GILGAMESJ 


Frantz Duchazeau + Gwen de Bonneval • Atlas
96 p. (HC)
De Sterkste Mens

Tot nu toe kenden we Gilgamesj enkel van een verhaal van De Rode Ridder en wat losse kennis waarmee we zeker geen quizzen zullen winnen. Gilgamesj is niet De Slimste Mens en zeker ook niet De Tofste Mens. Maar de koning van het Mesopotamische Uruk is zeker en vast wel De Sterkste Mens. Hij leefde in 2600 voor Christus. Zijn nageslacht maakte van deze historische figuur een buitenproportionele held, voor tweederde goddelijk en een derde menselijk. Zijn verhaal is opgetekend in manuscripten die niet nóg ouder konden zijn dan de kleitabletten van de Soemeriërs, nota bene de uitvinders van het schrift. Vandaag leveren Frantz Duchazeau en Gwen de Bonneval hun bijdrage aan de legendevorming rond Gilgamesj. Atlas geeft de Franse integrale uit van de twee albums.

In het eerste deel verschijnt een even krachtige opponent ten tonele. De uit klei geschapen Enkidu, want zo heet de golem avant la lettre, wordt pas menselijk door zes dagen en zeven nachten van jetje te geven met een verleidelijke courtisane van Gilgamesj' hof. Het komt tot een onderlinge krachtmeting en tegelijk een patstelling. Het lijkt hen beter om vriendschap te sluiten. Daarmee komt een droom van Gilgamesj in vervulling. Deel 2 is na een dramatische introductie eigenlijk hetzelfde verhaal als de Ark van Noah. Nu weet je meteen waar schrijvers van het Oude Testament inspiratie vonden.

De krasserige tekenstijl van Duchazeau zal niet iedereen op het eerste zicht bekoren. Het doet denken aan Christophe Blain (Isaac de Piraat) en een beetje Joann Sfar, als hij eens zijn best doet. Een hindernis in het verhaal vonden we in de vele moeilijke namen van goden, die niet eens ter zake doen. Maar dat ondervinden we ook steeds in verhalen met Egyptenaren, Grieken en in fantasystrips door scenaristen met te veel fantasie.

> DAVID STEENHUYSE — november 2007