Sommige mensen hebben het, anderen zijn er hun hele leven vruchteloos en beschamend lachwekkend naar op zoek: de X-factor. Bird heeft het, Jobeth niet. Maar Jobeth is stinkend rijk. Na de dood van haar grootmoeder kwam ze in het bezit van een gigantisch fortuin. Haar broer kreeg niets. Om zich te wreken zorgde hij ervoor dat Jobeth opgesloten werd in een corrupte psychiatrische instelling en daar zwaar gedrogeerd werd. Niettegenstaande weet ze te ontsnappen. Achterna gezeten door twee huurmoordenaars, laat ze zich kaal scheren en versieren met een traditionele Maori-tatoeage die zich gracieus rond haar lichaam slingert: Bird was geboren. En Bird werd een wereldster, de verslaafde hype van de modewereld. Alom aanwezig in het straatbeeld, maar onherkenbaar voor haar moordenaars.

Opnieuw lijkt het scenario van de Argentijnse veelschrijver Trillo (Fulu, Video Inferno, Wilson...) op een schijnbaar goedkope B-film, maar hij weet verduiveld goed hoe je een verhaal moet vertellen. Pulp Fiction-gewijs geeft hij slechts met een occasionele flashback zijn informatie prijs. Met Bobillo (Zachary Holmes) treft hij een tekenaar die hem perfect aanvoelt. Zijn unieke stijl van pastelkleurige aquarellen, verhult zelfs de wreedste actie in een soort vredig mistgordijn. Dat maakt van Bird een aangename en ontspannende actiestrip. Nu maar hopen dat uitgeverij Prestige niet te lang talmt om het derde en laatste deel uit te brengen.