PINOKKIO 


Winschluss • Oog & Blik | De Bezige Bij
192 p. (HC)
Geen Disney-variant

Wat een festijn is dit dikke album! Niet alleen spreken de tekenstijl (die wat weg heeft van oude Amerikaanse undergroundstrips) en het mooie kleurenpalet ons erg aan, ook de originele versie van het bekende Pinokkio-verhaal las als een trein. In dit verhaal is Pinokkio een door een geleerde ontworpen robotjongen die eigenlijk is bestemd voor vernielzuchtige militaire doeleinden. Vernietigen doet de voor de rest geheel onschuldige Pinokkio effectief, maar hij kan daar echt niet aan doen. Het komt tot een doelloze, lange tocht waarbij hij markante personages ontmoet die allen zijn geïnspireerd op figuren uit het oorspronkelijke verhaal. Vooral de passage op het vervallen betoverde eiland is memorabel door de wreedheid en troosteloosheid die er heersen.

Het verhaal is grotendeels tekstkloos. Winschluss (hij regisseerde de tekenfilm Persepolis) onderbreekt de verschillende hoofdstukken wel met korte intermezzo's over Japie Luis, een complete loser en nitwit die onderdak vindt in het metalen hoofd van Pinokkio. Voor de rest heeft hij niets in de pap te brokken. Hij profileert zich niet als Pinokkio's geweten. Winschluss geeft er ook meerdere draaien aan zodat het verhaal alle kanten op kan: van een politieonderzoek door een speurder met het gelaat van een standbeeld op Paaseiland tot een blinde zwarte die het licht ziet en van de weeromstuit een ultrareligieuze profeet wordt.

Dat dit duidelijk geen Disney-variant is, is nog zo leuker. We voelden oprecht medelijden voor een in de steek gelaten pinguïn die achteraf een zelfmoordterrorist wordt (en ook dat verknalt hij). Sommige taferelen zijn echt goor te noemen en alsof Winschluss ermee wilde lachen, is er ook een vette knipoog naar Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen met zeven geile proleten die in een comateus Sneeuwwitje een willoos seksobject zien.

Dit album werd op het Franse stripfestival van Angoulême bekroond met een prijs voor het beste album. Nu we het ook gelezen hebben, vinden we dat terecht. Goed dat er nog zo'n prijzen bestaan zodat dergelijke pareltjes een vertaling vinden.

> DAVID STEENHUYSE — december 2009