TROLLEN VAN TROY 18 De Proffie Blues
Jean-Louis Mourier + Christophe Arleston • Uitgeverij L 48 p. (HC & SC)
|
|
Doordeweekse weekendeditie |
|
Het is de halftrol Proffie eindelijk gelukt: een energetisch performante, luchtdichte hut bouwen die niet meteen instort. Niet meteen, maar toch vrij snel: tijdens de housewarmingparty wordt de plaatselijke stinkkaas immers gemengd met de lactose-intolerante trollen. Gevolg: een wervelwind van euh... winden die de hut letterlijk opblaast. Samen met zijn woning stort ook de brave Proffie in. Een depressie bestaat helemaal niet bij trollen en dus wordt de hulp ingeroepen van een mensendokter, de ietwat op uitwerpselen gefixeerde Ziekmond Fruit. Die raadt de patiënt een terugkeer naar de bron aan: een zoektocht naar zijn papie, dus, de stoutmoedige boer uit wiens gemeenschap met een trollenvrouwtje Proffie is geboren.
Achttien delen lang al vertelt Christophe Arleston in zijn gekende komische stijl verhalen over zijn trollen. Bijgestaan door de geweldige tekenaar Jean-Louis Mourier komt hij zo langzaam maar zeker in de buurt van het aantal albums dat dat andere mythische duo René Goscinny en Albert Uderzo over hun held produceerden. De vergelijking met Asterix wordt al sinds het eerste album gemaakt, maar de illusie kunnen we Arleston intussen wel ontnemen. Hoewel ook hij dubbele bodems en knipogen doorheen zijn werk vermengt (inclusief wat subtiele maatschappijkritiek, zoals in dit album aan het adres van een grote biotechnologische multinational), overheerst bij hem toch de veel minder subtiele pipikakahumor en gratuit en overdreven geweld. Er is nog altijd een verschil tussen een door een menhir geplette Romein en een door een trollenvuistslag uiteengespatte schedel. Neem in dat verband maar eens de eerste Trollen-albums vast, waarin ook al eens een man tegen een trollenvuist liep met minder desastreuze gevolgen.
Ook Mourier is over zijn top heen en keert wat terug naar zijn meer steriele beginnerswerk van Askell. Ook een sympathiek selfie — zijn cameo als Billyh, de vader van Proffie — kan dat niet verhelpen. Het resultaat is een wat haastige Trollen van Troy, en zo leest het ook: veelbelovend met gemiste kansen en doordeweeks voor wie verwend is door de vorige albums, maar nog steeds een weekendeditie in vergelijking met veel vergelijkbare reeksen. En belangrijker: het heeft werkelijk niets vandoen met het bedenkelijke afkooksel dat de voorbije maanden op Ketnet werd uitgezonden. Of, om in de door de Trollen-lezers geliefde scatologische stijl te blijven: de euh... trollen zijn wat minder gebonden, maar de geur valt nog mee en het is nog lang niet zo slap als de tekenfilmversie. Niettemin lijkt ons het stilaan inplannen van een afscheid in schoonheid (een banket naar aanleiding van de trouw van Proffie en Waha, met een als worst gebonden Rysta Fukhatoe aan een boom op de voorgrond!) een zinvolle optie. En daarna eindelijk een vervolg op Askell, de Waterwereld! |
|
> PETER D'HERDT — oktober 2014 |