heel goed kunnen afhangen
van het resultaat van zijn onderzoek. Aan het begin van deel 2 heeft Silas drie kogelgaten hij in zijn borst. Duitse kogelgaten. Nee, de Parijzenaar S eeft het niet zo begrepen op de punthelmen. Voor de rest heeft hij weinig scrupules. Voor een enkeling is hij een charmant heerschap die tot de beste detectives van zijn generaties behoort. Voor de meesten is hij een meelijwekkend individu zonder loyaliteit en politiek geweten. Bovendien is hij een gokker en een ontaarde rokkenjager. Sommige insinueren dat hij ondanks zijn kogelgaten een verrader is. Feit is dat Silas een absolute opportunist is met een heerlijk cynisch gevoel voor humor. Vandaag heeft Silas de sleutel van de Eerste Wereldoorlog in handen. Of beter gezegd een postzegel. Op de rug ervan staat genoeg informatie om de hele oude wereld te doen daveren. Frankrijk, Duitsland, België,... niets zal nog worden zoals het was voor wie de postzegel in zijn handen heeft. Net daarom verkoopt de flegmatieke meneer Corey dit kleinood zowel aan de Franse regering als aan een Franse politieke oppositieleider als aan een Frans-Duitse wapenleverancier, als aan... Soit, Silas weet wel wat hij doet. Nu nog de rest van de wereld. David Steenhuyse / Wouter Porteman |
Het
op een klein formaat uitgegeven Soldaat Varlot was een soort
vervolg op De Laatste der Laatsen van dezelfde auteurs. Soldaat
Varlot verbindt de romanverstripping zelfs met Tardi's magistrale
oorlogsepos Loopgravenoorlog. Het werd oorspronkelijk uitgegeven
als gelegenheidsuitgave in het kader van het film- en boekenfestival
van Bergen. In Soldaat Varlot vond Jacques Tardi bij Didier
Daeninckx een zielsverwant die de schroom die hem ervan weerhield
om nog explicieter te zijn in Loopgravenoorlog te laten vallen.
Al meteen op de eerste platen worden uiteenspattende hoofden en rondvliegende
rompen getoond. Dit is het verhaal van de Franse soldaat Varlot en
zijn lotgenoot Griffon op het slagveld van Noord-Frankrijk dat onherroepelijk
leidt naar een roemloze dood. David Steenhuyse |
Hadden
we in 1912 niet het ongeval met de Titanic gekend, dan waren de perikelen
met de Lusitania waarschijnlijk de geschiedenisboeken in gegaan als
bekendste scheepsramp. In 1915 waren de Verenigde Staten nog neutraal
in de 'Groote Oorlog' en de torpedering van dit grote passagiersschip
was een van de directe oorzaken van de intrede van de Amerikanen op
het Europese strijdtoneel. Het was dus maar een kwestie van tijd voordat de scenaristen Patrice Ordas en Patrick Cothias dit verhaal in stripvorm goten na eerdere oorlogsvertellingen als Ambulance 13, Het Oog van de Dobermanns en Hindenburg. Ook hier geven ze hun eigen swing aan de geschiedenis door de verschillende complottheorieën die in verband zijn gebracht met deze ramp tot een homogeen geheel te kneden. De auteurs hebben zich duidelijk goed gedocumenteerd en verweven heel wat historische bronnen in het verhaal. Zo blijkt bijvoorbeeld het krantenartikel waarin de Duitsers waarschuwen voor mogelijke aanslagen op schepen op de Brits-Amerikaanse zeeroute authentiek te zijn. Net zoals bij Ambulance 13 is ook deze reeks weer gebaseerd op een roman van het duo, verschenen in 2012. Omdat een schip moeilijk de protagonist in een strip vol suspense kan zijn, introduceren de scenaristen ook de Amerikaanse tycoon Alfred Vanderbilt die aanwezig was op het schip en hier ongewild een leidende/lijdende rol op zich neemt. Voor de gevoelige zielen onder ons is er ook nog een parallel verhaaltje rond de jonge Mickael Morisson die de aanmonstering op het schip als een laatste reddende strohalm ziet om aan de armoede te ontsnappen. Mario Stabel |
