Bibliografie van Crisse
• Atalante
• Atalante - De Legende
• Atalante - De Legende
• CaƱari
• Cosmos Milady
• De Goden van de Nijl
• De Kid
• De Phaeton
• De Schaduw van het Verleden
• Griffin Dark
• Het Kristallen Zwaard
• Kalimbo
• Kookaburra
• Kookaburra
• Kookaburra K
• Kookaburra Universe
• La Contessa
• Loretta en Harpeya
• Luuna
• Nahomi
• Nicodemus Red
• Ocean Kings
• Perdita Queen
• Private Ghost
• Tinkelbel in Wonderland
• Tinkelbel in Wonderland
• Ungern Khan
ATALANTE - DE ODYSSEE 1-2
1: Ramses de Onverschrokkene - 2: De Eerste Wedloop


Evana Kisa + Crisse • Silvester
48 p. (HC & SC)
Luxeprobleem

Na de wisselvallige overname sinds het vorige album lijkt nieuwe tekenaar Manu Grey zich te herpakken, of zich althans de hand van de meester wat meer eigen gemaakt te hebben. Het verhaal vervolgt ondertussen met de verdere afdaling in de hel door Atalante en de Argonauten.

De blondine met de weelderige haardos bevrijdt er een reus waar de god Hades haar voor wil straffen. In de plaats stelt hij een uitdaging voor. Zijn pleisterplaats de hel is vergeven van de ronddolende, dode griezels. Atalante moet achterhalen waar ze vandaan komen en ze ook nog eens verdrijven. Hades wil immers van hen af. Alleen dan laat hij haar en haar metgezellen gaan. Als hulpmiddel krijgt ze zijn helm mee die haar onzichtbaar maakt als ze de helm opzet. Als extra motivatie houdt Hades Atalantes favorietje Pyros gevangen. De ontmoeting met een soort reuzeninktvis, de laatste van de grote ouden, de goden voor de goden, heldert veel op over de oorlogszuchtige goden. Op het einde wordt een nieuw vervolg ingeluid. En dat kan nog heel interessant worden!

Atalante - De Legende heeft als fantasyreeks in een oud-Griekse setting een en ander van haar pluimen verloren. We merken minder aandacht van Crisse die veel te veel verschillende projecten op zich neemt die allen onaf lijken. Atalante - De Odyssee is een van die verse projecten dat meer weggeeft van een testcase voor de IJslandse tekenares Evana Kisa dan dat het een voldragen serie is, toch wat het eerste deel betreft.

In De Odyssee voert Crisse de Egyptische danseres Ishanti op, een andere creatie waarvan ooit één album verscheen en waarvan het vervolg uitbleef. Door haar katje Ramses te volgen in een tempel komt ze in de wereld van Atalante terecht zoals we haar kenden uit deel 1 van de hoofdserie. Dit is dus niet een spin-off over de jeugd van Atalante, maar een soort aanvulling op de hoofdreeks als crossover met Ishanti's verhaal. Vervolgens passeren er tientallen en tientallen verschillende personages — goden en godinnen, faunen, centauren, heksen, mythologische en gewone dieren, Egyptenaren, allerschattigste bosnimfjes en andere wezens — dat het niet meer te volgen is. Het is een zoo, een beestenboel, een godenrijk en een Disney-pretpark bij elkaar. We verdenken Crisse ervan dat hij Kisa zoveel mogelijk verschillende personages wilde zien tekenen om in te schatten wat hij er verder mee zou aanvangen. Het luxeprobleem is dat Kisa al die personages zodanig perfect stroomlijnt en hen typische eigenschappen weet mee te geven, dat er niet te kiezen valt om er te killen darlings uit te weren. Over elk van hen valt wel een bijkomend verhaal te vertellen, maar nu regeert de chaos, de warboel, het verhaal dat met haken en ogen aan elkaar hangt. In deel 2 gaat het de omgekeerde richting op waarbij Atalante in het oude Egypte belandt. En kijk, nu is het ineens beter te behappen met een veel betere concentratie van een cluster figuren. Alleen komt de aanloop naar de in de titel vermelde wedloop wel heel laat tot uiting, met een snelle afhandeling als gevolg.

Deel 2 kunnen we moeiteloos aanraden aan kinderen mits enige voorkennis van de figuren. Een kennismakingspagina om de rol van de hoofdfiguren uit te leggen, had een waardevolle bonus kunnen zijn. Deel 1 is er voor de hardcore Atalante-fans. Aan kinderen raden we bovendien liever geen albums aan waarin een
schrijffout als "lomperikken" en "gemenerikken" aanhoudend is gebruikt in deel 1. Zij moeten nog kunnen scoren op dictees en dan zijn slechte voorbeelden te mijden.

> DAVID STEENHUYSE — oktober 2015