SERVITUDE 1 De Zang van Anorœr
Eric Bourgier + Fabrice David • Daedalus 56 p. (HC)
|
|
Een dikke pluim |
|
We moeten daar eerlijk in zijn: heroic fantasy, met tovenaars, draken, trollen en heel de reutemeteut, dat is ons ding niet. Een Lanfeust voor de humor, ja, of een Tijdvogel omdat het een meesterwerk is. Maar meestal stappen we straal voorbij aan wat de laatste jaren de core business van uitgeverij Soleil was geworden. En toch zijn er uitzonderingen. Een of andere magische kracht (of was het die fles goedkope wijn van de avond voordien?) trok ons die ochtend naar de alweer erg fraaie uitgave van de Genkse uitgeverij Daedalus. Ondanks het afschrikwekkende gewauwel op het schutblad ("De Zang van Afénor"... nog liever Laura Lynn!), waren wij én het boek meteen verkocht!
Het koninkrijk van de zonen van de aarde is in gevaar. Er is niet alleen de interne spanning tussen de provincie van Anorœr en die van Veriël, vooral de externe dreiging van de Drekkars en de mogelijke terugkeer van de draken stemmen iedereen zorgelijk. Om maar te zwijgen van het aantal mensen wiens tong in de knoop komt te liggen bij het uitspreken van al die moeilijke namen. In het midden van al die miserie: ridder Kiriël die trouwt met de dochter van zijn koning, een zekere Lërine. In plaats van lang en gelukkig te leven en veel kindjes te krijgen met trema's op de letters in hun naam, wordt het pasgehuwde koppel erop uitgestuurd. Ze moeten ambassadeurtje spelen in de naburige provincie, waar net een legioen des konings is uitgemoord. Ambiance!
Hoewel scenarist David af en toe wat te opzichtig teruggrijpt naar de klassieke fantasytrukendoos (onuitspreekbare en vergezochte namen, de klassieke zelfverzonnen kaart aan de binnenkant van de kaft, draken, flarden Lord of the Rings,...) verdient hij krediet. De vloeiende opbouw, enkele ijzersterke personages met een fond en een scheut ironie, een opeenstapeling van intriges,... doen ons smachten naar een snel vervolg. De show wordt echter vooral gestolen door de uitstekende tekeningen van Eric Bourgier, die een gedetailleerde stijl op de voorgrond combineert met indrukwekkende vergezichten en achtergronden. Een lust voor het oog. De zeer sfeervolle inkleuring, die bijwijlen echter vervaarlijk balanceert op het randje van de eentonigheid, doopt het verhaal onder in het bijpassende middeleeuwse sfeertje. Kortom, het logo van Daedalus op de cover zegt wat ons betreft genoeg: dit album verdient een dikke pluim. |
|
> PETER D'HERDT — juli 2007 |