Ed Brubaker heeft ballen. Dat is het 'minste' dat je kan opmerken over het feit dat hij er een jaar over deed om het schrijven van een one-shot over The Joker aan te durven. Alan Moore schreef in 1988 met The Killing Joke al een memorabel verhaal over de meest markante en ook meest geliefde vilain in de Batman-reeks dat niet is weg te slaan uit allerhande toplijstjes met Batman-strips. Je moet het 'm nageven dat hij lef heeft... Hey, je moet zelfs toegeven dat hij het er niet slecht vanaf bracht met zijn visie op The Joker en zijn eerste ontmoeting met Batman.

In plaats van te lang stil te staan bij hoe The Joker zijn afwijkende persoonlijkheid kreeg, focust Brubaker meer op diens eerste misdaad in Gotham City. Batmans carrière duurt nog niet zo lang. Er is nog geen Robin aan zijn zijde, noch een Bat Signal waarmee hij kan opgeroepen worden in geval van nood. Hij moet zelfs nog het nodige vertrouwen winnen in zijn nieuwerwetse Batmobile. Toch wasemt hij al een duistere en vervaarlijke uitstraling uit.

Wanneer er lijken worden gevonden met een lach op hun gezicht, staat de jonge Batman tegenover een soort opponent met wie hij nooit tevoren te maken kreeg: een ronduit krankzinnige crimineel. Als vigilante was hij voorbereid op alle soorten dieven, pooiers en gangsters, maar niet op een psychopatische maniak. Dat belet hem niet om verscheidene doelwitten van The Joker te verdedigen en ondertussen de Clown Prince' bedoelde eindspel bij elkaar te puzzelen.

De Man die Lacht mist het vlotte tempo en de smakelijke dialogen van Moores The Killing Joke, maar het is wel een waardige opvolger van het klassieke Joker-verhaal. Brubaker benadert de personages op authentieke wijze. Dit is het verhaal van een stad die niet klaar is voor de golf van waanzin die The Joker over haar verspreidt. De komst van The Joker is sowieso het keerpunt in de carrière van de misdaadbestrijdende Batman en een beproeving voor wat de stad aankan. Na de criminele gebeurtenissen kan het leven in Gotham nooit meer hetzelfde zijn. Het is net die wetenschap die Brubaker tenvolle benut.

Deze uitgave is aangevuld met Gotham Noir, een puur misdaadverhaal van Sean Phillips en Ed Brubaker, het duo dat in het misdaadgenre excelleerde met Criminal. Het verhaal speelt zich af in 1949. Selina Kyle verzoekt commissaris James Gordon een meisje uit haar club te vergezellen naar een feestje. Een paar hoge omes kennen het meisje. 's Ochtends wordt Gordon hardhandig gewekt. Hij ligt in de modder naast het meisje. Ze is vermoord. Gordon wordt van de moord verdacht. Harvey Dent bijt zich vast in de zaak. Hij wil het hogerop zoeken, op het politieke niveau waar corruptie en bandne met de maffia hoogtij vieren.

Gotham Noir is veel meer een verhaal over Gordon dan over Batman wiens legende nog maar pas aan het ontluiken is. Dit najaar komt het eerste seizoen van de tv-reeks Gotham op de Amerikaanse tv over de beginjaren van Gordon bij de politie en Bruce Wayne als tiener. Als die serie nog maar een schijntje is van de sfeer waar het stripverhaal van Phillips en Brubaker op steunt, dan is Gotham iets om serieus naar uit te kijken.

In het jaar waarin we de vijfenzeventigste verjaardag van Batman vieren, deed RW Uitgeverij er — eens te meer! — goed aan om een bundel te vertalen over drie van de belangrijkste elementen die voor het aanhoudende succes van de reeks zorgen: The Joker, commissaris Gordon en de stad Gotham City.