ALDEGONNE
Kim Duchateau • Oogachtend 72 p. (HC)
|
|
Associatieve context |
|
Zonder twijfel is Aldegonne een van de meelijwekkendste stripfiguurtjes die we kennen. Maar daar lijkt Kim Duchateau zich wel in te specialiseren. De Hulpeloosjes zijn aandoenlijk zielig en de zus van Esther Verkest hoort ver uit de buurt te zijn van haar vent met de jeukende vuisten. Het universum van de moederloze Aldegonne beperkt zich tot een huis met lange gangen, de schoolklas en de occasionele locatie buitenshuis (van het bos of de Afrikaanse savanne tot de vitrine van een bordeel). Haar vader bedient zich van porno, een truckchauffeur of het begluren van zijn buurvrouw om aan zijn trekken te komen, maar aankloppen op de caravan van een pedofiel om zijn dochter terug te halen, is voor hem een sociale drempel te hoog. Want hoe spreek je zo iemand aan? Ook laat hij het niet na om zijn offspring al dan niet bedoeld aan het huilen te brengen. Monsters onder het bed en sjamanen met een voodoopopje van Aldegonne zijn een paar van de andere vijanden die het doorgaans onschuldige kind heeft. Een rode draad is het creëren van en behouden van vriendjes: ingebeelde, dierlijke, buitenaardse, dan wel zelfgemaakte.
De selectie van alle grappen van telkens vier plaatjes mikt op de onverwachtse schaterlach. Kims absurdheid kent geen grenzen, maar in de beslotenheid van Aldegonnes leefwereld past de lezer elk vergezocht onderwerp wonderwel in de associatieve context. Bundels van eerder verschenen strookjes of gags in her en der verschenen tijdschriften kunnen wel eens vermoeiend zijn als je er te veel na mekaar leest, maar deze Aldegonne-uitgave verveelde geen moment. Kims funny bone is er een die prima pakt op papier. Wanneer waagt hij zich aan een stand-upcomedyshow? |
|
> DAVID STEENHUYSE — december 2007 |