DE RODE RIDDER 238 Het Godsgericht
Claus D. Scholz + Marc Legendre • Standaard Uitgeverij 32 p. (SC)
|
|
Een klassiek Rode Ridder-avontuur |
|
Johan, de Rode Ridder, doet een schilderachtig Brabants dorpje aan waar hij net op tijd is om mee te genieten van de jaarlijkse kermis. Al snel is hij getuige van een bijzonder poppenspel. De poppen lijken wel levensechte minimensjes. Tumult op de achtergrond leidt echter Johans aandacht af. Een jonge vrouw die het opneemt voor een mishandelde beer wordt door diens eigenaar hardhandig in elkaar geslagen. Dat kan een ridder niet over zich laten gaan en al snel maakt de berentemmer kennis met Johans harde vuisten. Even later arriveert Wando, de leenheer. Hij en zijn mannen nemen de jonge vrouw, Iudith, hardhandig mee. Alweer trekt Johan ten strijde. De edele heren bijten in het zand. Eind goed al goed... Johan kan nu al zijn aandacht schenken aan de poppenspeler. En jawel, de poppen leven. Het zijn Enid, de koningin van de Nevellanden, en twee van haar onderdanen. Alles zit Johan tegen want daar is Wando weer. Johan wordt gevangen genomen en zal moeten vechten voor zijn leven in een godsgericht...
Met Marc Legendre krijgt de reeks er alweer een nieuwe scenarist bij. De vernieuwde reeks wordt nu door drie scenaristen in stand gehouden, tekenaar Claus D. Scholz incluis. Het viel ons meteen op dat Legendre kiest voor een klassiek Rode Ridder-avontuur. Uiteraard draagt het opdissen van Enid uit Het Rijk van Enid (deel 25) aan dit gevoel bij. Voor de kenners van de reeks: dit album hoort bij de eerste van Johans Ronde Tafelperiode. Legendre legt keurig de lijnen van het verhaal vast en strooit kruimeltjes brood voorop, zodat we wel erg benieuwd zijn naar het vervolg. Meer moet dat niet zijn. Het taalgebruik situeert zich tussen dat van Claus en Martin Lodewijk, met veel knipogen naar de archaïsmen waar deze laatste zo van geniet.
Het tekenwerk van Claus viel ons nogal tegen. Bij momenten meenden we toch haastwerk te herkennen. Iudith bijvoorbeeld ziet er de ene keer bevallig uit, dan weer plots dertig jaar ouder. Akkoord, de reeks mag dan deels een pulpstatus genieten, Claus heeft ons laten zien wat hij kan en dan wordt een beetje striprecensent nogal snel verwend.
Onze focus lag hier op Legendre, en hoe hij het er vanaf bracht. Het is moeilijk om op basis van één album zwaar te gaan taxeren, maar we zijn alvast geprikkeld om het vervolg te lezen. Dat is natuurlijk een zeer goede zaak. We weten dat hij zijn vak kent, en dat hij goed bezig is, getuige ook Amoras. De Rode Ridder wordt ondertussen wel complex om volgen met al die verschillende periodes waarin hij de ene keer wel en de andere keer geen ridder van de Ronde Tafel is. De vraag rijst of er geen ingrepen zoals De Werelden van Thorgal moeten gebeuren, waarbij elke scenarist of tekenaar zijn eigen reeks uitwerkt. |
|
> JACKY CORNELIS — mei 2013 |