PANTER
Brecht Evens • Oogachtend 120 p. (HC)
|
|
Het wachten waard |
|
In den vreemde lopen we al eens een stripboekhandel binnen. Om eens te polsen hoe de auteurs uit de heimat het in het buitenland doen. Kunnen ze daar ook Belgische of Vlaamse toppers smaken? Heel leerzaam vast te stellen hoe telkens weer dezelfde namen opduiken in Nederlandse, Franse of Engelse boekenrekken. Behalve De Smurfen, Lucky Luke en Kuifje (bij de kinderboeken!) zijn dat veelal Judith Vanistendael, Olivier Schrauwen en bijna zonder uitzondering altijd Brecht Evens. Het doet ons hartje deugd de Hasselaar in bijvoorbeeld stripspeciaalzaken Gosh of Orbital (beiden in Londen) of de Waterstones-keten in the right place te zien staan met zijn The Wrong Place (Ergens Waar Je Niet Wil Zijn) en The Making Of (De Liefhebbers). Wat getuigt van de goede smaak van buitenlandse stripliefhebbers! Voor een klasbak uit de hoofdstad van de smaak.
Dat Evens' titels bovendien bij elk bezoek opnieuw te vinden blijven, doet zelfs dubbel plezier: dat betekent immers dat zijn boeken zo in trek zijn dat ze telkens opnieuw aangeboden worden. Nee, het betekent niét dat zijn boeken onverkocht daar blijven stof vergaren: lastige titels krijgen geen tweede kans en verdwijnen snel uit de rekken.
Om maar te zeggen dat we uitkeken naar zijn eerste boek sinds drie jaar. Het wordt boekhandels echter niet makkelijk gemaakt dit keer: is dit nu een kinderboek of een graphic novel? Is dit een verhaaltje over een meisje dat haar dode huisdier vervangt door een imaginair vriendje of is dit een seksueel geladen coming of age-verhaal over ouder en wijzer en zelfstandig worden? Wel, allebei.
Het geniale van Panter is dat het op verschillende niveaus te lezen is: er is het Kristientje van haar theekransjes met de denkbeeldige kroonprins uit Panterland, er is de Christine die vertelt over haar weggelopen moeder. Er is tragedie (de dode kat) en komedie (Panter erft het minuscule halsbandje van de kat om zijn gespierde nek). Er is de fantast Panter die Kristientje vertelt over Panterland wat ze wil horen, maar ook de Panter die Kristientjes knuffel Bonzo laat verdwijnen en in een gemener versie laat verrijzen. Er zijn Casper en Hobbes-achtige danspasjes, er zijn knipogen naar film- of Ronald Reagan-liefhebbers (Bedtime for Bonzo) en de groentenmannen van Giuseppe Arcimboldo, er zijn unheimliche nachtscènes met beladen dromen. Er zijn onschuldige kinderspelletjes, maar ook die op een bijna-verkrachting uitdraaien. Er is troost, maar ook verwijdering.
Er is sober, er is uitbundig: ook grafisch haalt Evens alles uit de kast. In een zorgvuldig ritme van volle en lege platen, in fantastische en gedetailleerde prenten, in subtiel morfende achtergronden van behang, doorzichtige meubels en auto's en vooral in de expressieve Panter, die nu eens heel basic, dan weer heel natuurgetrouw getekend wordt, als Joann Sfars kat van de rabbijn nooit twee keer dezelfde. Zo ook is een leeservaring van een boek van Brecht Evens nooit twee keer dezelfde, zelfs niet van één boek. Kortom, het wachten waard. |
|
> KOEN DRIESSENS — oktober 2014 |