Bibliografie van Scott McCloud
• De Onzichtbare Kunst
DE BEELDHOUWER 


Scott McCloud • Scratch Books
496 p. (HC & SC)
YOLO

Scott McCloud (volgens een definitie van de dertiendelige SSZ-encyclopedie):

• °10 juni 1960

• Amerikaans stripgoeroe

• man die de negende kunst tot op het bot fileerde in de didactische stripalbums Understanding Comics (ooit nog uitgegeven door Strip Turnhout als De Onzichtbare Kunst), Reinventing Comics en Making Comics)

• bedenker van 24-hour comic (waarbij een stripmaker een strip van 24 pagina's moet produceren in 24 uur)

• occasioneel auteur van eigen stripwerk

Als zo'n stripautoriteit met nieuw eigen werk voor de dag komt en zijn theorieën in de praktijk gaat omzetten, heb je toch een zekere drang om het album aan een extra grondige analyse te onderwerpen. De man kent natuurlijk alle truken van de foor om een degelijk en consistent album te creëren.

Voor deze graphic novel heeft hij trouwens uitgebreid de tijd genomen: meer dan vijf jaar zelfs en dat is niet weinig, ook al gaat het hier over een strip van een kleine vijfhonderd pagina's. De buzz rond dit album was trouwens ongezien groot en occasioneel kreeg je via de gespecialiseerde media al eens wat info toegespeeld. Voordat het album verscheen, was je dan ook al redelijk goed op de hoogte van de plot.

Voor wie buzzfree door het leven gaat, die plot loopt als volgt: De aan lager wal geraakte kunstenaar David Smith sluit een verbond met de Dood (die voor het gemak de vorm van diens overleden oom Harry aangenomen heeft). Als hij de deal aanneemt, heeft hij de unieke gave om alle harde grondstoffen te transformeren in wat hij maar wil, gewoon door zijn blote handen te gebruiken. Het addertje onder het gras? David heeft maar tweehonderd dagen de tijd om zijn naam in het wereldje te maken, dan wacht hem de man met de zeis. De wanhopige kunstenaar moet niet lang nadenken over het voorstel, maar natuurlijk loopt hij net dan de liefde van zijn leven tegen het lijf...

Beetje magertjes? Faust? Pygmalion en Galatea? Inderdaad! De kracht van dit boek ligt dan ook vooral in de grafische uitwerking van het onderwerp. McCloud is technisch gezien zeker niet de beste tekenaar, maar hij gaat ongelooflijk inventief om met de mise-en-scène en de bladschikking. Hij laat zijn personages uit een massascène naar voren springen door alleen hen in het zwart te inkten. Hij speelt met het tijdsverloop door een doordachte afwisseling van beeldgrootte en vertelritme. Sommige van zijn paginagrote tekeningen zijn waarlijk prachtig en nodigen uit tot een even-stilstaan-moment.

En toch weten we het niet. Op het eerste gezicht is dit een album met de impact van een splinterbom zoals je er maar een paar in een mensenleven zult lezen. Het raakt je en je bent er heel even serieus ondersteboven van. Je zoekt medelezers en je wil erover van gedachten wisselen. Je wil met serviesgoed gooien en de deuren met een knal dichtslaan. Je wil brullen, briesen, janken, krijsen,...

Maar na die ontlading ebt dat wrange gevoel alweer vrij snel weg. En dan...? Dan schiet er alleen een mooi liefdesverhaaltje over met in de marge wat sneren naar het arty farty en blasé kunstwereldje. McCloud lijkt je bovendien een nogal epicuristische levensles door de strot te willen rammen en onwillekeurig beginnen epitaafclichés als memento mori en carpe diem door je hoofd te spoken.

We zijn dan ook benieuwd of dit album de tand des tijds gaat doorstaan en of we in onze boekenkast een definitief plaatsje moeten inruimen naast genregenoten als Een Deken van Sneeuw van Craig Thompson of Ghost World van Daniel Clowes. Wij zijn er voorlopig echt nog niet uit...

> MARIO STABEL — maart 2015