Bibliografie van Michiel van de Pol
• Balletjes
• Cartoondiarree
• Medicijnman
• Michieltjes Jongenshart
• Op Missie
• Spotters
• Terug naar Johan
SCHERPSCHUTTERS 


Michiel van de Pol • Oog & Blik | De Bezige Bij
144 p. (SC)
Raak

"De band tussen zoon en vader is bijna niet te beschrijven. Ik denk dat de band tussen een moeder en een zoon overzichtelijker is: ze geeft je een berg met liefde, en maakt dat elke dag aan je duidelijk", schrijft Jelle Brandt Corstius in de inleiding van dit nieuwe one-shot van Michiel van de Pol. We hebben geen idee of dat voor jou ook opgaat, maar die omschrijving herkennen wij als moederskindje helemaal. In Scherpschutters diept van de Pol de band met zijn vader uit. Dat gaat gepaard met een brede waaier aan gevoelens en gemoedstoestanden: van onbegrip en gelatenheid tot toenadering en fascinatie. Michiel legt zich op een gegeven moment even fanatiek toe op het uitbouwen van een gespierd en fit lichaam als zijn vader op het uitbouwen van zijn kostbare verzameling porseleinen beeldjes. Wanneer Michiel epilepsie krijgt en ook nog eens een galblaasoperatie moet ondergaan, lijdt zijn vader al langer aan een hartkwaal. Zo komen er genoeg situaties die de band verstevigen. Het portret van Michiels vader is dan wel eenzijdig vastgelegd door de ogen van Michiel, waardoor excentrieke kantjes zijn uitvergroot, maar je voelt dat het raak is. Dat is hij zich ook wel verplicht als 'scherpschutter'.

We zullen wel nooit een fan worden van Michiel van de Pols tekenstijl, maar we breken hier wel een lans voor zijn beeldtaal. Zijn hyperlosse manier van tekenen staat in schril contrast met zijn weloverwogen manier om iets in beeld te brengen, om het juiste evenwicht tussen tekst en stltes te vinden en om de denkbeeldige camera optimaal te doen functioneren om in en uit te zoomen. De recentste winnaar van de Willy Vandersteenprijs beheerst bovendien als geen ander de timining om scènes een grotere impact te geven. Michiel rust niet op zijn lauweren en dat verzekert ons ervan dat er nog minstens even goeie strips in het verschiet liggen.

> DAVID STEENHUYSE — mei 2012