Daar stond ze dan. Het enige dat we kunnen zeggen, is dat er miljarden vrouwen op de aardbol rondlopen. Sommige zien er acceptabel uit. De meesten zien er lang niet gek uit. Maar zo nu en dan haalt de natuur een koud kunstje uit en ze zet een bijzondere vrouw, een ongelofelijke vrouw, in elkaar. We bedoelen: je kijkt en je kunt je ogen niet geloven. Alles is een en al perfect golvende beweging, kwikzilverig, slangachtig, je ziet een enkel, je ziet een knie, je ziet een borst, die bij elkaar tot één groot tergend geheel samensmelten, met van die mooie glimlachende ogen, de mondhoeken iets omlaag getrokken, de lippen alsof ze op het punt staan in lachen uit te barsten om jouw hulpeloosheid. Ze weten perfect wat voor kleren hen goed staan en hun lang haar zet de lucht in vlam. Verpletterend gewoon. Een femme fatale. Aimée Joubert is zo'n vrouw. Enfin, we denken dat ze Aimée heet. Of misschien ook niet. Ze woont nu in Bléville, maar het had ook elders kunnen zijn. Enfin, dat denken we toch. Feit is dat Aimée zich ook tussen deze notabelen als een vis in het water voelt. Ze is een snoek. Een dodelijk snoek.
Na De Prinses van het Bloed blijven Max Cabanes en Doug Headline zich bewegen in het wereldje van de Franse thrillers. Met Femme Fatale wierpen ze zich op het donkerste werk van Jean-Patrick Manchette (zie ook Kleine West Coast Blues van Jacques Tardi). En dit is al bij al een goede keuze. Ja, je merkt wel dat dit boek geschreven werd in 1977, waardoor deze ooit knappe plot al ettelijke keren geplunderd, verkracht en uitgewoond werd door inspiratiezoekende broodschrijvers. Maar de kracht van de vertelling krijgen zelfs zij niet kapot. Journalist Doug Headline houdt het werk van zijn vader zaliger in ere. Letterlijk zelfs. Hij laat het verhaal starten zoals Dick Matena's De Avonden, waardoor de tekeningen exact de begeleidende tekst verhalen. Helaas krijg je dan van die toestanden zoals "Ze rilde en draaide het raampje dicht". Je kan je de tekening wel voor de geest halen. In het begin zorgt dit voor de nodige irritatie, maar na een tiental bladzijden merk je dat die stijl toch niet zo gek gekozen is. In een mum van tijd zit je zelf in de woelige seventies én eenmaal de kurk helemaal uit de fles, gooit Manchette jr. deze behouden stijl overboord en kiest hij volop voor de keiharde actie. Een strip met twee gezichten dus, net als de zwoele Aimée, of hoe ze ook mag heten.
Twijfelaars raden wij aan om deze 136 pagina's tellende roman noir even te doorbladeren. Wedden dat zij dan ook verkocht zullen zijn? Tekenaar Cabanes weet immers als geen ander de sfeer op te roepen. En dat zijn dames enorm verleidelijk op hun gestifte lippen kunnen bijten*, weten we al sinds Blindemannetje.
Femme Fatale laat zich initieel niet kennen, maar verleidt je geleidelijk tot je fataal overkop gaat.
* Beste uitgevers, laat dit aub een bijkomende reden zijn om de vele integrales van Cabanes eens te vertalen. Dank bij voorbaat. |