|
DEEL
1 VAN CYCLUS IN TWEE DELEN |
|
|
KLIK
voor andere strips van
Virginie Augustin
KLIK
voor andere strips van
Kid Toussaint |
|
|
40 OLIFANTEN 1
Florrie, met de Feeënvingers
Virginie
Augustin + Kid Tousaint
Saga Uitgaven (Collectie Bamboe) | 56 p. | € 15,00 (HC) |
Twijfelgevalletje |
De
jonge dievegge Florrie opereert in Londen tijden het interbellum.
Ze wordt opgemerkt door Esther, een van de leden van de 40
Olifanten. In tegenstelling tot wat je zou vermoeden, gaat
het niet om de spotnaam voor een mondain theekransje van corpulente
dames. Nee, de 40 Olifanten is een organisatie van dievegges,
kidnapsters en moordenaressen, genoemd naar de wijk Elephant
& Castle in Londen. Volgens scenarist Kid Toussaint
werd de groepering opgericht op het ogenblik dat
de mannenbende van de 40 Rovers tijdens de Eerste Wereldoorlog
werd gedecimeerd. Florries vingervlugheid is een troef en
ze wordt al snel ingelijfd. Haar mentor Esther wil tegelijk
uit de groep stappen. Niet uit een soort van neurotische reflex
dat de 40 Olifanten nu eenmaal niet met 41 kunnen zijn, maar
vooral omdat ze genoeg heeft van de misdaad en het gevaar.
Dat blijkt echter allemaal niet zo simpel te zijn. De relatie
tussen bendeleidster Queen Kate en Esther, de smeulende bendeoorlog
met de oude 40 Rovers die intussen in aantal terug zijn aangedikt
en de twijfelachtige rol van politie-inspecteur Sacks: de
uitdagingen waar Florrie voor staat, zijn immens en voor de
lezers veelbelovend.
In de folder van Saga Uitgaven wordt wat
ambitieus verwezen naar Peaky Blinders, een andere bende misdadigers
die lelijk huishield in Birmingham en waarrond een duistere
en keiharde televisieserie werd gemaakt met een sublieme Cillian
Murphy in de hoofdrol. Er zijn inderdaad wat parallellen
te trekken. Het speelt zich allebei af tijdens de naweeën
van de Eerste Wereldoorlog. Beide bendes hebben echt bestaan,
al laat Kid Toussaint wel de echte historiek los (de echte
40 Olifanten bestonden al in de negentiende eeuw en dus lang
voor de Eerste Wereldoorlog, zei Wikipedia ons) en zoekt hij
in de eerste plaats inspiratie in de waargebeurde feiten.
Zo zijn personages Jane en Jim verwijzingen naar een koppel
dat echt heeft bestaan en in 1911 terechtstond — en
werd vrijgesproken — voor hun vermeende rol bij de bende.
Een laatste parallel zit in het verhaal van de strip en de
gebeurtenissen in de eerste jaargangen van de televisieserie:
infiltratie en een dubieuze rol van een politiechef.
Toch zijn er ook verschillen. En dat ligt in de eerste plaats
in de sfeer die Toussaint en Virginie Augustin oproepen.
De tekeningen van Augustin zijn zoals steeds sfeervol, maar
missen de overweldigende rauwheid die in Peaky Blinders
overheerst. Het lijkt allemaal wat braafjes in scène
gezet, alsof er elk moment iemand van achter het doek kan
komen om te zeggen dat het "maar om te lachen was".
Het is in die optiek trouwens typerend dat het een heel album
lang mooi weer is in Londen (in april). Ook de dialogen lijken
soms wat gekunsteld. We twijfelden af en toe of een bepaalde
zin fout werd vertaald of dat het misschien aan het gebrek
aan métier en ervaring van — what's in a
name, tenslotte? — "Kid" Toussaint lag,
die er (nog) niet in slaagt om met vlotte uitspraken van zijn
personages aan verduidelijking van beweegredenen en karakteruitdieping
te doen. Na dit eerste album hebben we niet het gevoel dat
we ons al kunnen of willen hechten aan de personages, daarvoor
hebben ze nog geen of niet genoeg emoties getoond.
Dit eerste deel is dan ook een twijfelgevalletje. Het mag
gerust wat minder donzig en aan de uitdieping van de personages
is verder sleutelwerk. Maar een tegenvaller zouden we het
nu ook weer niet durven noemen. De open deurtjes staan nog
verleidelijk genoeg te wachten om te worden dichtgedaan en
er staat nog een blik personages met nauwelijks ontgonnen
potentieel op de plank: de boosaardige Maggie Hill (nog een
verwijzing naar een gewezen lid van de echte bende) die in
het volgende deel centraal zal staan, maar ook de twijfelende
Esther, het intrigerende stille water Almira of de psychopate
Dorothy. De tagline van de strip, "de misdaad is een
zaak voor professionals", is en blijft een geweldig aanlokkelijke
en beloftevolle kapstok. En Augustin blijft een vakvrouw met
haar toegankelijke en aantrekkelijke tekenstijl. Benieuwd
of ze samen met Toussaint in de volgende delen haar tweede
adem vindt en ons aangenaam weet te verrassen. |
PETER D'HERDT --- juni 2019 |
|