Bibliografie van Benoît Sokal
• Canardo
• Canardo
• De Man die niet meer Schreef
• Kraa
• Paradise
• Sanguine
EEN ONDERZOEK VAN INSPECTEUR CANARDO 18
Het Meisje zonder Gezicht


Benoît Sokal • Casterman
48 p. (HC)
Cynische eend goes Kuifje

Begin jaren tachtig begon Sokal met de detectiveavonturen van de eend Canardo. Een dierenstrip voor volwassenen want anders dan dierenstrips als Snoesje of Chlorophyl zijn hier de dieren echt menselijke karakters en staan meestal aan de zelfkant van de maatschappij. Canardo probeert als inspecteur allerhande zaken op te lossen, maar is daarin een echte loser die graag naar de fles grijpt. Zijn liefde voor Clara is ook al zo'n uitzichtloze affaire. In deze setting kon Sokal erg cynische en kritische verhalen schrijven. Intussen zijn we bijna dertig jaar verder en is Canardo wel wat weggedreven van de oorspronkelijke opzet. Meer en meer is hij toeschouwer geworden en minder slachtoffer. De cynische, kritische toon is gebleven, maar lijkt ook wat minder scherp.

In dit verhaal draait het om een prins van een klein vorstendom die er een behoorlijk zootje van maakt. We denken natuurlijk meteen aan onder meer prins Albert van Monaco of onze eigen prins Laurent. Wanneer Canardo en het hoertje Calina worden aangereden door de prins, worden ze meteen behandeld in een topziekenhuis. Calina's gezicht is geruïneerd en de prins laat haar via plastische chirurgie een gezicht geven van een model uit zijn pornobladen. Uiteindelijk trouwen ze, maar dat loopt slecht af! Het verhaal kent nog een grappige scène gebaseerd op Kuifje en de Sigaren van de Farao waarin de gemaskerde samenzweerders ontdekken dat er een verrader onder hen is. En dat onder de vlag met het omgekeerde embleem van Het Gele Teken van Blake en Mortimer.

De tekenstijl van Sokal (of moeten we zeggen van Regnauld?) is veel opener en cleaner dan in de eerste albums. Daardoor is de sfeer minder grimmig dan in het begin. Gewoon een grappig, licht satirisch album dus, maar we missen de oude Canardo toch een beetje.

> ERIK HUBRECHSEN — februari 2009