Bibliografie van François Bourgeon
• Beatrijs en Coen
• De Cyclus van Cyann
• De Cyclus van Cyann
• De Gezellen van de Schemering
• De Kinderen van de Wind
KINDEREN VAN DE WIND 6-1
Het Kleine Meisje Bois-Caïman - Boek 1


François Bourgeon • 12bis
88 p. (HC)
Aanzet tot iets groots

"Stel je in op het ergste, dan word je nooit teleurgesteld", zegt Zabo ergens in dit boek. En dat hadden we bij aanvang ook gedaan. Op een sequel van de 25 jaar geleden afgesloten vijfdelige reeks De Kinderen van de Wind, een van de meest perfect afgeronde stripverhalen ooit, zaten we niet te wachten. Het kon alleen maar minder zijn. Zoiets stinkt mijlenver naar bloedarmoede. Zelfs al staat er François Bourgeon op de cover.

Maar soms slaan we de bal compleet mis. Na een lange, doch boeiende inleiding, waarin we — letterlijk en geschiedkundig — half Zuid-Amerika afreizen, komen miss Zabo en Quentin Co
ustans bij de 98-jarige Isa aan, hoofdpersonage van de eerste cyclus. Tegen dan heeft Bourgeon zijn talentenpallet al wijd opengevouwen. Dat pallet bestaat nog steeds uit een naar meer smakende mix van blasfemie (met dienstmeisje Henriëtte komt het vast nooit meer goed), geilheid (of wat te denken van de uitspraak "Bent u gerustgesteld of wilt u mij onder mijn rokken fouilleren?"), subtiele humor (lees de scène met de schoen vol maden eens opnieuw) en poëzie (het is een waar genot voor ons dichtershart om te zien hoe de verzen van Baudelaire soms letterlijk, maar meestal onderhuids in het verhaal verweven zitten).

Over kleur en tekeningen gesproken: Bourgeon tekent in dit boek beter dan ooit. Zijn hyperrealisme heeft nagenoeg de perfectie bereikt. Ook de inkleuring verdient een pluim, let maar eens hoe de schaduwen van het bladerloof op de ruiters vallen. Meesterlijk! Het is te vroeg om nu al te oordelen of het nieuwe tweeluik naast de klassieke reeks mag staan, maar de aanzet is er in elk geval toe gegeven. We stellen ons in elk geval in op het beste. Lees ons definitief oordeel dus in januari 2010, want tegen dan al belooft uitgever 12bis het slot. In afwachting blijf je als vanouds van harte welkom op deze plek.

> TOM DE LENTDECKER — september 2009