Bibliografie van Emmanuel Moynot
• Anatomie van de Wanorde
• Meneer Khol
• Meneer Khol
• Nestor Burma (vanaf deel 6)
• Noord-Zuid
• Oscar en Meneer O
• Suite Française - Storm in Juni
• Waarom Spoelen Blauwe Walvissen op onze Stranden aan?
• Yérushalaïm
Bibliografie van Léo Malet
• Zwarte Trilogie
NESTOR BURMA 11
Nestor Burma tegen QED


Emmanuel Moynot + Léo Malet • Casterman
72 p. (HC)
Quod erat demonstrandum

De reeks Nestor Burma is elf delen jong en nog steeds staan Sluiers over de Pont de Tolbiac en het als tweeluik uitgegeven 120, Rue de la Gare overeind. In het detectivegenre staan ze hoog aangeschreven. Nestor Burma tegen QED is de verstripping van Léo Malets tweede Nestor Burma-roman uit 1945. In 1943 lanceerde hij het personage in de voornoemde roman 120, Rue de la Gare. In stripvorm grijpt Emmanuel Moynot zodoende terug naar de beginjaren van Burma als privédetective tijdens het oorlogsjaar 1942. Hij is terug uit gevangenschap en hij heeft zijn detectivebureau Fiat Lux opnieuw geopend met Hélène als secretaresse. Parijs is bezet en Burma's verleden als gereformeerde linkse anarchist kan hem parten spelen. Die informatie wil een persmuskiet van het 'journalistieke' vod QED misbruiken om hem eventjes geen nieuwe zaken te laten aannemen. Maar Burma heeft zich al vastgebeten in een diefstal van gouden staven waarbij doden zijn gevallen. Hij liet ook zijn oog vallen op een roodharige ("ik heb een zwak voor natuurlijke roodharigen") die hij zomaar achtervolgt, maar die hem kan afschudden. "Zoveel geluk was voor mij niet weggelegd", denkt hij wanneer hij haar toevallig terugziet op straat. Maar hij tuint met open ogen in een complexe zaak waarbij zij een rol speelt in zijn lopende onderzoek.

We waren Nestor Burma wat uit het oog verloren, maar nu Emmanuel Moynot na twee delen door Nicolas Barral het stokje weer overneemt, willen we de speurneus niet opnieuw van onze radar zien verdwijnen. Nestor Burma tegen QED is een geraffineerde detectivestrip met heerlijke teksten (hoewel we het als Vlaming moeilijk hebben met het te Nederlandse Bargoens met in Parijs misplaatst klinkende woorden als "juten" en "prinsemarij"). De grootste clichés van het genre zijn aanwezig: de drinkende, rokende detective met een cynische houding, bedrog, verraad, wantrouwen, tegenwerking, de moeizame relatie met een commissaris tot een achtervolging op de daken van Parijs toe. Nestor Burma hoeft daarom niet opnieuw uitgevonden te worden als het origineel nog niet stuk is. En dit elfde album lijkt ons nog het meest tegen het origineel aan te leunen, en dan bedoelen we vooreerst Jacques Tardi's eerste bewerkingen. Moynot vult het in de titel vermelde QED dan ook op een andere manier in: als afkorting voor quod erat demonstrandum, Latijns voor wat bewezen moest worden.

> DAVID STEENHUYSE — november 2016