Bibliografie van Kurt Busiek
• Legendes van Conan
CONAN 6
De Strijd tegen Toth Amon


Cary Nord/Thomas Yeates/Tom Mandrake + Kurt Busiek • Dark Dragon Books (Heroic Fantasy Collection)
56 p. (HC)
Respect

Hoe is het gesteld met een van onze favoriete krijgers? Niet goed, als we het over zijn persoonlijke avonturen hebben. Goed, als we het over die avonturen als stripverhaal hebben. In het slot van de tweede moderne Conan-trilogie trekt Conan samen met zijn nieuwe maatje Janissa en een troepje soldaten van Kalanthes door de bergen om in de stad Hanumar het gevreesde Oog van Tik-Pulonga te vernietigen. De stad staat onder bescherming van Thoth-Amon (die een beetje te veel verschillende spellingsvormen krijgt in dit album) en doet er alles aan om de belagers tegen te houden. Conan vindt dat een gewonde soldaat hen alleen maar ophoudt en stelt voor om hem te doden. Hij krijgt lik op stuk van priester Kalanthes waardoor de barbaar verder zijn kop houdt. Het is een zoveelste mooi moment om aan te tonen dat er in de vernieuwde Conan-reeks van scenarist Kurt Busiek evenredig veel aandacht gaat naar karakterontwikkeling, psychologie en diepgang als naar het betere hak- en slachtwerk. Een grotesk monster en een gevaarlijk virus horen er deze keer ook bij. Alleen jammer dat de rol van Janissa, van wie we in het vorige deel nog zo'n onthutsende getuigenis over haar leven hebben gelezen, er deze keer bekaaid vanaf komt.

Het verhaal wordt netjes afgewerkt. Er kan een lach bij Conan vanaf. Op naar de volgende cyclus. Persoonlijk kijken we deze keer meer uit naar het vervolg van de vurige schoonheid Red Sonja, dat we verreweg beter getekend vinden. We hebben het nog steeds moeilijk met het schetsmatige van Cary Nord. Een knappe aanvulling op het album, en hopelijk een troef voor Conan-fanaten die de Engelstalige bundels al hebben, is de cover en de extra commentaren over de totstandkoming ervan door Romano Molenaar en Jorg de Vos. 't Zou leuk zijn mochten ze tussendoor eens een one-shot van Conan kunnen tekenen.

> DAVID STEENHUYSE — november 2010