HAAS 6 Jachtgrond
Fred de Heij + Rob van Bavel • Don Lawrence Collection 48 p. (HC & SC)
|
|
Medelijden met de nazi's |
|
Terwijl Fred de Heij zich op de horrorwestern Claire DeWitt stortte en Rob van Bavel het katje Roodhaar en een vorig album van Storm aanpakte, bleef een nieuw album van Haas even uit. Met Jachtgrond keert het duo terug en maakt er alweer een keihard, brutaal verhaal van.
De spilfiguur is deze keer verzetslid Donkersloot die in zijn smidse een nazi een lesje leert door zijn gezicht in het vuur te duwen. Maar er zijn nog vier andere soldaten die hij het hoofd moet bieden. Hij neemt hen allen gevangen en sluit hen op in een zelfgebouwde hut in de Biesbosch. Donkersloot stelt een uitdaging voor: hij laat de soldaten vrij, geeft hen één uur voorsprong en daarna is de jacht open. Weigeren kunnen ze toch niet want hij steekt de hut in de fik, ze moeten wel het bos in rennen. Het plan loopt niet zoals verwacht, bovendien zijn er twee jongetjes die betrokken raken. Op het thuisfront heeft Vandervelden te maken met een dementerende moeder die van huis wegloopt.
Scenarist en uitgever van Bavel geeft zelf toe dat het mensenjachtidee al wel vaker is gedaan. Op de extra pagina's van de hardcoveruitvoering verwijst hij bijvoorbeeld naar Trigië, maar in feite gaf de Rambo-film First Blood hem de inspiratie voor Jachtgrond. Zo'n vaart loopt het allemaal niet want hij vaart duidelijk een eigen koers. Toch kunnen we ons niet van de bedenking ontdoen dat de grens van het geloofwaardige is overschreden. Donkersloot is ondertussen zo'n psychopaat geworden dat je bijna medelijden krijgt met de nazi's. Wat de nevenintrige met de dementerende moeder hier plots heeft te zoeken, wordt in feite ook pas duidelijk als je weet dat van Bavels eigen moeder worstelde met dementie toen hij Jachtgrond schreef en er persoonlijke ervaringen in verwerkte. Ze overleed spijtig genoeg tijdens het schrijven van het verhaal. Bovendien zorgt het naar het einde toe nog voor een hachelijk moment voor Vandervelden.
Het realisme van Fred de Heij komt nog het meest tot zijn recht in de reeks Haas waarin hij niet te ver kan gaan om overdreven grotesk uit de hoek te komen. Langs de andere kant voedt van Bavel hem toch nog met situaties waarin de Heij zijn duivels kan ontbinden. Zo zien we op pagina 18 ineens een monsterlijk gedrocht uit de vlammen springen. We accepteren het. |
|
> DAVID STEENHUYSE — juni 2016 |