In
oudere verhalen van Suske en Wiske kan je lezen dat Lambik
een oudstrijder is uit de Eerste Wereldoorlog en nog een helm en geweer
heeft uit die periode. In de reeks wordt enkele keren verwezen naar
de Eerste Wereldoorlog, maar geen enkel album heeft zo nadrukkelijk
die oorlog als onderwerp als deel 325, Het Schrikkelspook. In dit specifieke geval moeten Suske en Wiske de historische fout van een Duitse piloot (losjes gebaseerd op de Rote Baron) rechtzetten die toevallig een veldhospitaal met slachtoffers én zijn love interest had gebombardeerd. Alsof de tegenstand van het Duitse leger nog niet voldoende is, krijgen we ook nog te maken met de oorlogsdemon Sebrecum die zijn kracht uit de zielen van de gesneuvelden moet halen. Dit spokentrucje gebruikt scenarist Peter Van Gucht net iets te regelmatig in onze ogen en het had in dit geval gemakkelijk kunnen omzeild worden. In het verhaal krijgen we terloops wel enkele 'kleine' verhalen uit den Grooten Oorlog mee. De madame Tack bijvoorbeeld die even passeert, is een echt historisch figuur: een kranige dame die weigerde haar huisje aan het front te verlaten en als maman des soldats fungeerde. David Steenhuyse / Mario Stabel |
Volgens
een van de drie ondertitels is Svoboda! het denkbeeldig oorlogsdaboek
van een soldaat uit het Tsjechisch legioen. Met die periode uit de
Eerste Wereldoorlog zijn we minder vertrouwd dan de ravages die de
oorlog in onze contreien aanrichtte. Maar op oorlog rust geen monopolie,
dus ook de Tsjechen en de Russen beleefden hun hoofdstuk in het woelige
tijdperk. Op de schutbladen krijg je alleszins meer historische achtergrond.
Eens dat achter de rug is, ontspint zich een verhaal dat niet gespeend
is van andere historische feiten, maar dat bovenal steunt op pilaren
als drama, vriendschap en liefde om ons bij de lurven te vatten. We volgen Josef Cerna en Jaroslav Chveïk, twee jeugdvrienden die elkaar als soldaat in een Tsjechische divisie terugvinden. De verstandhouding met de Russen is er een van plagerij over vernedering en dominatie tot het opzwepen van nationalistisch gedrag dat leidt naar onnodig bloedvergieten in dezelfde rangen van de geallieerden. Aan de hand van hun neergeschreven verhaal zullen we onder meer de oprichting van de Tsjechoslowaakse republiek meemaken. En er is ook nog Nora, een tomboy die het figuurlijke korset als gravin van Kinsky (ze is tevens de zus van aartsmaarschalk Kinsky) van zich wil afwerpen en per se mee wil doen aan de oorlog. Als verpleegstertje is dat mogelijk. Josef en Jaroslav hebben het voor haar te pakken. Maar het zijn niet die gevoelens die de band tussen hen abrupt verbreekt... met verstrekkende gevolgen bovenden. David Steenhuyse |
Tanâtos
is een man met het ongekende talent om met behulp van maskers en stemvervorming
door te gaan voor bepaalde mensen. Door industriëlen of politici
te ontvoeren en in hun plaats te acteren weet hij de dingen naar zijn
hand te zetten. Hij gaat hierbij over lijken. Zijn schurkennaam is
niet voor niets afgeleid van Thanatos wat in de Griekse mythologie
de personificatie is van de dood. Je vindt het ook terug in het woord
