|
DEEL
1 VAN INTEGRALE REEKS IN VIER DELEN |
|
|
KLIK
voor andere strips van
Hermann
KLIK
voor andere strips van
Franz
KLIK
voor andere strips van
Jean-Luc Vernal |
|
|
JUGURTHA integraal 1
1. De Prins van Numidië - 2. De Keltiberische Helm -
3. De Nacht van de Schorpioenen - 4. Het Eiland van de Opstanding
Hermann
/ Franz + Jean-Luc Vernal
Le Lombard | 204 p. | € 34,95 (HC) |
Mooi
oud geworden brok stripgeschiedenis |
We
zijn ongeveer halfweg de jaren 1960 als Jean-Luc,
zoon van schrijver en journalist Jean-Francis Vernal,
op de Kuifje-redactie terechtkomt. Al snel komt hij
op de proppen met een held die hij langer ziet meegaan: Jugurtha,
een Numidische heerser die echt heeft bestaan en wiens wedervaren
door de Romeinse geschiedschrijver Sallustius
werd beschreven. Vernal zal zijn levensverhaal in eerste instantie
larderen met Numidische legenden en overgieten met een antikoloniaal
en idealistisch sausje. Voor het tekenwerk wordt hij door
hoofdredacteur Greg gekoppeld aan de jonge
Hermann, die met Bernard Prince
(op scenario van diezelfde Greg) ook net zijn eerste stapjes
bij het weekblad heeft gezet. Gedurende zowat drie jaar verschijnen
de avonturen van Jugurtha in het weekblad, in korte
hoofdstukken en een beetje in de stijl van de losse historische
verhalen die Vernal parallel voor verschillende tekenaars
schrijft. Die historische verhalen verschijnen al vele jaren
in Kuifje als antwoord op de Oom Wim-verhalen
van Robbedoes. Traditioneel zijn ze enkele pagina's
lang en even traditioneel zijn ze van bedenkelijke kwaliteit.
Zeker in het begin is dat ook het geval voor Jugurtha,
die lijdt onder het keurslijf van dat obligate geschiedenislesje,
ook al neemt Vernal daar meer dan eens een loopje mee en maakt
hij van de historische schurk een soort Robin Hood die opstaat
tegen onrecht en een vreemde bezetter. Ook Hermann lijkt geen
voeling te hebben met de held en diens verhaal en lijkt op
automatische piloot te tekenen. Hij heeft duidelijk nog niet
de ervaring en het metier die later tot De Torens van
Schemerwoude en andere meesterwerken zullen leiden. En
hoewel Vernal, wanneer Jugurtha in 1970 wordt afgevoerd,
zal beweren dat Greg vooral de politiek gekleurde allusies
op de Vietnamoorlog niet kon waarderen, zouden het ook wel
eens al die gebreken kunnen zijn die de held zijn kop kosten.
Maar het afscheid is niet definitief. In 1976 heeft Vernal
intussen een uitstapje in de literaire wereld gezet en wordt
Jugurtha gereanimeerd. Deze keer aan de tekentafel
dankzij Franz, die al tien jaar ervaring
heeft opgebouwd en wél een klik maakt met de held.
Hij leeft zich uit met de vele exotische decors en knappe
scènes met paarden, zijn... euh... stokpaardje. Vernal
laat tegelijk het historische kader en de inperking van het
werken in hoofdstukken van zeven à acht pagina's los.
Deze keer pakt de mayonaise wel. Jugurtha wordt een pijler
van het weekblad en zal nog vijftien jaar en dertien delen
lang door Vernal en Franz worden bedacht. Die albums vormen
nog steeds een brok stripgeschiedenis die heel mooi oud is
geworden. Dat geldt niet voor de eerste twee delen van Hermann
die genadeloos vermaald zijn door de tand des tijds en het
bedenkelijke afsluitende deel van Michel Suro
waar diezelfde tand zich met enige walging heeft van afgewend.
Dat laatste deel zal gelukkig ontbreken in de integrale serie
(die dus feitelijk niet zo integraal is, ongetwijfeld door
rechtenkwesties) waarvan het eerste deel nu in de winkels
ligt. Het bevat naast de eerste vier delen (twee van Hermann
en twee van Franz) een summier maar onderhoudend dossier,
waarin toch wat (in het origineel en/of in de vertaling) onzorgvuldigheden
zijn gekropen. Dat geldt a fortiori voor de titelpagina's
van delen 3 en 4 waarin jammerlijk en verkeerdelijk Hermann
als tekenaar wordt aangekondigd. Ook in de albumpagina's zelf
lijkt niet die liefdevolle drang naar perfectionisme van kleine
uitgeverijen zoals Arboris en Sherpa
aan de dag te zijn gelegd. Waar die laatsten vaak herletteren
en daarbij de voor de hand liggende taalfouten verbeteren,
worden hier schijnbaar klakkeloos de originele pagina's, inclusief
zet- en taalfouten, overgenomen. En zo wordt Jugurtha
de "eugens" van zijn vijanden beu, vallen al eens
letters in namen of werkwoorden in zinnen weg en verwart hij
zijn vriend Dakh met "Danh". Charmant misschien,
maar ook — o, ironie — wat onheus jegens een stripheld
die net tegen elke vorm van onrecht opkwam. Jugurtha zelf
zou voor heel wat minder met zijn leger voor de poorten van
de uitgeverij hebben gestaan. |
PETER D'HERDT --- september 2019 |
|