Met dit deel wordt een trilogie afgesloten die we gerust een van de topverhalen van de afgelopen jaren mogen noemen. Niet alleen is het verhaal zeer boeiend verteld, maar ook de tekeningen zijn om van te smullen. Trefzeker weet Noé met dikke lijnen prachtige karakterkoppen te tekenen. Maar ook de kleurrijke kleding, architectuur en natuur van zowel de indianen als de Spanjaarden komen prachtig tot zijn recht. En dan is er nog die zinderende inkleuring waarbij de heldere kleuren van de natuur voor een fel contrast zorgen met de ellende in het verhaal.

Want ellendig is het verhaal natuurlijk. De Spanjaarden hebben zoals bekend nogal huisgehouden in Zuid- en Midden-Amerika. Zo ook op het eiland waar de godsdienstfanatieke kapitein Abatirso arriveert. Bij zijn eerste confrontatie met de indianen wordt zijn leger besmet door een geheimzinnige ziekte die bij de indianen woedt... de Santa Maladria. Zowel bij de indianen als bij de Spanjaarden sterven vele aan deze gruwelijke ziekte die je volledig uitteert. Abatirso heeft voor zichzelf het besluit genomen dat deze gruwel volledig uitgeroeid moet worden en ontbrand in een hevige strijd met de indianenpriester Pavo-Caltan. Twee dappere indianenjongens weten echter deze hopeloze strijd te doorbreken. Beiden overleven de ziekte, maar weten ook de machtspositie van beide leiders te breken. De hel wordt overwonnen en een nieuw paradijs begint, in volledige harmonie met de volkeren. Maar elk paradijs wordt ooit weer bedreigd...

Een boeiend verhaal met boeiende karakters door Morvan en Dragan. Prachtige getekend en ingekleurd door Noé... een instantwinner!