euthanasie. Het verhaal speelt zich vlak voor de uitbraak van de Eerste Wereldoorlog af. Tanâtos heeft een enorm ingewikkeld plan bedacht om onmetelijk rijk te worden. Hij probeert de Franse politiek te bewegen betrokken te raken bij een oorlog en zo veel geld te verdienen met de wapenindustrie. De man moet onmetelijk rijk zijn (hij is een graaf en woont op een kasteel), want als een soort James Bond beschikt hij over voor die tijd futuristische middelen als afluistersystemen, stille vliegtuigen, razendsnelle boten en automobielen. Blijkbaar is de kick om zijn plannen te laten slagen een belangrijker drijfveer dan de opbrengst ervan. Dat is natuurlijk zoals het een echte schurk betaamt. Hij schept duidelijk plezier in het uitkienen van een master plan en het aanwenden van zijn laatste nieuwe snufjes. Voor hem volstaat één wereldoorlog niet. Hij gaat zelfs zo ver om de Franse en Duitse naties tegen elkaar uit te spelen. Hij laat ze tegen elkaar bieden om een atoombom niet tegen hen te gebruiken. De meestbiedende wordt gespaard, de andere krijgt de bom op zijn dak. Dat het hem menens is, toonde hij al aan met het doen zinken van de Lusitania. Erik Hubrechsen / David Steenhuyse |
12
september 1914. Duitsland heeft de beslissende slag aan de Marne gewonnen
dankzij het invasieplan van Schlieffen. De keizer viert Kerstmis aan
de Champs-Élysées en op 9 januari 1915 tekent de Franse
president Poincaré de wapenstilstand. Clemenceau, de Tijger,
wijst de capitulatie af en weet Frankrijk te verlaten, geholpen door
zijn vroegere mobiele brigades. Met steun van de Franse vloot bereikt
hij Algiers, waar hij oproept tot verzet. Samuel Blondin. De briljante inspecteur van de Tijgerbrigades was een van de eersten die Clemenceau volgden in diens ballingschap. In juni 1917 krijgt hij van zijn radicale mentor de vreemdste opdracht uit zijn carrière: hij moet de ontsnapping organiseren van een beruchte Franse anarchist, die in het diepste geheim wordt vastgehouden in het Château d'If voor de kust bij Marseille, en hem naar Rusland brengen om daar een aanslag op tsaar Nicolaas II te plegen. In deze what if?-conceptserie onderzoeken de auteurs hoe de geschiedenis een andere wending had kunnen nemen en wat d egevolgen ervan zijn. -Silvester- |
Na
wat kortere verhalen en illustraties voor Pilote kreeg Jacques
Tardi in 1973 Vaarwel Morgendauw verkocht, een eerste wat
langer verhaal met pacifist Alexander Morgendauw in de hoofdrol. De
eerste twee drukken van dit album vermeldde op de cover ook nog het
kortere en voor deze verzamelpagina toepasselijkere verhaal Het
Gebroken Geweertje met hetzelfde hoofdpersonage dat ook in Jacques
Tardi's Isabelle Avondrood voorkomt. De laatste druk uit
2011 heeft dezelfde, ongewijzigde inhoud, maar een vernieuwde cover
met enkel Vaarwel Morgendauw als titel. Morgendauw is een rentenier en 'kunstfotograaf'die willoos wordt meegesleept in een avontuur waarin hij het ene na het andere krankzinnige personage ontmoet. Hij doet verslag van een onvoorstelbare tocht (in 1914) die hem naar Istanboel en de woestijnen van Centraal-Azië voert om in Het Gebroken Geweertje terug te keren naar Frankrijk (in 1917) om het over zijn deelname aan de Eerste Wereldoorlog te hebben. Dat ging dan al gepaard met verschrikkelijke, bloederige taferelen. David Steenhuyse |
Verdun.
Ooit was dit een strategisch plaatsje van het machtige Frankrijk tegen
buitenlandse invallen. Een stadje omringd door de Maas, wat bergen
en gezegend met enkele oninneembare forten en een door Vauban versterkte
citadel. Maar waar Attila de Hun niet in slaagde, wilden de Duitsers
in 1916 wel doen lukken. Ze moesten en zouden Verdun veroveren. Zo
konden ze het vastgelopen front in het Westen doorbreken en daarna
lag de weg naar Parijs open. Tanks en pantservoertuigen waren nog
niet uitgevonden, maar kanonnen des te meer. De Duitsers sleepten
meer dan 1.200 stuks zware artillerie naar het front. Een nieuw tijdperk
van oorlogsvoering zou aanbreken. Eenmaal de immense bommenregen alles
zou hebben weggemaaid, zou de infanterie probleemloos kunnen oprukken.
