|
KLIK
voor andere strips van
Maurice Tillieux |
|
|
DE AVONTUREN VAN PAUL PANTER
Het Dodenmeer
Maurice
Tillieux
Dupuis | 96 p. | € 24,95 (HC) |
Zestig
jaar oude scharnierheld |
Laten
we met de deur in huis vallen: Maurice Tillieux
is een van de grootste stripmakers van de Franco-Belgische
school. Op een aantal beroemde reeksen (Baard en Kale,
Natasja, De Sliert) heeft hij een belangrijke
stempel gedrukt en minstens evenveel auteurs (Roger
Leloup, Vittorio Leonardo, François
Walthéry) zette hij op weg tijdens hun eerste
stapjes in de stripwereld. En was het niet voor dat verschrikkelijke
auto-ongeluk op 2 februari 1978, waarin hij op zevenenvijftigjarige leeftijd en bij zijn terugkeer van het stripfestival
van Angoulême het leven liet, dan zou zijn bekendheid
en invloed zo mogelijk nog groter zijn geweest. Tillieux had
zelf twee langlopende reeksen. De eerste draaide rond detective
Felix, die hij zevenenzestig (vaak kortere) avonturen liet
beleven in Heroïc-albums in het begin van de
jaren 1950. Zijn tweede grote held was Guus Slim, ook weer
een detective en eigenlijk een doordruk van die oudere Felix.
Tillieux zou trouwens een aantal plotlijnen van Felix
recycleren en hergebruiken voor de avonturen van Slim,
die in Robbedoes liepen van 1956 tot aan zijn dood
in 1978.
De missing link tussen Felix en Guus Slim
en ook min of meer het toegangsticket van Tillieux tot de
redactie van Robbedoes (al had hij voor Robbedoes
in het begin van zijn carrière wel al wat illustratiewerk
gedaan), heet Paul Panter, een persfotograaf. Tillieux
recycleert zijn naam (in het Frans Marc Jaguar) uit een oud
Felix-verhaal wanneer men bij Dupuis
het blad Sprint opstart en naast een aantal gevestigde
waarden uit Robbedoes op zoek is naar nieuwe helden.
Sprint mikt op een iets ouder lezerspubliek en een
misdaadverhaal met humoristische inslag — het handelsmerk
van Tillieux — is meer dan welkom.
Het verhaal dat hij voor Sprint schrijft, begint
bruusk en de lezer wordt meteen in de actie gegooid. Paul
Panter stelt vast dat zijn foto's van het Dodenmeer voor de
tweede keer op rij mislukt zijn en is vastbesloten te achterhalen
wat de oorzaak is. Met zijn kroegmakker, een werkloze detective
wiens naam de lezer in dit avontuur niet leert kennen (in
het tweede avontuur blijkt hij Pieter Blom te heten), trekt
hij op onderzoek uit. Een louche zakenman en zijn trawanten,
die nauwe contacten onderhouden met een corrupte politicus,
stellen alles in het werk om het speurwerk te saboteren.
Flinterdun lijkt het ideetje, maar Tillieux geeft het verhaal
zoals steeds heel veel vaart, stopt het vol spitse dialogen
en aarzelt niet om sidekick Blom in allerlei komische en slapstickachtige
situaties uit te spelen. Piet Pienter en Bert Bibber,
maar dan in Marcinelle-stijl, quoi. Alle ingrediënten
die later een aantal albums van Guus Slim tot klassieker
zullen maken, zijn aanwezig in het eerste avontuur van deze
scharnierheld. Door omstandigheden — Sprint
houdt er na een jaar vruchteloos zoeken naar het ideale format
en bij gebrek aan succes mee op — blijft het bij dat
eerste verhaal. Min of meer, toch. Tillieux start nog wel
een tweede avontuur, De Duivelswagens, maar stopt
na acht platen wanneer Sprint wordt opgedoekt en
hij van uitgever Charles Dupuis de kans krijgt
met zijn nieuwe held Guus Slim in Robbedoes te staan.
Overigens: zestig jaar na datum hebben Jean-Luc Delvaux
en Étienne Borgers, onder supervisie
van Tilleux' oude compagnon de route François
Walthéry, dat tweede avontuur alsnog afgewerkt.
Half december ligt het album, waarvoor deze integrale de ideale
locomotief hoopt te zijn, in de rekken.
In deze integrale zijn naast een herneming van Het Dodenmeer
(jammer genoeg de herziene versie die in 1978 in de collectie
Jeugdzonden verscheen), een dossier door José-Louis
Boquet en de scans van die eerste acht platen van
het tweede avontuur opgenomen. Het dossier van Boquet is een
warrig, maar passioneel vertelde inleiding die rijkelijk geïllustreerd
is. Alweer stoort ons echter de gemakzucht bij Dupuis. De
Franse lezers van deze integrale klaagden al steen en been
omwille van de gescande originelen van het tweede avontuur.
Omdat men de originelen immers destijds ook gebruikte voor
de Nederlandstalige druk, werden de Nederlandse dialogen achteraf
over de Franse gekleefd. De Fransen begrepen dus niets van
wat er werd gezegd en hoewel de situatie op vanzelfsprekend
begrip kon rekenen, vond men het — uiteraard —
jammer dat men geen moeite had gedaan om een Franse vertaling
van die dialogen toe te voegen in het album. Met een gelijkaardig
gevoel blijven wij als Nederlandstalige lezer zitten. Van
enkele scans uit Sprint of andere bronnen werden
wel Nederlandse versies gezocht en gevonden, maar dat is lang
niet consequent gebeurd.
Storender is dat men er in de tekst voor kiest om steevast de Franse titel Les Camions du Diable (De Duivelswagens) te vermelden alsof het nooit in het Nederlands is verschenen. Nochtans
is het tegengestelde waar. Klap op de vuurpijl is de surreële
afsluiter van het dossier waarin wordt gesteld dat met de
heruitgave in 1978 van Het Dodenmeer in hardcover
Tillieux eindelijk de erkenning kreeg die hij verdiende. Maar...
in het Nederlands is Het Dodenmeer natuurlijk nooit
eerder in hardcover verschenen. Iets te letterlijk vertaald,
dus. Een beetje meer duiding voor de Nederlandstalige lezer
ware hier welkom geweest.
Het is en blijft prachtig dat Ballon Media,
samen met vele andere uitgeverijen, de stripgeschiedenis voor
ons ontsluit en met Paul Panter is aan het lijstje
een licht gedateerde, maar niettemin mooie klassieker toegevoegd.
Het dossier laat ons, meer dan typisch bij Arboris
of Sherpa het geval is, als liefhebber (én
pietje-precies) wat op onze honger zitten. Nobody is perfect,
maar een kleine extra inspanning zou heel veel kunnen verhelpen.
Komaan dus, Alexis: breid je bestaande netwerkje
van gepassioneerde liefhebbers of verzamelaars verder ui. Ze zijn vast bereid
je de nodige extra scans te bezorgen of ze kunnen je wijzen op beschikbare info. Gratis en voor niets, al zou
het je sieren om hen achteraf een door jou gehandtekend dankexemplaartje
te bezorgen! |
PETER D'HERDT --- augustus 2018 |
|