Marsupilami: Een Verzameling Kortverhalen
KORTVERHALEN
Marsupilami: Een Verzameling Kortverhalen
 
MARSUPILAMI
Een Verzameling Kortverhalen

David Tako + Jérôme Hamon // Renaud Collin // Jose Luis Munuera // Gijé + Jonathan Garnier // Valérie Vernay + Vincent Zabus // Goum + Aurélien Ducoudray // Mobidic + Joris Chamblain
Dupuis | 72 p. | € 19,95 (HC)
Geniet met mate
In 1952 creëerde André Franquin een van de wonderlijkste fantasiedieren ooit, de Marsupilami. Lichtjes gebaseerd op het sterke, geelzwarte diertje Pilou-Pilou of Jeep, dat rondliep in de strips van Popeye, won het beestje onmiddellijk de harten van alle lezers. Het duurde dan ook niet lang of het Zuid-Amerikaanse fabeldier dook op in verschillende strips van Franquins collega's. Leermeester Jijé voerde een Afrikaanse ondersoort (zonder staart!) op in zijn Blondie en Blinkie en de Vliegende Schotels. In De Kampioen van Asterix was de Marsu een kermisattractie en zelfs Jacques Martin liet in Alex' De Prooien van de Vulkaan Enak wurgen door een fictieve buidelaap, een Marsupio. In 1970, na een laatste optreden in Jean-Claude Fourniers Robbedoes en Kwabbernoot-verhaal De Goudmaker, verliet de Marsupilami de avonturen van Robbedoes en Kwabbernoot en keerde hij terug naar zijn schepper. De rechten werden daarna voornamelijk gebruikt voor een eigen stripreeks en een tekenfilmserie bij Disney. Maar Franquins lievelingspersonage blijft tot op vandaag ook rechtenvrij en subtiel opduiken in strips. Als pluchen knuffelbeer in het Robbedoes-verhaal Virus van Tome en Janry, hun nest in Charel Cambrés Jump of als latexpoppetje in Dad. Enzovoort. Enzovoort.

Nu is er een bundeling van kortverhalen verschenen rond het iconische diertje. De geslaagde cover van Federico Bertolucci (Love, Sprietje) belooft alvast veel goeds. Het eerste kortverhaal van het Green Class-duo David Tako en Jérôme Hamon bevestigt meteen en legt de lat onmiddellijk op niveau. Grafisch uitdagend met een Marsupilami die we zo meer getekend willen zien, en dit in een bloeddorstig oorlogsverhaal. Dit is een binnenkomer!

Maar hierna belanden we plots in een jeugdstrip. Renaud Collin (The Minions) neemt ons mee naar de setting van De Roof van de Marsupilami. Ook nu zit het beestje mistroostig opgesloten in een te kleine kooi in de Antwerpse Zoo. Een soortgelijke ecologische en sociologische insteek heeft het kortverhaal van Gijé (De Muziekdoos) en Jonathan Garnier.

Over naar Jose Luis Munuera (Zwendel, Robbedoes en Kwabbernoot, De Campbells,...) die ons meetroont naar die andere klassieker, Het Nest van de Marsupilami's. De eerste piranha's sneuvelen wondermooi, maar het verhaaltje zelf is flinterdun. Doodjammer. Dan lazen we liever het Palombiaans oerwoudverhaal van Valérie Vernay (bij ons het bekendst als inkleurster van Harmony van haar partner Matthieu Reynes) en Vincent Zabus. En we blijven nog even in de jungle met grafisch de mooiste verrassing. De Belgische animator Goum tekent de mooiste, tederste en machtigste olifant die we in jaren gezien hebben. Het tekstloze kortverhaaltje deed ons zelfs eventjes een ietsiepietsjie traantje wegpinken. Dit was top.

Eindigen doen we met het kortverhaal van Mobidic (De Berenkoning). De meest beloftevolle dierentekenares van de laatste jaren was de hoofdreden waarom we dit album gekocht hebben. En ze bevestigt op grandioze wijze. Dit smaakt echt naar meer. Wat een klasbak. Bovendien kreeg ze van Joris Chamblain (Het Dagboek van Cerise, Enola & de Fantastische Fabeldieren, Yakari) een volwassen verhaal met een geweldige einde, zoals het hoort voor een kortverhaal.

Alle zeven kortverhalen hebben hun bestaansrecht en zijn het waard om opgenomen te worden in een bundel. Het jammere is dat de verhalen schommelen tussen kinderstrip, poëzie, graphic novel en puur avontuur. Zeven verschillende stripstijlen lezen in een klein halfuurtje, gaf ons initieel een verward gevoel. Bij een herlezing met de nodige bezinningstijd ertussen, kwamen de uiteenlopende kwaliteiten veel meer naar boven. Geniet met mate dus.

Bundels vol kortverhaaltjes van bekende en onbekende auteurs zijn zo goed als hun zwakste schakel. Als je hier ootmoedig de spring-loop-val-en-bewonder-tekenaar Munuera moet aanduiden, zegt dit veel over de kwaliteit van dit album. Dit is een onverwachte meevaller.
WOUTER PORTEMAN --- juni 2020