Zou... De werkelijkheid draaide enigszins anders uit. Op 21 februari
1916 werden volgens de Franse generaal Pétain meer dan een
miljoen granaten afgevuurd. Tot in Parijs, enkele honderden kilometers
verder op, trilden de ramen. Maar niet alle Franse soldaten waren
gesneuveld. De overblijvers vochten als leeuwen. Op het einde van
de eerste dag hadden de Duitsers amper twee kilometer terrein gewonnen.
Ook waren de verliezen hoger dan oorspronkelijk gedacht. Een heel
klein voorteken van wat komen ging. In de streek van het beruchte
rode vierkant, genoemd naar het vele bloed dat in die paar kilometers
modder is gedrongen, vielen uiteindelijk meer dan 263.000 doden en
492.000 gewonden. Een strip over deze bloedige veldslag kon niet uitblijven. Het scenario van historicus Jean-Yves Le Naour volgt nauwgezet de chronologie van de geschiedenis. Dit eerste deel focust zich op de stugge Franse generaal Joseph Joffre die de Duitse troepenbewegingen negeerde, de eerste bombardementen en de komst van de zieke generaal Pétain naar het front. Het is logisch dat de Fransman zich focust op het lot van zijn landgenoten. Toch zet hij af en toe zijn roze bril op. De verbanning van de incapabele Joffre van het front naar Limoges, het ballingsoord voor mislukte generaals, werd bijvoorbeeld niet eens vermeld. Dit is een kleine smet op een voor de rest uiterst volledige en gedetailleerde geschiedenisstrip. Bovendien is dit een verhaal dat leest als een continu ratelend machinegeweer. Dat heeft volgens ons veel te maken met het vakkundig storyboarden van de Fransman Marko. Die man is zijn geld waard! De Baskische tekenaar Iñaki Holgado voegt er vervolgens een dosis klasse tekenwerk aan toe. Kijk maar naar het silhouet van de doodskop op de cover. Het uiteindelijk resultaat is een beklijvende oorlogsstrip. Geslaagd met vlag en wimpel. David Steenhuyse |
In
deel 8 van de reeks gebundelde kortverhalen van Oom Wim komt onder
meer de ondergang van het schip de Lusitania aan bod. David Steenhuyse |
De
verhalen van Victor Sackville spelen zich vlak vóór
en tijdens de Eerste Wereldoorlog af. Een periode waarin de spanningen
binnen Europa stevig toenemen en de spionagediensten overuren draaien.
De Engelse Sackville is in dienst van de Engelsen, meerbepaald van
koning George V, en heeft een stevige reputatie. Zijn codenaam is
X67 en hij wordt zo'n beetje overal in de wereld, maar vooral in Europa,
ingezet voor geheime missies. Erik Hubrechsen/ David Steenhuyse |
Sergeant
Lafitte is een jonge, beloftevolle, maar roekeloze en ongehoorzame
luchtacrobaat. Zijn directe overste, luitenant Marais, een gerespecteerde
veteraan met een enorme staat van dienst. Berekend en teruggetrokken,
cynisch door zijn oorlogswonden. Onnodig te vermelden dat dit botst.
Kunnen de Duitsers gebruikmaken van de onderlinge strijd tussen deze
twee Franse topjagers? Het thema van het eerste deel blinkt niet uit in originaliteit, maar zet alles in op sfeerschepping. Dat laatste moet je wel doen, wil je opvallen tussen andere vliegeniersstrips. Je kan het conflict waarin gestreden wordt wel variëren — in het geval van dit drieluik gaat het om de Eerste Wereldoorlog — maar voor het overige blijft een luchtgevecht identiek als je niet extra sfeerschepping binnenbrengt. Dat is dus wat scenarist Thierry Lamy doet. In het tweede deel vinden Lafitte en Marais een raakpunt in hun leven op de grond. Maar kunnen ze die besoignes aan de grond houden of nemen ze die toch mee de lucht in? Gevaar loert om elke hoek want de Duitsers zitten intussen ook niet stil... Diederik Van de Velde |
Een
voor wakkere zielen aangekondigde rentree vormt de aanzet van dit
verhaal. Zeevaartkapitein Yann Calec, het hoofdpersonage uit de maritieme
thrillerreeks Tramp, maakt een kort wederoptreden dat net
lang genoeg is om de biografische geschriften van Josef Schäfer
alias Tanguy-la-vie-dure, ook al een oude bekende, onder ogen te krijgen.
