Waar eerdere albums van Blacksad zich tegen de achtergrond van een welbepaalde stad afspeelden, neemt Amarillo ons mee naar de plaats waar het hart van de USA ligt: op de snelweg. Onze favoriete detective probeert zijn oude baantje te ontvluchten en neemt de kans om een wagen van New Orleans naar Tulsa te rijden met twee klauwen aan. Eindelijk een baantje waarbij men geen kogels hoeft te ontwijken. Een roadtrip dus, zoals onze vrienden in de Far West dat noemen.
Blacksads pad kruist dat van twee schrijvers, die niet geheel toevallig veel weghebben van Jack Kerouac en Ginsberg. Het opgerolde manuscript, de Willem Tell-scène met een Burroughs-achtige figuur, het komt allemaal voor in het leven van beide schrijvers, en meerbepaald in de half fictieve, half waargebeurde vertelling On The Road. Het personage dat Ginsberg moet voorstellen, de potige bizon met houthakkershemd, werd in Rode Ziel al eerder opgevoerd met zijn gedicht Howl. Neil Beato, de literaire agent, advocaat en jakhals, is dan weer een samentrekking tussen Neil Cassady en de beweging die hij via Kerouac inspireerde, de beatbeweging. Papalegue is op zijn beur een roadrunner. Inderdaad. Dé roadrunner. Meep-meep! Feit en mythe lopen elkaar dus ongegeneerd voor de voeten, struikelen over elkaars broekspijpen en eindigen met gierende banden en schaterlachend in de gracht. Enige kennis van de beatgeneratie zorgt dus voor een extra kietel bij het lezen. De beatgeneratie is de sleutel naar de dieper liggende laag, en ontsluit zodoende een hele hoop referenties.
Laat dit u echter niet afschrikken, voor wie het graag simpel houdt, biedt het album genoeg interessant materiaal, de tekeningen zijn zwierig, elegant en humoristisch, en de verhaallijn is dragend genoeg zonder al de leuke referenties. Weeral leveren Juanjo Guarnido en Juan Díaz Canales een klein meesterwerkje af dat echter doet vermoeden dat het aangekondigde vervolg, een tweeluik, dit volume genadeloos uit het water zal blazen. Want noem ons achterdochtig, we hebben de indruk dat de heren zich een beetje ingehouden hebben. De tekeningen zijn minder doorwrocht en de plot laat een aantal dingen open. Gooi er wat referenties naar door dwergen geleide circussen (Carnivale dringt zich op, al zijn we niet zo zeker of we er nu niet te veel achter zoeken) tussen, een door The Wild One geïnspireerde bende bikers en een heerlijke soundtrack (want een Blacksad zonder muziek is als een café zonder bier) en u heeft een zeer degelijk album uit een meesterlijke reeks in handen. Wie doet het Guarnido na? Wat zou een mens nog meer willen? Dit is een heerlijk geurende potpourri van Americana die uw collectie lekker fris houdt. |