PIN-UP INT 1-2-3 Integraal: Cyclus 1-2-3
Philippe Berthet + Yann • Dargaud 164 p. (HC)
|
|
Gebundeld met extra's |
|
In de maanden die voorafgingen aan deel 10, gaf Dargaud de voorgaande cyclussen uit in drie mooie, integrale bundels. Als je Pin-Up nog niet kende, dan kunnen we de reeks zeker aanbevelen. En misschien gelden de integrales ook als verzamelobjecten voor de lezers die de complete reeks al in huis hebben. Elke bundel bevat namelijk een extra katern.
In deel 1 staan de amusantste bonuspagina's. Je krijgt extra strookjes en gags te lezen van Poison Ivy, het geestige krantenstripje dat personage Milton (de striptekenaar naar het rechtstreekse voorbeeld van Milton Caniff) tekent voor de soldaten die in de Pacific strijden. In de tweede integrale is een parodie op het Russische, communistische staatsblad Pravda opgenomen. Er zijn talloze verwijzingen naar gebeurtenissen in de cyclus en de actualiteit van toen met al dan niet bewerkte foto's of illustraties erbij. Het 'Russische' lettertype bemoeilijkt helaas een vlotte lezing, maar de pin-upposter met de twee troeven van de USSR (industrie en Moeder Natuur) maakt veel goed. In de derde integrale is de historiek van gokstad Las vegas en het blootblad Playboy beschreven. Ook over de Amerikaanse staat Hawai kan je wat bijleren. De teksten zijn verluchtigd met mooie potloodschetsen van Dottie.
De eerste cyclus van Pin-Up beschouwen we nog steeds als een must have. Na deze Tweede Wereldoorlog-cyclus volgden de Koude Oorlog-cyclus, twee Las Vegas-albums en een buitenbeentje dat zich op Hawai afspeelde. Dorothy Partington, zeg maar Dottie, evolueerde van een beklagenswaardig slachtoffertje naar een powergirl die niet met zich laat sollen. In de spin-off De Heldendaden van Poison Ivy — geen commerciële hoogvlieger — speelde zij niet mee. Na zes jaar zien we Dottie terug in Het Dossier Alfred H. Het speelt zich af in 1946, dus vóór de tweede en daaropvolgende cyclussen, en vlak na de eerste cyclus. |
|
> DAVID STEENHUYSE — november 2011 |