Die geschriften vormen de aanleiding om het verhaal te verschuiven
van Frans Indochina naar Duits Oost-Afrika omstreeks 1916 waar de
strijdende partijen hun strijd in koloniale vorm hebben verdergezet. Zoals vaak het geval is bij vliegeniersverhalen, speelt de actie zich grotendeels met de beide voeten op de grond af, al neemt het verhaal in meerdere betekenissen van het woord meteen een vliegende start. Een onbezonnen wraakactie van een jonge tiener heeft al snel verstrekkende gevolgen. Diederik Van de Velde |
In
dit tweeluik keert loopgravensoldaat Felix Castelan in 1919, na de
Wapenstilstand, als een held terug naar zijn geboortedorp. Hij is
ongerust. Ongerust om zijn vrouw terug te zien die hij in geen zes
jaar heeft gezien. Ongerust om zijn zoon te zien die hij niet heeft
zien opgroeien. Ongerust ook om zijn nieuwe gezicht te laten zien.
Want Felix raakte zwaar gewond aan het gezicht door de inslag van
een obus. De helft van zijn tronie is verborgen achter een masker.
Bij aankomst verneemt hij al meteen dat zijn vrouw het tijdens zijn
afwezigheid zou hebben aangelegd met zijn beste vriend die de oorlog
niet overleefde. Ondertussen doodt een mysterieus persoon het vee
van de dorpelingen. Henri Nivoix, een gerespecteerd speurder van de
Parijse politie, komt ter plaatse een onderzoek uitvoeren. Terwijl
Felix zijn identiteit bij elkaar raapt en de verloren tijd met zijn
gezin wil inhalen, wordt hij onvrijwillig bij de vreemde zaak betrokken. David Steenhuyse |
Een
klein groepje believers in het Franse leger, onder leiding van kolonel
Alphonse Mirreau en de geschifte dokter Kropp willen een leger van
onoverwinnelijke soldaten creëren. Hiervoor zijn zwaarverminkte
soldaten nodig die met een industrieel harnas met kunstledematen hun
oude zelf overtreffen in kracht en gevoelloosheid. Eerdere experimenten
waren veelbelovend, maar het ontbrak hen aan een adequate energiebron
die de Wachters diep tot in de vijandelijke rangen kunnen brengen.
Dokter Féraud heeft net een onuitputtelijke krachtbron ontwikkeld
op basis van radium. Op de vooravond van de Eerste Wereldoorlog toont
echter geen kat interesse in de nieuwe krachtbron. Voor kolonel Mirreau
is dit een uitgelezen kans om zijn project van de Wachters nieuw leven
in te blazen. Féraud weigert evenwel zijn uitvinding aan het
leger te verkopen. Wanneer hij enkele weken later als luitenant Féraud
zwaargewond raakt tijdens gevechten met de Duitsers, heeft hij geen
opties meer. Enkel dokter Kropp kan hem het leven redden en hierin
vormt zijn uitvinding, de radiumbatterij, een onontbeerlijk onderdeel.
Half mens, half machine (klinkt bekend?) vormt Féraud de eerste
van een nieuwe generatie Wachters die het Franse leger aan de overwinning
moeten helpen. Xavier Dorison presteert het om van een verhaal over de Eerste Wereldoorlog een aanklacht tegen moderne oorlogsvoering te maken. Het gebruik van foto's uit de periode verhoogt het realisme en de ernst waarmee Dorison en de Argentijnse tekenaar Enrique Breccia omspringen. Voor het evenwicht zorgen de superhelden, elk met hun besognes, hun weerstand en de dikwijls extreme emoties die ze ondergaan. Zomaar rücksichtslos de vijand bekampen is het niet. Door de bekamping van Übermensch leert Taillefer veel van zijn onvrijwillige lotgenoot. Wie staat eigenlijk aan de goeie kant in deze smerige oorlog? En volstaat patriottisme om het ombrengen van een vijand te vergoelijken? De wel heel eigenzinnige Franse superheldenreeks De Wachters spreekt daarom aan op meerdere niveaus: voor zowel zij die een kick krijgen van woeste oorlogsgruwelen als zij die worstelen met de gevolgen ervan. Jacky Cornelis / David Steenhuyse |
1916.
