VREEMDE LIEFDE 1
Jérôme Jouvray + Stéphane Presle • Uitgeverij L 104 p. (HC)
|
|
Knaller |
|
In het door een totalitair regime en een incontinente dictator bestuurde Monopozië en zijn westerse, kapitalistische tegenhanger de Confederatie van de Sterren hoef je de vergelijkingen met Rusland en de Verenigde Staten tijdens de Koude Oorlog in vooral de jaren 1950 en 1960 niet ver te zoeken. Ook in het streng geregelde Monopozië zijn er genoeg die hun heil liever zoeken bij de vijand. Zo is er de bedrieglijke vervalser en straatventer van merkhorloges Spongia die de identiteit van zijn buurman, hoogleraar, professor en bommenspecialist Barzavotzig steelt door 'm eigenhandig te vermoorden en zijn gezicht tot pulp te slaan. Zangeres Tho-Radia is dan weer haar vermoeiende rol als propaganda-instrument beu. Bovendien zijn er andere partijen die eveneens van haar status misbruik willen maken. Een lot als (dubbel)spion ziet ze niet zitten. Ook zij wil politiek asiel bedingen bij de Confederatie van de Sterren die haar maar wat graag verwelkomen, maar of het daar nou zoveel beter is...
In dit eerste deel van een tweeluik manifesteert Jérôme Jouvray zich meer dan in zijn supergeestige komische westernstrip Lincoln als een stripmaker in plaats van louter een striptekenaar. Er zijn meer mogelijkheden om spanning en sfeer te creëren, drama te presenteren en emoties over te brengen en daar maakt hij gretig gebruik van. Ook de grote hompen grandioze actie maken er een vlotlezend festijn van.
Vreemde Liefde is niet de grote absurde politieke satire en spionagethriller waar de uitgeverij het zonodig wil voor laten doorgaan, maar die ambitie heeft het beslist wel. In de eerste plaats is het vooral een stripverhaal door twee heren die het metier duidelijk beheersen en er een intelligent gebrachte knaller van een album van hebben gemaakt. Ja, zo hoort een goed stripalbum te zijn. Bij je volgende bezoek aan de stripwinkel mag je Vreemde Liefde absoluut niet vergeten mee te nemen. De Grote Monopoos heeft het je bevolen! |
|
> DAVID STEENHUYSE — augustus 2009 |