GODIN WIT, GODIN ZWART 1
Jean-Claude Servais • Dupuis (Vrije Vlucht) 56 p. (HC)
|
|
Het grootste cliché |
|
Collectie Vrije Vlucht brengt ons op het einde van het jaar altijd wel een aantal strips, die kunnen meedingen naar de titel ‘strip van het jaar’. Vorig jaar was dat het schitterende Blauwe Rook, het prijsbeestje van Pellejero en Lapière. Dit jaar pushen we Godin Wit, Godin Zwart van Ardennees Servais (Bosliefje, Fanchon, Lova,...) naar de top van het klassement. Hij schrijft en tekent een tweeluik dat eens niet uitpuilt van sentimentele clichés, maar uitgaat van het grootste cliché dat er bestaat: de strijd tussen Goed en Kwaad. Hij werkt het echter op zijn eigen 'Servaisiaanse' manier uit, in een mengeling van realisme en fantasy. En dat geeft vonken.
Zoals vaak in de Servais-verhalen, staan de vrouwen/meisjes centraal (“Ik kan het niet helpen”, zegt hij daarover zelf in het dossier). Het gaat om Maud en Vanessa, twee meisjes wiens lot sinds hun geboortedag verbonden is. Maud (de blonde — nog zo een Servais-cliché) stelt het goede voor, Vanessa (je raadt het nooit: zwart haar) het kwade. In dit eerste deel zien we hoe de jeugd van beide meisjes voorbijgaat en hoe ze uiteindelijk naar het bos worden geroepen, om daar hun onverbiddelijk gevecht te voeren, een gevecht waarvan de toekomst van de wereld van trollen, dwergen en feeën, afhangt. |
|
> PETER D'HERDT — november 2001 |