EEN SJEF VAN OEKEL OMNIBUS 2 Wordt het toch nog Gezellig...
Theo van den Boogaard + Wim T. Schippers • De Vliegende Hollander 264 p. (SC)
|
|
Ultieme uitgave |
|
In onze vorige bespreking van de eerste omnibus roemden we nog het immense talent van Theo van den Boogaard. Ook in deze tweede bundel staan weer een resem paginagrote decors waar je vol bewondering naar kijkt. Nu moeten we daar eerlijk in zijn en ook het anonieme werk van zijn toenmalige assistenten alle pluimen geven. In het extra, zere uitgebreid achtergronddosier, dat vooral over het internationale succes en het einde van Sjef van Oekel als stripreeks gaat, worden ze allen met naam genoemd.
Deze uitgave bundelt de reguliere albums 3 tot 6, een twintigtal niet eerder in album verschenen korte strips en een album dat in een kleine oplage enkel was bestemd voor ee ministerie waar Wim T. Schippers het kunstwerk Het Is Me Wat (een echt zwevend rotsblok) voor ontwierp. Het is ook wel het vervelendste verhaal van de hele omnibus. Ook in de lange verhalen van een volle albumlengte komt de figuur Sjef van Oekel veel minder sterk over. Het lijkt wel alsof de ontwikkeling van een plot het personage van zijn sokkel duwt, zelfs als die plot er een vol gekkigheid is en tjokt van de onorthodoxe wendingen.
Hoe korter hoe beter dus. Net in die strookjesstrips, gags en kortverhalen van enkele pagina's lang is Sjef op zijn grappigst. Hij fulmineert, is overdreven assertief, schoffeert Jan en alleman, etaleert de vreemdste gedachtekronkels of floept er een (flauwe) woordspeling uit.
We vinden de verkleinde uitgave nog steeds te miniem om de prachtige tekeningen tenvolle te kunnen waarderen. De Vliegende Hollander is nu eenmaal een uitgever geworden die de graphic novelkolder in de kop heeft en denkt dat een kleiner formaat gelijk staat aan een graphic novel. Hoe dan ook gaan de twee verschenen omnibussen respectvol om met het werk van de auteurs. Dit is de ultieme uitgave van Sjef van Oekel. |
|
> DAVID STEENHUYSE — maart 2011 |