Moskou is steeds meer in de ban van het prille communisme. De tsaar
laat zijn politie de ene betoging na de andere neerslaan. Op een van
deze protestmarsen verkoopt Aleksandr, een halfwassen student geneeskunde,
een militair een forse klap. Uit zelfbescherming stuurt zijn professor
chirurgie hem naar een godvergeten ziekenhuisje in de barre Oeral.
Samen met een zielig hoopje verpleegkundigen moet hij er het wetenschappelijke
licht laten schijnen in het door bijgeloof geteisterde dorpje. Is
het Jaga, de heks? Of Stribog, de god van de winden? Of zijn het de
Strigoi met hun sadistisch geschreeuw? Feit is dat niemand zich buitenshuis
waagt als de ijskoude wind langs de houten hutten schuurt. Wie het
wel doet, wordt teruggevonden met opengereten ingewanden. Enkel dokter
Aleksandr, die door de norse dorpelingen angstvallig gemeden wordt,
laat zich niet binnenhouden. Wat de Wind Brengt is een gewaagde mix van horror en een stationsroman. Enerzijds is er de kille, beangstigende sfeer die zo weggeplukt lijkt uit Tim Burtons Sleepy Hollow. Anderzijds is er het platgetreden Vijf TV-verhaaltje van de jonge dokter die zich maar niet kan integreren tot hij een geslaagde operatie uitvoert. Gelukkig bespaarde Jaime Martin ons een Grey's Anatomy-romance en mocht de knappe verpleegster haar gewone zelf blijven. Wat deze Vrije Vlucht wel absoluut de moeite maakt, zijn de tekeningen van de jonge Spanjaard. Zwevend langs de twee Zwitsers Tirabosco, Frederik Peeters en zijn landgenoot Rubèn Pellejero wisselt hij dikke inktstrepen af met fijne ingekleurde lijntjes. Hierdoor geeft hij elk personage een eigen kleur en accent. Dokter Aleksandr is een onbeschreven blad en ziet er even glad en open uit. De dorpelingen verzwelgen haast in rimpels en miserie. Maar ronduit knap is hoe hij de oude huishoudster Csenja laat bewegen in het verhaal. En dan is er die continue vrees weergegeven door de wind die onguur loeit doorheen het verhaal. Zijn witte, blauwe en andere vale kleuren doen je spontaan naar een wollen sjaal grijpen. Wouter Porteman |
In
deze gagreeks komt zowat alle ellende uit de Eerste Wereldoorlog aan
bod, maar dan gezien door een humoristisch-cynische bril. Het dagelijks
leven van zowel Franse als Duitse frontsoldaten als hun officieren
heeft een voornamelijk karikaturale dimensie, maar het bespotten van
de relaties tussen soldaten onderling en van soldaten met officieren
werkt tegelijk als een aanfluiting van de vreselijke gebeurtenissen.
Vooral de (strategische) blunders van de legerleiding moet het ontgelden
al is de grens tussen humor en slechte smaak niet ver weg. Het bloedvergieten,
de verminkingen, het uitpuilen van ingewanden en het losrukken van
ledematen wordt heel expliciet in beeld gebracht. David Steenhuyse |
In
een eerste kortverhaal herinnert een Schotse oudstrijder zich zijn
persoonlijke ervaringen in de oorlog nabij Ieper. Hij staat er bijvoorbeeld
van te kijken dat zijn bajonet zoveel makkelijker in een mensenlichaam
dringt dan in zakken met zaagsel om mee te trainen. Lang kan hij er
niet bij stilstaan, want de Duitsers vallen aan in een overrompelend
man-tegen-mangevecht. Dankzij andere herinneringen komen verschillende
facetten van oorlogsvoering en wat er zoal te lijden valt aan bod.
