CHINA 1
De Tijd van de Vader


Li Kunwu + Pierre Ôtié • Oog & Blik | De Bezige Bij
248 p. (SC)
Wraakroepend

Voor de in 1955 geboren Xiao Li ziet het leven er als kleine jongen beloftevol uit. Zijn vader is secretaris van de Chinese nationalistische partij die in 1911 de republiek China uitriep. De revolutie loopt op rolletjes, het hele land met toen zeshonderd miljoen Chinezen draagt zijn steentje bij. Er wordt driftig landbouw bedreven terwijl de schoolgaande jeugd er onder meer een onderlinge competitie van maakt om zoveel mogelijk vliegen, muggen en ratten te vangen. Er wordt wel een beetje honger geleden en erg hoog zijn de inkomsten in het gezin van Li niet, maar wie maalt daarom als de staalproductie van het land dra die van de Verenigde Staten zal overstijgen. Dat de Grote Sprong Voorwaarts onder Mao Zedong leidt naar een strompelende struikelgang, begint in de eerste plaats de vader van Xiao Li te vermoeden. Protest steekt ondergronds de kop op, maar hij wordt aangegeven en moet jarenlang naar een heropvoedingskamp. Mao en de partij hebben namelijk een middel gevonden om de bevolking nog meer te beknotten en in het gareel te houden: geef hen de vrijheid... de vrijheid om elkaar op publieke pamfletten door het slijk te halen, de vrijheid om ongegronde beschuldigingen te uiten en de vrijheid om elkaar te verklikken. De gevolgen zijn desastreus, dramatisch en destabiliserend. Onder leiding van een fanatiek klasgenootje, die met het rode boekje wappert, laten Li en de andere leerlingen op school zich leiden door de massahysterie en dienen hun leerkrachten de zwaarste vernederingen toe. Ondertussen wordt er verschrikkelijke honger geleden door ondoordachte landbouw, schieten gevechtsbrigades als paddenstoelen uit de grond en wordt er her en der in het land gestreden.

De Chinese tekenaar Li Kunwu vertelde zijn eigen jeugdherinneringen aan de Franse schrijver Pierre Ôtié die zelf een tiental jaar in het verre oosten verbleef. Het levert een verhelderend, goed gestructureerd en dikwijls wraakroepend beeld op van het China van de vorige eeuw. Je vraagt je soms af hoe miljoenen mensen en een hele natie zich kunnen laten misleiden door één dictatortje. En dat er doorheen de geschiedenis geen lering uit wordt getrokken, is al helemaal onbegrijpelijk.

> DAVID STEENHUYSE — januari 2011