DE COMPLETE TANGUY EN LAVERDURE 4 Geheime Missies: 10. Speciale Opdracht - 9. De Zwarte Engelen - Eerste Opdracht - Zijn Grote Droom - Valstrik voor een Piloot
Jijé + Jean-Michel Charlier • Arboris 196 p. (HC)
|
|
Amused |
|
In de jaren 1960 was de productie van Albert Uderzo zeer hoog. Nieuwe afleveringen van Tanguy en Laverdure en Asterix volgden elkaar in razendsnel tempo op in het stripblad Pilote. De populariteit van beide reeksen kende ongeziene hoogtepunten en het werd alleen maar beter. Omdat Asterix hem zodanig veel werk kostte en omdat het realistische genre hem eigenlijk niet zo veel meer zei, gaf Uderzo scenarist Jean-Michel Charlier te kennen dat hij met Tanguy en Laverdure wilde stoppen. Deze laatste was not amused. Uderzo was nog wel zo loyaal om de reeks verder te tekenen tot er zich een geschikte kandidaat aanbood. Uiteindelijk ging Charlier bij zijn Belgische landgenoot Jijé te rade. Het verraste de scenarist dat Jijé Tanguy en Laverdure zelf wilde tekenen. En dat maakte hem ten zeerste amused.
Waarom de komst van Jijé niet zo evident was in een periode van moordende concurrentie tussen stripbladen kan je in het alweer zeer uitgebreide en informatieve achtergronddossier lezen. Behalve het waardevolle interview met covertekenaar Yves Thos onthouden we ook dat Jijé op geen beter moment kon komen want de plannen voor een Franse tv-serie werden eindelijk werkelijkheid wat de bekendheid van de piloten helemaal een boost gaf. En hoe zat het met de stripverhalen? Goed, uitstekend zelfs.
Naadloos is de overgang niet te noemen. Ancien Jijé had al een paar decennia zijn eigen stijl en moest zich aanpassen aan de gevestigde waarde die Tanguy en Laverdure geworden was. Waar Uderzo met een nog steeds onnavolgbare finesse te werk ging, raasd Jijé er zwieriger door, zonder evenwel steken te laten vallen. In tegenstelling tot zijn werk voor de katholieke uitgeverij Dupuis en de voor de brave jeugd bestemde avonturenverhalen in Robbedoes, kon Jijé nu ook eens tonen dat hij mooie meiden kan tekenen, toch een vereiste voor de serie waarin Laverdure alleen maar oog heeft voor vrouwelijk schoon en zijn vliegtuig en om de haverklap halsoverkop verliefd raakt. Op de begane grond kan hij nog altijd geen trap op- of afgaan zonder te struikelen of te vallen, maar een keer hij achter de stuurknuppel zit, is hij voor geen kleintje vervaard, tenzij in vergelijking met zijn meerdere Tanguy.
In het langere verhaal Speciale Opdracht moet Tanguy een bekwaam piloot uit Indië ervan overtuigen om zijn overheid Mirages te laten bestellen. Een rijkaard met mistig motief en een handlangster die hij chanteert, heeft als doel die bestelling niet te laten doorgaan. Hij gaat over tot sabotage waarbij de handlangster met haar verleidingskunsten in de strijd wordt geworpen. Laverdure zwicht natuurlijk meteen, en dat brengt de Fransen in een zeer lastig parket. In De Zwarte Engelen moeten Tanguy en Laverdure dankzij hun spectaculair stuntvliegen naar een Midden-Amerikaanse natie die in onmin leeft met de buurstaat. Daar moeten ze piloten gaan opleiden. Ze mogen zich echter in geen enkel geval bemoeien met de hete situatie aldaar. De plaatselijke ontwikkelingen met verstrekkende gevolgen noopt hen natuurlijk tot het breken van die belofte.
Drie aansluitende kortverhalen in zwart-wit verschenen niet eerder in album of toch niet volledig. Deze kortere verhalen waren net als de eerste verhalen van De Jonge Jaren van Blueberry gemaakt voor trimestrieel verschijnende pockets van Pilote (later ook voor Pep) die geen lang leven beschoren waren. Charlier paste hetzelfde principe toe als bij Blueberry en werkte de eerste kennismaking tussen Tanguy en Laverdure en hun eerste jaren als piloten uit. Voor het derde kortverhaal veranderde Jijé drastisch van tekenstijl en hij tekende de personages meer naar het evenbeeld van de acteurs die de strippersonages op tv vertolkten.
Op niet minder dan veertien albums van de reguliere albumreeks prijkt de naam van Jijé, dat is de helft van alle verschenen albums. De eerstkomende tijd kunnen we dus heel wat verhalen van Jijé (her)lezen. Door een (gelukkige) samenloop van planningen verscheen van zijn hand recent ook een eerste integrale van Jan Kordaat bij Scratch Books terwijl de integrales van Roodbaard bij Sherpa bijna zijn periode als tekenaar van de piratenreeks aansnijden. Mocht dit een klein beetje als gevolg hebben dat de tekenaar wat meer erkenning krijgt, of respect voor zijn bijzonder onderschatte bijdrage aan de stripgeschiedenis losweekt, dan zou ons dat heel amused maken. |
|
> DAVID STEENHUYSE — november 2015 |