|
KLIK
voor andere strips van
Jeff Broeckx |
|
|
DAG EN HEIDI 10
De Kristallen Waterval
Jeff
Broeckx + Hannelore Vantieghem
Saga Uitgaven | 40 p. | € 8,95 (SC) |
Hard
werken |
"Op
een zomerse dag zitten Dag, Heidi en Inga te vissen in een
meer in de bergen." Wat een openingszin. Meer hebben
we niet nodig om dadelijk in de sfeer te komen. Enkele vakjes
verder, gaat het evenwel al mis. "Ach, wat zijn meisjes
toch teer," lacht Dag spottend omdat Heidi en Inga niet
willen zwemmen. Pardon? Waar zijn de mensen van Unia
als je hen nodig hebt? Zijn seksistische opmerking zal Dag
duur te staan komen. Plots wordt hij door de stroming naar
een waterval gesleurd. De snoodaard weet zich op het nippertje
te redden, maar meer onheil hangt in de lucht. 's Nachts stormt
het vreselijk. De rivier treedt buiten haar oevers en de kinderen
moeten op een dikke boomstam kruipen om niet te verdrinken.
Een na een vallen ze eraf en verdwijnen in het kolkende water.
Als ze bij bewustzijn komen, bevinden ze zich in een grot
achter de waterval. Daar leven twee angstaanjagende schepsels,
Stork en Stark. De ene heeft één oog, de ander
heeft er drie. De vloek van een boze fee die hen betoverde
als straf voor hun moeder, een beeldschone prinses die tegen
de wil van haar vader met een arme houthakker trouwde. Stork
en Stark moeten een goeie daad stellen, dan wordt de vloek
doorbroken. Maar ze zitten achter de waterval gevangen, dat
biedt weinig ruimte voor goede daden. Inga is ziek en heeft
hoge koorts. Niemand kan haar redden. Of toch?
Hannelore Vantieghem weet hoe ze ons bij
de les moet houden. Telkens je denkt dat het ergste voorbij
is, schudt ze iets nieuws uit haar mouw. Elke scène
duurt lang, maar dat mocht nog in de tijd dat ze deze avonturen
bedacht (de reeks liep tot 1980). En uiteindelijk komt alles
goed met aan het eind een gratis moraal, ook dat hoorde zo
in die jaren. De auteurs willen hun lezertjes geen nachtmerries
bezorgen.
De reeks werd bedacht door Maria De Winter,
de moeder van Jeff Broeckx. Ze werkten voor
het eerst samen toen Jeff elf was. Mama verzon een verhaaltje
en kleine Jeff tekende het uit. Het lijkt alsof Broeckx de
scenario's van zijn moeder altijd onderhoudend is blijven
vinden, anders is het lastig te begrijpen dat hij haar nooit
op de naïviteit en de simpelheid ervan heeft aangesproken.
Is dat erg? Ook haar opvolgsters, zoals Hannelore Vantieghem
die dit verhaal schreef, tappen uit hetzelfde vaatje.
Waarschijnlijk hadden Maria en Jeff een duidelijke doelgroep
voor ogen. Een moederlief en haar schattige kroost dat voor
het slapengaan een vertelsel wilde horen. Dat was niet hoog
gegrepen, dus moesten de scenario's niet perfect zijn. Ze
hangen met haken en ogen aan mekaar, zijn niet uitgewerkt
en oppervlakkig en de kinderen uit het gezin zijn de helden.
"Broer en zus zijn zorgzaam voor elkaar, maar ze schuwen
het avontuur niet," staat ergens over deze reeks te lezen.
Het vat de inhoud goed samen. Het zijn de tekeningen die alles
een niveau hoger tillen, al zullen de meningen over Broeckx'
grafisch kunnen stilaan uiteenlopen. Tegenwoordig is het voldoende
om een klad waterverf op een blad te morsen en jezelf stripkunstenaar
in plaats van striptekenaar te noemen, Jeff Broeckx leerde
nog dat je hard moet werken om in deze sector de kost te verdienen.
De arbeid en toewijding liggen er dik op.
Vooringenomenheid is een criticus niet vreemd. De redactieleden
van Stripspeciaalzaak.be staan niet in de rij om een Dag
en Heidi te bespreken en al is dat begrijpelijk, het
blijft zonde vast te moeten stellen dat we een generatie stripmakers
laten wegdeemsteren tot ze er op een dag niet meer zijn en
we er een valse loftrompet over steken. Maar is er überhaupt
een goeie reden om in 2020 een album van Dag en Heidi
te kopen? De heruitgaven door Saga Uitgaven gebeuren
in zwart-wit, de serie schijnt onvolledig, men heeft niet
aan een dossier of ander eerbetoon gedacht, alsof zelfs de
uitgever enkel op verzamelwoede, nostalgie of respect van
zijn publiek rekent. Een vergissing. Ook vandaag zijn er nog
kinderen die een simpel verhaaltje voor het slapengaan willen
en die het niet vreselijk vinden als de hond in het boek op
een echte hond en niet op een inktvlek lijkt. |
FLO VAN DYCK --- januari 2020 |
|