De in 1952 geboren Jean-François Charles heeft er al een lange en behoorlijk indrukwekkende carrière opzitten. Er zijn nog plannen genoeg om de eerste jaren niet op pensioen te moeten gaan. Zo weten hij en zijn echtgenote Maryse nog niet hoeveel delen de tweede cyclus van India Dreams zal tellen. Onlangs werd hij bekroond met de Grote Prijs Sint-Michiel voor zijn gehele œuvre. Oververdiend. Ook in het jongste deel van India Dreams is het weer smullen geblazen van zijn aquarellen. Toegegeven, anatomisch schort er hier en daar iets aan de personages, maar wij hebben een grote mantel met liefde om dat te bedekken.

Aanvankelijk gebeurt er bitter weinig in het album Taj Mahal. Een jonge kapitein, Redfields genaamd, maakt geen beste beurt in het 8ste Regiment Bengaalse Lansiers waar hij naartoe is overgeplaatst. En hij krijgt het aan de stok met zijn oversten. Redfields vader, een majoor, was ook al arrogant. Ondertussen reizen Percy, Abe en de in diskrediet gevallen professor Sybellius op een olifant in het vorstendom Awadh rond. Beide partijen komen in contact met de bloeddorstige thugs. En dan gaan de poppen aan het dansen, de gevolgen zijn desastreus. Op de koop toe kruist het pad van het trio met dat van kapitein Redfields en da's weer een ander schandalig verhaal.

Het Charles-echtpaar combineert moeiteloos geschiedenis, exotiek, drama, sensualiteit, spanning, erotiek en romantiek, nu al zeven delen lang.