Bibliografie van Jean-Luc Istin
• Aleph
• Alice Matheson
• Androïden
• Aquilon
• De Drakenorde
• De Druïden
• De Heer van de Duisternis
• De Legenden van Korrigan
• De Lemen Troon
• Drakenbloed
• Drakenbloed
• Elfen
• Excalibur - Kronieken
• Godenschemering
• Hannibal Meriadec en de Tranen van Odin
• Het Vijfde Evangelie
• Lancelot
• Merlijn - De Profeet
• Merlijn - Queeste naar het Zwaard
• Merlin
• Night of the Living Dead
• Tempelridder
• Ys, de Legende
Bibliografie van Nicolas Jarry
• Blackwood
• De Koningssmeden
• De Lemen Troon
• De Meester-Inquisiteurs
• De Roos & het Kruis
• Durandal
• Dwergen
• Elfen
• Godenschemering
• Huurlingen
• Orakel
• Troje
ASCELTIS 1
De Oslaanse Citadel


Jean-Luc Istin + Nicolas Jarry • Talent (Blitz - Millennium)
48 p. (HC & SC)
In de ban van de citadel

Na de hernieuwde interesse in The Lord Of The Rings, grotendeels door de beroemde filmtrilogie, was het onvermijdelijk dat er ook in de stripwereld een aantal klonen zouden ontstaan. Met de regelmaat van de klok vuurt men er zo eentje op ons af. Dikwijls zijn het slechts slappe aftreksels of variaties op het gekende thema, maar sporadisch verschijnt toch een stripbewerking die de moeite is. Asceltis bijvoorbeeld.

Achtduizend jaar geleden leverden vijf volkeren strijd om de macht over Asceltis. Ze vochten een verbeten oorlog uit die wel eeuwig leek te duren. Totdat Azell, de Corgonegod zich kwam mengen. De andere vier volkeren spanden samen en versloegen de god Azell. Vandaag is de reïncarnatie van Azell nakend, goden sterven immers nooit. Daarom draagt de god Kyrell aan Elya (een Sylve) op om dit te voorkomen. Tezelfdertijd houdt een trio Naadirs de wacht in de toren van de Oslaanse citadel, nog niet beseffend dat hen een hoop last boven het hoofd hangt.

De auteurs komen niet zomaar uit de lucht vallen. Nicolas Jarry schreef al mee aan de eerder dit jaar bij Silvester verschenen parodie Het Verband van de Ring. Istin is na Aleph, Aquilon en De Heer van de Duisternis vaste leverancier van heroïsche verhalen.

> TOM DE LENTDECKER — mei 2004