Bibliografie van Christian Binet
• Alledaagse Verhalen
• Het Internaat
FAMILIE SUIKERBUIK 1
Senioren op het Net


Christian Binet • Glad IJs
48 p. (HC)
Onlijn met de Suikerbuiken

Wie Familie Suikerbuik (Les Bidochons in het Frans) niet kent, zal zich vast afvragen waar het Franse succes vandaan komt. Van elk nieuw deel raken er makkelijk driehonderdduizend exemplaren verkocht. De tekeningen zien er niet uit en het is dan nog in zwart-wit ook. Dat alleen al zal ervoor gezorgd hebben dat niet eens een derde van onze lezers verder zal hebben geklikt dan de html-pagina hiervoor (bedankt dat jij die moeite wel deed!). Er is amper verandering in decor en er wordt vooral veel in gekletst. Typisch Frans. Bovendien is dit al een tweede poging om de reeks in ons taalgebied te lanceren nadat Yendor en Arboris er in de jaren tachig vier albums van uitgaven. Die hebben we natuurlijk ook nooit gelezen, wat dacht je wel? Wij zagen dus geen graten in een bespreking vooraleer we dit album begonnen te lezen...

Maar the proof of the pudding is in the eating, zo blijkt maar weer. Meneer en mevrouw Suikerbuik hebben zich een computer aangeschaft, maar die moeten ze eerst nog aan de praat krijgen. De oudjes hebben al een taalhandicap om mee te beginnen. Mevrouw Suikerbuik wil wel eens weten waarom Hot Liene zomaar haar telefoonnummer aan haar man gaf. Er moet hulp komen in de gedaante van hun zoon. Hij leert hen de basics om iets op het internet te zoeken en te bestellen of om mailtjes te versturen. Meneer Suikerbuik vindt het versturen van een "meel" met de boodschap "Hoe gaat 't ermee?" een openbaring. 's Nachts kan-ie niet slapen omdat er geen antwoord komt. Eens hij op beide oren kan slapen, verstuurt hij 's anderendaags nog eens hondervijftig keer dezelfde mail. Hij kent namelijk niemand anders aan wie hij een mail kan sturen. Stapje voor stapje ontdekken de Suikerbuiken de mogelijkheden en ongemakken van het internet: communiceren met vreemden, bestellen van bolletjesjurken, porno, spam, het googelen van alles en niets,...

De opeenvolgende kortverhalen vormen een langer geheel waarmee best valt te lachen. Het provinciale van de ietwat norse oudjes staat hen net zo goed als de wil om nieuwe zaken te leren, ook al is hun referentiekader onvoldoende groot om alles te kunnen vatten. Daar zit 'm net de humor. Mevrouw Suikerbuik is trouwens sneller weg met de computer dan manlief. Wij hadden enkel problemen met het visualiseren van opgezochte items. Zo zie je plots een ladder, God, verkopers van Viagrapillen, een copulerend koppel, een stomdronken Trojaans paard (een virus dus) op de bank zitten. Dat surrealistische randje staat uiteindelijk wel in functie van het verhaal, maar de aanvankelijk opgebouwde herkenbaarheid van stomme situaties is verloren gegaan.

> DAVID STEENHUYSE — juni 2009