Sommige mensen is men liever kwijt dan rijk. In het beloofde land zijn de autoriteiten het daar maar al te vaak mee eens. Wanneer Milon de Plancy, de raadsheer van de jonge vorst Boudewijn IV, op gruwelijke wijze wordt omgebracht, dringt een onderzoek zich echter op. Guillaume de Tyr, een lokale geestelijke die recentelijk benoemd werd tot aartsbisschop, wordt met het delicate onderzoek belast door de koning. Aan vijanden leek de Plancy alvast geen gebrek te hebben, gaande van sultan Saladin tot Raymond III van Tripoli, achterneef van de jonge koning. Maar er blijkt meer aan de gang te zijn in en rond Jeruzalem. Het viel Boudewijn op dat er een alarmerend aantal jonge meisjes van Arabische oorsprong ontvoerd werd. Het gros van de kruisvaarders vond dat niet direct iets om zich druk in te maken, maar Boudewijn denkt daar anders over. Samen met Guillaume trekt hij eropuit in de hoop ook dat mysterie op te lossen. Saladin zit intussen ook niet stil: hij moet en zal Jeruzalem veroveren, hoe is een andere vraag. Tegelijkertijd zijn de tempeliers ook druk in de weer. Hun doel: het christendom van zichzelf redden. Dat ze daarbij mogelijk het hele koninkrijk naar de verdoemenis helpen, is uiteraard bijzaak.
Mocht Godfried van Bouillon nog leven, dan was hij nu schatrijk en dat allemaal dankzij royalties. Sinds de man iets meer dan negenhonderd jaar geleden beschermer van het Heilig Graf werd, is het aantal mysteries omtrent het zogenaamde Heilige Land enkel exponentieel gestegen. Een opeenvolging van overheersers en een regelrechte stoelendans met vermeende relikwieën heeft daar uiteraard enkel toe bijgedragen. Zoveel eeuwen later heeft dat een ware zondvloed — pun intended — aan boeken en films opgeleverd met de meest uiteenlopende onderwerpen. Gaande van klassiekers als Ben Hur en Quo Vadis? tot recentere dingen als Indiana Jones and the Last Crusade en Kingdom of Heaven, allemaal halen ze hun inspiratie bij wat er zich in dat kleine lapje land aan de Middellandse Zee de afgelopen tweeduizend jaar afspeelde.
Combineer de zwaarlijvige literatuur met de vluchtigere film en het resultaat kan een uitermate boeiende strip zijn. Het bewijs daarvan zijn reeksen als De Geheime Driehoek van Didier Convard, De Droom van Jeruzalem en Kruistocht. Dat is echter maar een kleine greep uit een aanbod dat de laatste paar jaar ferm uitbreidde. De kruistochten, de oorsprong van het christendom en de vuile was van de katholieke kerk zijn hot. Een sprekend voorbeeld daarvan is de collectie Geheimen van het Vaticaan die de Franse uitgever Soleil eind 2007 opstartte. Een kleine twee jaar later besloot Saga Uitgaven om de collectie in vertaling te gaan uitgeven, te beginnen met drie waaronder Het Vijfde Evangelie.
Scenarist Jean-Luc Istin kennen we inmiddels al vrij goed van zijn talrijke fantasyreeksen, het gros maakt bij de Franse uitgever Soleil deel uit van de collectie Celtic (waarvan verscheidene reeksen in vertaling verschijnen bij Silvester en Daedalus). Net omwille van die fantasyachtergrond waren we uitermate benieuwd of hij met Het Vijfde Evangelie min of meer dezelfde toer wou opgaan of niet. Kort samengevat kunnen we daar het volgende over zeggen: we kwamen, we lazen en we vonden het goed. In iets minder bedekte termen weet Istin ons uitermate aangenaam te verrassen. De verwachte djinns, kwelgeesten en duivelsaanbidders vallen enkel op door hun afwezigheid. Istin kiest daarentegen voor een verhaal dat sterk inspeelt op de geopolitieke situatie van het Jeruzalem van de twaalfde eeuw. In ware Hitchcock-stijl wordt een klassieke whodunit opgebouwd in verschillende, met elkaar verweven dimensies. De spanning druipt bijna van de pagina's.
Kers op de taart is de manier waarop nobele onbekende Thimothée Montaigne dat alles in beeld brengt. Het occasionele gebrek aan detail wordt meer dan goedgemaakt met het gebruik van iets minder conventionele camerastandpunten, ijzingwekkende close-ups van de doorwinterde personages en een ronduit spookachtig, realistische weergave van een eeuwenoude stad als Jeruzalem. Dat is dus inclusief alle duistere steegjes, ongedierte, sluipmoordenaars, bazaars, pompeuze paleizen en serene kloosters en kerken.
In amper 48 pagina's weten Istin en Montaigne een meeslepend en intrigerend verhaal op poten te zetten. In tegenstelling tot veel andere reeksen worden we nier geconfronteerd met een semi-obligaat introductiedeeltje. Na dit eerste deel zijn we meer dan ooit geïnteresseerd in dat fameuze vijfde evangelie waarop de titel van de reeks alludeert. |