Bibliografie van François Schuiten
• Carapaces
• De Holle Aarde
• De Holle Aardes
• De Maanpaarden
• De Medianen van Cymbiola
• De Poorten naar het Onmogelijke
• De Rail
• Dolores
• Gwendoline
• Herinneringen aan het Eeuwig Heden
• Het Tijdperk van de Steden
• Metamorfoses
• NogegoN
• Parijs Zien...
• Plagiaat
• Schoonheid
• The Book of Schuiten
Bibliografie van Benoît Peeters
• Calypso
• De Nieuwe Avonturen van Ergün de Dolende
• De Poorten naar het Onmogelijke
• De Stellingen van Morcom
• Dolores
• Herinneringen aan het Eeuwig Heden
• Het Tijdperk van de Steden
• Parijs Zien...
• Plagiaat
• The Book of Schuiten
DE DUISTERE STEDEN 
De Onzichtbare Grens 2


François Schuiten + Benoît Peeters • Casterman
72 p. (HC)
Wegdromen bij een plaatjesboek

Al twintig jaar probeert baron François Schuiten zijn monumentale architecturale tekeningen ondergeschikt te maken aan de scenario’s van Benoit Peeters. Maar al evenveel jaren spelen Brüsel, Urbicande of één van zijn andere futuristische art nouveau-steden, de onbetwiste hoofdrol. Voor het tweeluik De Onzichtbare Grens besloot het duo het over een andere boeg te gooien. De personages met hun duistere drijfveren en kleinmenselijke kantjes zouden dit keer centraal staan, en dit in hartje natuur omringd door bergen en weidse landschappen.

En inderdaad, het personage van de jonge opstandige cartograaf Roland De Cremer laat je niet onbewogen. Zijn escapades voor de beeldschone Shkodrã doen je zelfs dromerig terugdenken aan ‘s mans meesterwerk De Toren, terwijl de koele ambitie van neotechnoloog Ismail o zo bekend over komt. Zelfs de nationalistische tendensen van de dictator zijn zo weggeplukt uit de redevoeringen van Milosovic. Maar het trage vertelritme, de open pagina-indeling en de buitenissige zin voor complexe organisaties en overweldigende structuren, doen je ogen steeds weer afdwalen naar de rijke achtergrond. Daardoor blijft ook deze Duistere Steden-strip een uitermate fascinerend plaatjesboek waar de Mercator, Horta of Edison in jou verdwaasd bij wegdroomt.

> WOUTER PORTEMAN — juni 2004