Het tweede, langere verhaal is in feite een hername van Philippe Glogowski's
Henry's Dagboek. Een Duitse soldaat leest een dagboek naast
het ontzielde lichaam van de schrijver ervan, de Britse soldaat Henry.
Het dagboek geeft een gedetailleerd parcours weer, van Henry's indiensttreding
tot de laatste slag die hij leverde. David Steenhuyse |
Zeppelin's
War is een soort spin-off van Wunderwaffen. Maar waar
Wunderwaffen zich nog afspeelde in een mogelijke Tweede Wereldoorlog
grijpt Zeppelin's War terug naar de Eerste Wereldoorlog.
Beide reeksen hebben overigens niets inhoudelijks met elkaar te maken. Eind 1916 bevinden de strijdende partijen zich in een patstelling. Duitsland is heer en meester over een groot deel van het noorden van Frankrijk. Alleen Parijs biedt nog verzet. Zeppelineskaders worden ingezet om het tij te doen keren. Een van de piloten luistert naar de naam Adolf Hitler. Hij krijgt het aan de stok met zijn bevelhebber Hermann Göring. Bepaalde uitspraken zullen geschiedenisfreaks ten zeerste kunnen bekoren. De brug die ze slaan naar de Tweede Wereldoorlog is een feest van herkenning. Aan Franse zijde is er piloot en luchtvaartheld Georges Guynemer (in Poelkapelle staat een standbeeld te zijner ere) die alsnog in Duitse handen valt. En we vergeten de Russen niet! Raspoetin bemachtigt iets dat de geschiedenis, of toch déze geschiedenis, kan doen keren. David Steenhuyse |
Zoo
vertelt een aangrijpende voetnoot uit de Eerste Wereldoorlog. Half
Europa verzuipt in een somber tranendal behalve één
prachtige dierentuin in Normandië. In dit onaardse paradijs draait
alles rond het oprechte geluk van de dieren en hun communicatie met
de enkele mensen die er mogen wonen. Naast dokter Célestin
en zijn dartele pleegdochter Manon, wonen in de dierentuin ook de
verstoten Russische Anna en de zwaarmoedige beeldhouwer Buggy —
een prachtig eerbetoon aan Rembrandt Bugatti, de suïcidale huisbeeldhouwer
van de Antwerpse Zoo. Dit vreemde kwartet vindt elkaar in een subtiel
evenwicht van rede en drama, somberheid en vreugde. Maar ook deze
Ark van Noah loopt vast in de oorlogsmodder. Dokter Célestin
verlaat de zoo en trekt naar het front. Zoals zovele anderen wordt
ook hij als vermist opgegeven. Zijn soldatenvrienden durven hun veilige
loopgraven niet te verlaten om hem te zoeken in het niemandsland.
Als tamme leeuwen in een kooi schikken ze zich in hun lot. Enkel de
verminkte Anna die volgens een Russisch bijgeloof haar ziel toch al
kwijt is, gaat in deze negorij op zoek naar hem en zichzelf. Wouter Porteman |
April
1917. Alweer een nutteloze strijd om alweer een paar morzels modder.
Vettig slijk doordrenkt met het bloed van Fransen, Duitsers, Fransen
en Duitsers. Of omgekeerd. Net voordat de uitgebluste troepen van
luitenant Katzinski mogen uitblazen in hun loopgraaf, komen ze een
andere patrouille tegen. Een van de overlevenden stopt soldaat Larzac
gauw een bundeltje papieren toe. Het is een petitie. Het is godverdomme
dé petitie. De petitie die duizenden soldaten getekend hebben
én waarin zwart op wit bewezen wordt dat de verloren strijd
om heuveltop 108 nooit had gestreden mogen worden. Ze waren daar verlinkt.
En dat wist de legerleiding. Als die petitie in het Franse parlement
zal worden getoond, gaan er koppen rollen. En dan eindigt die stomme
oorlog misschien. Maar hoe geraakt dit explosief document in Parijs?
Ach wat, ze gaan ervoor en slaan de snelweg naar de hel in. Wouter Porteman |