Bibliografie van Éric Lambert
• De Laatste Kathaar
• Merlin
Bibliografie van Pierre Boisserie
• Dantès
• De Bank
• Eastern
• Het Kruis van Cazenac
• Het Slapende Woud
• Nova Genesis
• Reiziger
• Roma
• Sint-Bartholomeüs
• Wolf (Stalner)
FLOR DE LUNA 4
Rosalia, 1898


Éric Lambert + Pierre Boisserie • Glénat (Grafica)
48 p. (HC)
Een geval van lichte Stalnarmoede

Eind negentiende eeuw, tegen de achtergrond van de oplopende spanningen tussen Amerikanen, Spanjaarden en de lokale bevolking in Cuba. Twee generaties na het eerste bloedige conflict tussen de Portero's en de Castellano's, dat beslecht werd in het eerste drieluik van deze reeks, gooien Éric Lambert en Pierre Boisserie ons in een nieuwe episode van de familievete. De trut uit de eerste delen, Corinna Portero, leeft nog (onkruid vergaat niet) en maakt nu het leven zuur van haar kleindochter Rosalia. Die probeert het familiebedrijf Flor de Luna (sigaren, geen nachtclubs) zo goed en zo kwaad als het kan draaiende te houden. Geen sinecure, met naast de dreiging van de revolutie en de tegenwerking van haar oma, ook nog eens haar debiele broer als een blok aan haar been. Als dan ook nog eens de spoken uit het verleden opduiken, staat de boel (letterlijk) op ontploffen.

De eerste drie albums werden nog geschreven en getekend onder het ervaren toezicht van Éric Stalner, die nu — wegens tijdsgebrek, de ziekte van de tijd — het roer heeft overgelaten aan zijn beide discipelen. En die zijn nu een beetje... euh... de sigaar. Waar de vorige delen (vooral de eerste twee) niet alleen qua concept (familievete gekoppeld aan legale genotsmiddelen), maar ook qua kwaliteit nog vergeleken konden worden met De Meesters van de Gerst, heeft men hier precies wat last van “Stalnarmoede”, een gebrek aan Stalner dus. Lambert en Boisserie beheersen hun vak en introduceren vlekkeloos de nieuwe personages. De tekeningen zijn verzorgd en zonder teveel franje. De historische context doet getrouw aan. Maar we missen, de sigaren en, vele explosies ten spijt, wat vuur. Een touch Jean Van Hamme of Frank Giroud, iets wat Stalner met zijn métier duidelijk wel kon bijbrengen. De reeks is daardoor meer schatplichtig geworden aan de legendarische Vécu-reeks van Glénat van weleer. Een verzonnen intrige tegen een waargebeurde achtergrond, gelardeerd met obligaat bloot en bloed. Denk aan Simon Langarm, De Verlichte Markiezin, Malefosse, De Wind der Goden, quoi. Op wat (in zowel positieve als negatieve zin) uitzonderingen na, oerdegelijk vakmanschap maar in de huidige maatschappij even saai als het voetbalcommentaar op 2BE.

Gezien het sterke karakter van Rosalia, de broeierige historische context (die voor deze reeks toch een extra troef zou moeten zijn in vergelijking met De Meesters van de Gerst) en onze nieuwsgierigheid naar de verdere afwikkeling (wie, wie, wie heeft het gedaan?), verdient deze start van de nieuwe cyclus zeker nog het voordeel van de twijfel. Aan Lambert en Boisserie om in het volgende deel zowel van McVie, sergeant Fleetwood én journalist Buckingham meer te laten blijken dan toevallige passanten en deze nieuwe cyclus verder naadloos in te passen, chronologisch tussen de gebeurtenissen in verleden en heden uit de vorige triptiek. We kijken ernaar uit.

> PETER D'HERDT — september 2012