EGON SCHIELE Leven en Sterven
Xavier Coste • Casterman 72 p. (HC)
|
|
Kort maar krachtig |
|
In maart verscheen bij Casterman een mooi geschilderd album over schrijver Stefan Zweig (1881-1942). Een maand later kwam bij Dargaud een opgeleukte stripbiografie uit over Sigmund Freud (1856-1939). Nu is er een boeiend portret van schilder Egon Schiele (1890-1918). Deze drie personen hebben met elkaar gemeen dat ze Oostenrijks zijn en in eenzelfde periode hebben geleefd. Je kan al meteen de bevinding maken dat Oostenrijk in de vorige eeuw enige markante figuren heeft voortgebracht. En was er daar niet een of ander dictatortje dat puur vergif was voor de wereldgeschiedenis? Nog een geluk dat we het hier niet hoeven te hebben over muzikant Falco of een bodybuilder die het schopte tot gouverneur van Californië.
Egon Schiele leefde kort, maar krachtig. Hij overleefde met vier jaar exact de volledige culturele periode die geboekstaaft staat als het Fin de siècle. Eigen aan het tweeledige sentiment van frivoliteit, het goede leven en hoop enerzijds en decadentie, een fascinatie voor dood en verval anderzijds was schilder Gustav Klimt ene exponent. Egon Schiele keek naar hem op. Klimt vervulde voor hem de rol van mentor en surrogaatvader nadat Schieles eigen vader vroeg stierf. Met zijn moeder kon hij niet overweg en de band met zijn zuster was, nou ja, laten we het complex noemen. Veel respect voor vrouwen had-ie niet. Hij was een rokkenjager en dook met al zijn modellen het bed in. Aan modellen trouwens geen gebrek. Wanneer hij bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog wordt opgeroepen, zag hij een kans op doorbraak in de kiem gesmoord. Tevoren viel zijn werk, bedoeld om te choqueren, niet in de smaak. Het werd als pornografisch omschreven en hij belandde ervoor in de cel. Had-ie maar geen naaktportretten van minderjarigen moeten tekenen. Bij toeval belandde hij tijdens de oorlog ook in de gavengenis, maar nu als bewaker. Deze situaties veroorzaakten een ander besef over zijn prioriteiten en ontwikkelden hem ook in zijn kunstbeleving. Een getormenteerde kunstenaar maakt nu eenmaal interessante werken, zo leert ons de geschiedneis. In zijn geval kickte hij daar nog op ook.
Xavier Coste brengt een werkelijk fascinerend beeld over een productieve kunstenaar. Aanvankelijk haat je Schiele als de pest. Hij was een egocentrische, verwende aansteller zonder respect voor anderen. Gaandeweg leer je 'm beter kennen als een hartstochtelijke, gepasioneerde ziel die wilde scheppen om gehoord en gezien te worden. Hij koos daarom niet de makkelijke weg. Door zijn manier van aandachtzoekerij gedroeg hij zich als een olifant in een porseleinwinkel. Maar op de moeizame weg naar bevestiging, die ook in dit album wordt beschreven, keerde hij ook op zjn stappen terug om de brokken te lijmen. In bepaalde gevallen kwam dat inzicht rijkelijk te laat.
Het album is kunstig opgevat met tekeningen die net zo illustratief als verhalend zijn. Pretentieus is die aanpak niet, het verhaal primeert. Momenteel werkt Coste aan een strip over de Franse dichter Arthur Rimbaud die — geloof ons en Wikipedia vrij! — nog veel meer heeft uitgehaald en beleefd. |
|
> DAVID STEENHUYSE — juni 2012 |