Bibliografie van Andreas
• Afdwalingen
• Arq
• Capricornus
• Coutoo
• Cromwell Stone
• Cyrrus
• De Grot der Herinnering
• De Rode Driehoek
• Dreigende Jaargetijden
• Fantalia
• Mobilis
• Monster
• Posthume Onthullingen
• Reizigers
• Rork
• Styx
QUINTOS 


Andreas/Isa Cochet • Sherpa
56 p. (HC)
Tien kleine negertjes
Spanje, 1937. Op het ogenblik dat de strijd tussen de nationalisten van Franco en de republikeinen in volle gang is, trekt een groepje van negen mensen op weg naar het dorpje Quimera. Ze zijn vrijwilligers en willen de republikeinse gelederen versterken. Hun tocht wordt bruusk verstoord, wanneer een obus hun bus treft. De chauffeur en de aanvoerder van de groep laten het leven, de zeven anderen zullen hun tocht te voet verderzetten. Een vreemde groep mensen, met zes verschillende nationaliteiten en stuk voor stuk geleid door erg verschillende motieven om zich in deze oorlog te storten: de Française wil ontsnappen aan haar bourgeoise verleden, de Amerikaan is heel waarheidsgetrouw alleen met zijn persoonlijke voordeel bezig, de Spaanse is religieus geïndoctrineerd, de Duitser blijft net als zijn landgenoot/schepper, trouwens een mysterie,...

Andreas stapt met deze one-shot af van de fantastische werelden die hij normaal beschrijft. In al zijn reeksen (Rork, Capricornus, Arq,...) zit wel iets bovennatuurlijks of buitenaards, in elk van zijn verhalen zijn wel meerdere vertellagen te ontdekken. Dit verhaal, op het eerste zicht veruit zijn meest to the point en rechtlijnige werk, is een Guernica-versie van het verhaal van de Tien Kleine Negertjes door Agatha Christie en is een atypische Andreas geworden. Dat zal vast voor een deel aan zijn pupil Isa Cochet liggen, al een tijdje de vaste sidekick bij het inkleuren van Capricornus. De laatste tijd kwam zij steeds prominenter naar voor als medewerkster en ook nu wordt ze evenwaardig aan Andreas vermeld op de cover. Het is volgens ons dan ook voor een deel haar verdienste, net als van uitgever Dargaud waarvoor Andreas een eerste keer een album maakt dat dit één van zijn albums is die kan scoren bij het grote publiek. En bijgevolg niet alleen bij het vaste en kleine groepje fans. De boodschap is universeel, het verhaal is rechtlijnig, de plot is duidelijk.

De Andreas-adept die echter diep zucht bij de voorgaande zin, slaat de bal mis. Ook de fans blijven immers niet in de kou staan, want de hand van de meester is overal terug te vinden. Bovenal heerst zijn haast mathematische decoupage, die het verhaal een extra schwung geven. Bovendien zijn er toch wel meerdere lagen terug te vinden. Naast het avontuur van zeven mensen, die één voor één het leven laten, is dit ook nog eens een psychologisch-menselijke aanklacht tegen de onzin van de oorlog en tegen de wreedheid ervan. Andreas en Cochet slagen erin om de lezer mee te zuigen in het verhaal, door elk personage een paar kleine feiten of haast achteloos zijn of haar visie op de oorlog te laten vertellen, waarna net hij of zij het loodje legt. Je weet iets, maar niet alles, je hecht je aan iemand, je vormt je een beeld aan de hand van een paar quotes en weetjes, maar misschien heb je het wel helemaal mis... Kortom, de lezer voelt mee de ontreddering van de groepsleden. Naar gewoonte nodigt Andreas de lezer dus uit om mee te denken, mee te voelen met de protagonisten.

Andreas en Cochet hebben een droevig maar prachtig werk afgeleverd, dat door zijn onderwerp en zijn bladindelingen een waar leesplezier belooft. Trek snel een sprintje naar de dichtstbijzijnde stripspeciaalzaak, want de Nederlandse versie werd slechts op 1.250 exemplaren gedrukt. Op uw plaats, klaar, start!
> PETER D'HERDT — april 2006