Bibliografie van Jeff Broeckx
• Dag en Heidi
Bibliografie van Maria De Winter
• Dag en Heidi
SLOEBER 1
De Geheimzinnige Baard


Jeff Broeckx + Maria De Winter • Saga Uitgaven
40 p. (SC)
Ter meerdere eer en glorie

De vader van Mark en Suzy is politieagent. Op een dag komt hij thuis en vertelt dat er alweer een tienjarige knaap spoorloos verdwenen is. En alsof dat niet genoeg is, werd er ook een juwelierszaak overvallen. De volgende dag wordt Mark net niet aangereden door een onbehouwen kerel in een kleine vrachtwagen. De man gaat er plankgas vandoor. Sloeber, die toevallig in de buurt is, noteert de nummerplaat op een briefje. Zo kan Marks vader de drieste chauffeur opsporen en een bolwassing geven. Maar Mark verliest het papiertje. Sloeber werkt in de haven en daar merkt hij de kleine vrachtwagen op. Hij besluit twee verdachte mannen te volgen, maar een geheimzinnige baardmens, die zich Bill laat noemen, verwittigt het tweetal. Als Bill de vrachtwagen naar een afgelegen plek brengt, klimt Sloeber ongezien in de laadbak. Aangekomen doet hij een verrassende ontdekking en wanneer Mark en Suzy bij de zaak betrokken raken, kunnen ze maar één ding hopen: dat papa agent snel opdaagt.

Dit verhaal van Sloeber verscheen in 1973 in Zonneland, een Nederlandstalig educatief tijdschrift voor leerlingen van het vijfde en zesde jaar van de Basisschool in België. Jeff Broeckx heeft dan al een lange weg afgelegd. Hij wordt in 1943 geboren, maakt z'n eerste strip als hij elf is, komt op z'n zestiende in dienst bij Standaard Uitgeverij waar hij schoolboeken illustreert, in 1969 begint hij fulltime voor Willy Vandersteen te werken en vanaf 1970 staat hij aan het hoofd van de Bessy-productie. De reeks is in Duitsland waanzinnig populair (wat in 992 titels resulteert), maar de kwaliteit boert achteruit en de stekker gaat eruit. Mensen die denken dat fenomenen zoals restyling en spin-offs iets van vandaag zijn, weten wellicht niet dat Broeckx zich in 1984 over Bessy buigt en er samen met Marck Meul Bessy Natuurcommando van maakt. Niet zonder succes, de teloorgang wordt gekenterd. Later zal Broeckx nog Waterland (met Marc Legendre) en de vierdelige reeks Verdwaald in het Verleden tekenen. Na de dood van Ray Goossens neemt hij Musti over en vanaf 2002 tekent hij Klein Suske en Wiske. Je zou denken dat zo iemand weinig tijd overhoudt om eens iets anders te doen.

Broeckx werkt snel en heeft daardoor wél tijd over. In z'n vrije uren doet hij wat hij het liefste doet en je raadt het nooit: hij tekent meer strips. Op scenario van zijn moeder, Maria De Winter bijvoorbeeld. Als hij elf is, tekent hij De Witte Hinde (dat hij in 1964 herwerkt voor Ohee) en vervolgens Serge (1965) en Dag en Heidi (van 1966 tot 1984). Met De Geheimzinnige Baard is De Winter dus niet aan haar proefstuk toe en het team is op mekaar ingespeeld. Dat merk je aan alles. De Geheimzinnige Baard is een vlot vertelde en goed getekende strip.

Maar 1973 is een eeuwigheid geleden en dat is ook te merken. Sloeber baadt in de sfeer van de succesvolle jeugdseries zoals Kapitein Zeppos en Bart Banninks, tv die niemand vandaag nog flitsend of spannend zal noemen. Maria De Winter wil geen half werk leveren, alles wordt minutieus uit de doeken gedaan en waar misinterpretatie mogelijk is, worden argumenten aangedragen om twijfels te ontkrachten. Dat resulteert in te veel uitleg op de laatste pagina's.

En er is meer. Mark verliest het briefje met de nummerplaat wanneer hij met z'n zakdoek een paar spatten van z'n broek veegt. En om met Sloeber te kunnen afspreken, moeten Mark en Suzy thuis vertellen dat ze naar een vriend gaan. Dat ze daarover moeten liegen, vinden ze verschrikkelijk. Zulke zaken kunnen wij ons nog amper voorstellen, maar voor wie ervan houdt, kleuren ze het geheel. Trouwens, kleur is wat nog het meest ontbreekt in deze zwart-wituitgave. Al zou het heerlijke parfum van oud en vergeeld papier ook een extra zijn.

De Geheimzinnige Baard is het eerste deel in een reeks Sloeber-heruitgaven, een lovenswaardig initiatief van Saga Uitgaven. Dit is ontegensprekelijk een strip uit een andere tijd, maar dat maakt hem niet oninteressant. Jeff Broeckx gaat met pensioen en daarmee verdwijnt iemand die het métier door en door kent van het striptoneel. Wellicht zal hij het zelf niet willen, maar zijn naam hoort in gouden letters op een plakkaat ter meerdere eer en glorie van zij die het gezicht bepaalden van een belangrijk tijdvak in de Vlaamse stripgeschiedenis.

> FLO VAN DIJCK — februari 2018