MONSTER 3 511 Kinderheim
Naoki Urasawa • Kana (Big Kana) 208 p. (SC)
|
|
Incision Man |
|
Dokter Tenma is een idealistische hersenchirurg die op een dag het leven van een kind redt. Niets speciaals, ware het niet dat Johann, de koter in kwestie, geen onschuldig kneusje is maar een psychopathisch monster. Tenma zelf wordt beschuldigd van een aantal van Johanns uitspattingen en bevindt zich daardoor op een soort autostrade met twee rijvakken. Op de rechtse rijstrook lapt hij, op de vlucht voor de politie en de freaky inspecteur Lunge, al een paar snelheidsbeperkingen aan zijn laars. Maar op het linkervak gaat het nog sneller, want daar is hij op zoek naar de aalvlugge Johann en de oorzaak van diens niet te stillen moordzucht. Op de pechstrook tenslotte ontmoet Tenma allerhande randfiguren die zijn idealistische trekjes mogen ontdekken.
Naoki Urasawa blinkt in zijn magnum opus alweer uit in een aantal aspecten. Zijn spanningsopbouw refereert volgens sommigen naar Hitchcock, maar wij denken bij het lezen haast even vaak terug aan Donald Pleasance en de ongrijpbare Michael Myers in Halloween van John Carpenter. De vergelijking loopt daar echter wat spaak, omwille van de menselijkheid en de — neologisme in zicht! — inleefbaarheid van de personages. Tenma is ondanks zijn chirurgisch meesterschap een mens van vlees en bloed. Ook van Lunge kan je gerust zijn vreemde trekjes, asociaal gedrag en fenomenale geheugen aanvaarden. En zelfs Johanns bloedlust blijkt — in tegenstelling tot die van Myers — meer en meer een aannemelijke verklaring te hebben.
Dit derde deel is tot op heden wel het zwakste deel uit de Monster-saga. Wijt het aan onze zieke geest, maar we missen de duistere, dreigende trekjes van Johann, die hier enkel in een flashback zijn opwachting maakt. Het onophoudelijke pingpongspel tussen goed en kwaad, tussen twee protagonisten, zoals het in die andere topreeks Death Note, wel voortdurend aan bod komt, daarvoor doen we het! Tenma, die als Amerikaanse superheld — Incision Man! — keigevaarlijke operaties uitvoert en allerlei mensen (zoals nu zelfs een agent die zijn plicht verzaakt en hem niet arresteert) tot inkeer brengt: melig! In het geheel van de reeks zal deze aflevering echter hoegenaamd niet misstaan, omdat Tenma een volledig deel lang de antipode van Johann kan zijn. Dat daarnaast ook Lunge en vooral zijn gezinsgenoten wat menselijker worden afgebeeld maakt, samen met de introductie van de erg sympathieke — denk aan Assaji uit Boeddha — Dieter, de pret alleen maar groter. Het is dan ook duidelijk dat "zwakste" in de godslasterlijke zin aan het begin van deze paragraaf een synoniem is voor "net niet meesterlijk". Lieve vrienden van Kana, laat deel 4 — liefst terug met wat Johann — maar komen. Gisteren, als het even kan. |
|
> PETER D'HERDT — juni 2007 |